2019_GR_00430 - Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring

Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen.

Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari 2014. Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.

Artikel 2 §1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: de gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.

Artikel 6 §1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.

Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege.

Artikel 4 §5 van deze wet bepaalt: indien de gemeenteraad in zijn reglementen of verordeningen de mogelijkheid voorziet om de administratieve geldboete ten aanzien van minderjarigen op te leggen, wint hij vooraf het advies in betreffende dat reglement of die verordening van het orgaan of de organen die een adviesbevoegdheid hebben in jeugdzaken, voor zover het aanwezig is of zij aanwezig zijn in de gemeente.

1. Strijd tegen postbusadressen (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid)

Vele eigenaars van een handelspand hebben geen of weinig zicht op de activiteiten die zich in het pand afspelen. Vaak gaat het om eigenaars die dit als opbrengsteigendom hebben aangekocht, niet woonachtig zijn in de buurt, zich beperken tot het innen van de huurgelden, enzovoort. Dit blijkt onder meer uit de lage opkomst van eigenaars op hoorzittingen in het kader van administratieve procedures. Een gebrek aan verantwoordelijkheid faciliteert het gebruik van het pand voor criminele activiteiten. Eigenaars zouden minstens moeten nagaan of de feitelijke toestand in het pand overeenstemt met de registraties in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) op het adres van het onroerend goed. Zo moet nagegaan worden of de exploitant die de handelszaak huurt of bezet ook daadwerkelijk geregistreerd is in de KBO. Een geldige inschrijving vormt de basis om legale economische activiteiten te kunnen uitoefenen. Bij gebreke hieraan worden de producten verhandeld of diensten geleverd zonder enige vorm van registratie en wordt vermoedelijk elke sociale en fiscale verplichting ontdoken. Verder moet voorkomen worden dat het pand misbruikt wordt als postbusadres zonder dat er enige werkelijke activiteiten uitgeoefend worden. De eigenaar of houder van het zakelijk recht kan niet gedogen dat het adres waar zijn pand gelegen is, gebruikt wordt als postbus. Tot slot mag van de eigenaar/houder van het zakelijk recht verwacht worden dat hij beschikt over de contactgegevens om de exploitant die in zijn pand gevestigd is te contacteren. De voorgaande info is noodzakelijk om controles mogelijk te maken.

2. Pandkalender (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid)

De term prostituee wordt vervangen door sekswerker. Deze term wordt internationaal gebruikt. Deze bewoording kwam tot stand in academische kringen om alle vormen van seksuele dienstverlening te omvatten en is genderneutraal.

Iedere sekswerker die in het Schipperskwartier werkt, geeft zijn identiteitsgegevens door aan de hoofdhouder/beheerder van het raamprostitutiepand. De hoofdhouder/beheerder registreert de gegevens van de sekswerker in de digitale toepassing van de pandkalender, HookUp. Het prostitutieteam van Politiezone Antwerpen gebruikt de gegevens in het kader van de openbare veiligheid, en meer bepaald ter bescherming van de sekswerkers. De persoonsgegevens van de hoofdhouder of beheerder omvatten naam, voornaam, (ondernemingsnummer), officieel adres (en adres van woonstkeuze indien het officieel adres in het buitenland is), gsm-nummer, e-mailadres, geboortedatum en -plaats en rijksregisternummer. De persoonsgegevens van de sekswerker zijn: naam, voornaam, werknaam, geboortedatum, paspoortnummer en telefoonnummer. Het prostitutieteam van Politiezone Antwerpen controleert de gegevens die werden geregistreerd in de pandkalender.

Dankzij het gebruik van de toepassing is politiezone Antwerpen op de hoogte van de actuele verhuursituatie tussen hoofdhouder/houder/beheerder en sekswerker van het raamprostitutiepand. Enerzijds is op deze manier geen  onderverhuring meer mogelijk. Anderzijds kan een tussenpersoon geen raam huren, zodat tewerkstelling van mensen zonder wettig verblijf of minderjarige sekswerkers en dwang vermeden wordt. Op die manier treden stad en politie op tegen mensenhandel en gedwongen prostitutie. In elk raamprostitutiepand moet verplicht een affiche van ‘HookUp’ zichtbaar aangebracht worden. Deze affiche wordt aangeboden door de stad Antwerpen. Op de affiche staat een QRcode en een korte handleiding. Zodra die QRcode wordt gescand, worden de gebruikers doorverwezen naar de digitale toepassing van de pandkalender. Bovendien biedt de digitale toepassing sensibilisering en informatie aan.

