2014_CBS_07180 - Bestuurlijk toezicht - Stoffencircus van 22 juni 2014 op Groenplaats - Klacht bij gouverneur. Collegiale brief - Goedkeuring

Op 17 juni 2014 werd toelating verleend aan Stoffencircus (t.a.v. de heer Frederik Wouters), gevestigd te Nederland om het evenement 'Stoffencircus' te organiseren op 22 juni 2014 op de Groenplaats.  De initiële aanvraag werd ingediend bij de stad op 23 april 2014.

In de toelating werd uitdrukkelijk het volgende opgenomen: "Graag wijzen wij u erop dat deze toelating geldt voor een éénmalig evenement en dat de stad Antwerpen niet de intentie heeft om een dergelijk evenement op regelmatige basis te laten plaatsvinden."

Op 30 juni 2014 ontving de stad Antwerpen een brief van de toezichthoudende overheid, waarbij een klacht wordt overgemaakt namens bvba Soie Unique door advocaat Serge van Eeghem tegen de beslissing van 17 juni 2014.  De gouverneur vraagt aan het stadsbestuur om binnen de 10 dagen het volledig dossier terzake en een omstandige toelichting van het stadsbestuur over te maken.

De klager vraagt aan de gouverneur om de toelating voor dit evenement te vernietigen, en dit omwille van:

• strijdigheid met de bepalingen uit de politiecodex: de aanvraag zou niet ingediend zijn binnen de voorgeschreven termijn van 8 weken vóór het evenement en het evenement zou niet mogelijk zijn op de Groenplaats;
• de toepasselijkheid van de wet ambulante handel, waardoor een machtiging nodig zou zijn om de verkoop te kunnen organiseren; Stoffencircus beschikte niet over zulke machtiging;
• strijdigheid met de eerlijke marktpraktijken en eerlijke concurrentie.

Het stadsbestuur meent evenwel dat:

• alle bepalingen uit de politiecodex werden nageleefd: de initiële aanvraag voor dit evenement werd ingediend op 23 april 2014 en zulke evenementen zijn perfect mogelijk op de Groenplaats;
• de bepalingen van de wet ambulante handel niet van toepassing zijn op dit evenement, aangezien het gaat om een éénmalig evenement dat valt onder de uitsluitingsgronden van de wet ambulante handel; een machtiging was dus niet vereist voor dit evenement;
• het niet aan de stad is om de naleving van de wetgeving eerlijke marktpraktijken en eerlijke concurrentie te controleren.

Vandaar wordt met een collegiale brief aan de gouverneur gevraagd om niet in te gaan op de vraag van de klagers om de verstrekte toelating te vernietigen.  Bovendien heeft de klager geen belang bij de vraag tot vernietiging en is de klacht zonder voorwerp, aangezien het evenement al heeft plaatsgevonden op 22 juni 2014.

Artikel 254 § 2 van het Gemeentedecreet bepaalt dat de toezichthoudende overheid bij ontvangst van een klacht het besluit en het bijhorende dossier opvraagt bij de gemeenteoverheid.