Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Digit - FOD Mobiliteit en Vervoer - Dienst Luchtvaart |
28 februari 2018 |
Geen tijdig advies ontvangen |
Geen tijdig advies ontvangen waardoor aan de adviesvereiste kan worden voorbijgegaan |
Digit - brandweer/ risicobeheer/ preventie |
28 februari 2018 |
15 maart 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale wetgeving
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt
geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften:
Deze aanvraag wijkt af van artikels 6 en 10 van de bouwcode. Het vergunde bouwvolume van dit gebouw is reeds hoger en dieper dan de kenmerkende bebouwing langs de Sint-Vincentiusstraat. Het is dan ook niet toelaatbaar dat naast de uitloop van de liftschacht het bovenste appartement wordt uitgebreid met een extra daklaag, met name een extra kamer met toegang tot een ruim dakterras.
Voor de inrichting van dit dakterras, dat niet voldoet aan de bepalingen van het burgerlijk wetboek inzake lichten en zichten, werden de achtergevels en de scheidingmuur verhoogd met metalen spijlenwerk van 1 meter hoogte. Om de bouwrechten van de aanpalende buur te garanderen, moet een scheidingsmuur conform artikel 34 van de bouwcode uitgevoerd worden in massief ongeperforeerd materiaal van minstens 18cm. Het is echter niet toelaatbaar om deze scheidingsmuur op deze manier te verhogen en dus een extra bouwlaag te voorzien. Dit werd reeds beschreven in de vorige alinea.
De aangehaalde afwijkingen op de bouwcode vormen op zich reeds voldoende grond om de aanvraag te weigeren.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid:
De aanleg van een dakterras moet in overeenstemming zijn met de voorschriften van het Burgerlijk Wetboek, meer bepaald de regelgeving betreffende lichten en zichten. Dit betekent dat een dakterras enkel toegelaten is wanneer de scheidingsmuren minstens 1m90 hoog zijn of wanneer er een minimale afstand van 1m90 gerespecteerd wordt tot aan de scheidingsmuur. Deze strook van 1m90 kan dan bijvoorbeeld worden aangelegd als een onbetreedbaar groendak.
De aanvraag voldoet niet aan deze minimale afstand. Zelfs de toegang tot het dak bevindt zich in deze niet-betreedbare zone. Aangezien de aanpalende buur steeds het recht behoudt om zijn gebouw uit te breiden met een daklaag inclusief buitenruimte, is het belangrijk voor de privacy dat deze afstand gerespecteerd wordt en komt een terras tegen de perceelsgrens hier niet in aanmerking voor een vergunning.
Vanuit de harmonie met de omgeving en een goede (toekomstige) aansluiting met de aanpalende bebouwing, wordt ook niet toegestaan dat de scheidingsmuur verhoogd wordt.
Functionele inpasbaarheid:
Mits voldaan te zijn aan de bepalingen van het burgerlijk wetboek inzake privacy en andere geldende voorschriften, wordt het gebruik van daken als buitenruimte en daktuin aangemoedigd.
Visueel-vormelijke elementen:
De aanvraag bevat geen informatie waaruit blijkt dat de verbouwingswerken duurzaam, kwalitatief en of esthetisch verantwoord zijn.
Mobiliteitsimpact (o.a. toetsing parkeerbehoefte):
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van problemen met inkijk en strijdigheid met de goede ruimtelijke ordening.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
2 februari 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
28 februari 2018 |
Opening openbaar onderzoek |
geen |
Afsluiten openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
29 april 2018 |
Verslag GOA |
19 april 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018008003 |
Gegevens van de aanvrager: |
JAB met als adres Frans Van Hombeeckplein 33 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Sint-Vincentiusstraat 37 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 6 sectie F nr. 1342M5 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag |
toegankelijk maken van het dak en het plaatsen van een dakterras |
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag:
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist om de omgevingsvergunning te weigeren.