De stad Antwerpen hecht belang aan  privacy en is ervan overtuigd dat de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van haar burgers en sekswerkers actief op haar grondgebied van essentieel belang is. Waar de stad persoonsgegevens verwerkt, gebeurt dit conform de geldende wettelijke bepalingen.

Daarnaast stelt politie meer en meer vast dat sekswerkers slechts tijdelijk over een simkaart beschikken waarmee zij een blijvend account aanmaken op een berichtenapp. Door het gebrek van een werkende simkaart zijn zij niet meer in de mogelijkheid om hulp in te roepen wanneer hij/zij gedwongen wordt of in een dreigende situatie verkeert. Bovendien zorgt dit ervoor dat politie de sekswerker moeilijker kan opsporen bij een verontrustende verdwijning. De nieuwe digitale toepassing van de pandkalender tracht deze problematiek te verhelpen door sekswerkers te verplichten om bij de huur van een raamprostitutiekamer een smartphone te bezitten met een werkende simkaart.

Om een monopoliepositie binnen het concentratiegebied tegen te gaan, kan een houder niet meer dan 25% van de ramen in de gedoogzone bezitten. Wanneer de stad Antwerpen dient te handhaven zouden ramen van een eigenaar in extremis moeten kunnen worden gesloten, zonder dat dit negatieve gevolgen heeft voor sekswerkers die anders mogelijks geen raam meer zouden kunnen huren.

Er werd een omschrijving toegevoegd van dagelijks beheer, om het handhaven te vergemakkelijken wanneer dit dagelijks beheer door derden gebeurt.

Bij een aanvraag beheerder(s) moeten voortaan niet enkel de hoofdhouder maar ook de houders een uittreksel strafregister en kleurenkopie van de identiteitskaart toevoegen. Op die manier kan politie alle houders onderwerpen aan een moraliteitsonderzoek.

De bepalingen met betrekking tot HookUp treden in werking vanaf 1 november 2019. Voordien zal er een informatiecampagne doorgaan en zal de stad Antwerpen training en opleiding organiseren met betrekking tot de applicatie met pandeigenaars en sekswerkers.

3. Doop- en feestcharter (Bedrijfseenheden Maatschappelijke Veiligheid en Cultuur, Sport en Onderwijs)

Een aantal wijzigingen van het doop- en feestcharter dringen zich op. Een verduidelijking van een aantal bepalingen is nodig, en het charter dient te worden aangepast aan de praktijk. Er werd ook een wijziging doorgevoerd met betrekking tot de feitelijke dooplocaties. 

4. Handhaving overlastportalen (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid)

Er zijn regelmatig meldingen van burgers over rondhanggedrag in publieke ruimtes van appartementsgebouwen door niet-bewoners. Het gaat in dat geval evenmin om bezoekers van bewoners. Eenzelfde fenomeen doet zich voor in halletjes van gebouwen waarin handelszaken gevestigd zijn. Wanneer er lawaaioverlast mee gepaard gaat of beschadigingen plaatsvinden aan het onroerend goed, zijn er momenteel handhavingsinstrumenten. In alle andere gevallen staan de verbalisanten machteloos. Toevoeging van een artikel in de codex dringt zich op om dit fenomeen te kunnen aanpakken.

5. Aanwezigheid verantwoordelijke van de uitbating (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid)

Wanneer een controle gebeurt in een handelszaak, gebeurt het vaak dat op dat moment de verantwoordelijke van de zaak niet aanwezig is, noch bereikbaar. De medewerker stelt op dat moment niet gemachtigd te zijn enige informatie te verschaffen of enig document te kunnen overmaken, omdat hij/zij niet op de hoogte is. De verplichting wordt opgelegd aan de verantwoordelijke van de uitbating om tijdens openingsuren zelf aanwezig te zijn of te zorgen dat een rechtsgeldige vertegenwoordiger aanwezig is in de zaak.

6. Studentenhuisvesting (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid)

De maatregelen opgenomen in de artikelen 565 en volgende van de politiecodex om brand te voorkomen en te bestrijden, zijn van toepassing op gebouwen met kamers en in studentenhuisvesting. Het is dus mogelijk dat studenten verblijven in zogenaamde ‘gemengde gebouwen’, waar studentenhuisvesting en bewoning door niet-studenten gecombineerd worden. In zulke gemengde gebouwen is het van cruciaal belang om te weten waar precies in het gebouw de studenten gehuisvest zijn.
De Vlaamse Wooncode bepaalt dat een kamer minimaal 12m² groot dient te zijn, vermeerderd met 3m² per functie die bijgevoegd wordt (badkamer, toilet of keuken). Een kamer bewoond door een student moet minimaal slechts 12m² groot  zijn, ongeacht de eventuele bijkomende functies.
In het kader van de controles op de woonkwaliteit is het noodzakelijk om te weten welke kamers bewoond worden door studenten (12m² volstaat) en welke kamers bewoond worden door niet-studenten (12m² volstaat niet indien er een bijkomende functie aanwezig is).  Derhalve is de registratie van wie de studenten zijn en waar ze in het gebouw verblijven belangrijk. Deze verplichting bestond al voor de beheerder van de studentenhuisvesting waarbij de beheerder de gegevens op eerste verzoek moest kunnen overmaken. De verplichting voor de beheerder blijft behouden, maar wordt tekstueel wat aangepast. Het is echter noodzakelijk dat de gegevens ten allen tijde door onder meer een woontoezichter tijdens een controle geraadpleegd kunnen worden in het gebouw zelf.  Daarom wordt de verplichting nu voor de verhuurder bijkomend ingeschreven in de codex in artikel 598. De verhuurder is reeds verplicht om de nodige keuringen, onderzoeken en controles bij te houden in een logboek. De actuele gegevens van de studenten dienen eveneens opgenomen te worden in het logboek en het logboek dient ten allen tijde aanwezig te zijn in het gebouw. Dit maakt het mogelijk dat de diensten van de stad vlotter en gerichter hun controles kunnen uitvoeren.
Deze wijzigingen treden in werking op 1 september 2019.

Artikel 135 §2 Nieuwe Gemeentewet

De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.

Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd:

1. Alles wat verband houdt met een veilig en vlot verkeer op openbare wegen, straten, kaden en pleinen, hetgeen omvat de reiniging, de verlichting, de opruiming van hindernissen, het slopen of herstellen van bouwvallige gebouwen, het verbod om aan ramen of andere delen van gebouwen enig voorwerp te plaatsen dat door zijn val schade kan berokkenen, of om wat dan ook te werpen dat voorbijgangers verwondingen of schade kan toebrengen of dat schadelijke uitwasemingen kan veroorzaken; voor zover de politie over het wegverkeer betrekking heeft op blijvende of periodieke toestanden, valt zij niet onder de toepassing van dit artikel.
2. Het tegengaan van inbreuken op de openbare rust, zoals vechtpartijen en twisten met volksoploop op straat, tumult verwekt in plaatsen van openbare vergadering, nachtgerucht en nachtelijke samenscholingen die de rust van de inwoners verstoren.
3. Het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen, zoals op jaarmarkten en markten, bij openbare vermakelijkheden en plechtigheden, vertoningen en spelen, in drankgelegenheden, kerken en openbare plaatsen.
4. Het toezicht op een juiste toemeting bij het slijten van waren (waarvoor meeteenheden of meetwerktuigen gebruikt worden) en op de hygiëne van openbaar te koop gestelde eetwaren.
5. Het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden.
6. Het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven.
7. Het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast.

Op 17 mei 2005 (jaarnummer 1202) keurde de gemeenteraad de code van gemeentelijke politiereglementen van de stad Antwerpen goed. Inbreuken op de code van gemeentelijke politiereglementen kunnen sindsdien gesanctioneerd worden met administratieve sancties waaronder een administratieve geldboete.

Deze code van politiereglementen werd later nog verscheidene keren gewijzigd. De nieuwe gecoördineerde versie werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 16 december 2013 (jaarnummer 753). De laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 april 2019 (jaarnummer 316).