Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Digit - brandweer/ risicobeheer/ preventie |
6 juni 2018 |
19 juni 2018 |
Ongunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ geacht vergund |
6 juni 2018 |
8 juni 2018 |
DL adresbeheer (huisnummers) |
6 juni 2018 |
6 juni 2018 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
6 juni 2018 |
Geen tijdig advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
6 juni 2018 |
13 juni 2018 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
6 juni 2018 |
22 juni 2018 |
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
Algemene bouwverordeningen
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Voor het vermeerderen van het aantal woongelegenheden worden geen extra parkeerplaatsen gerealiseerd.
Sectorale wetgeving
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Het aantal wooneenheden is vermeerderd van 8 naar 10 wooneenheden, zonder vergunning. De functiewijziging kan ook niet beschouwd worden als geacht vergund gezien ook de bewonerskaarten aantonen dat maximum 8 gezinnen op het adres zijn ingeschreven geweest (periode 1958-1978). Door de functiewijziging op het gelijkvloers naar wonen voldoet de aanvraag niet aan een aantal artikels van de bouwcode:
Het ontwerp voldoet niet aan volgend artikel van de wetgeving toegankelijkheid:
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen. Advies Mobiliteit: “De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding met 2 wooneenheden. 1 appartementen < 60m² met parkeernorm 1.05 à 1 x 1.05 = 1.05 1 appartementen tussen 60m² en 90m² met parkeernorm 1.2 à 1 x 1.2 = 1,2 De werkelijke parkeerbehoefte is 2.” |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0 parkeerplaatsen. In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden: Het betreft een hoekperceel. De grootte en vorm van het perceel laten het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe. Vanuit ruimtelijk oogpunt is het niet gewenst dat de tuinzone wordt ingenomen door parkeerplaatsen. |
Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 parkeerplaats. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2. Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering worden gebracht voor 1 parkeerplaats. Advies Mobiliteit: “105m² kantoor met parkeernorm 1,1/100m² bvo = 1,1 Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 1.” Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 parkeerplaats. Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 15 december 2014. In deze aanvraag zou dit van toepassing zijn op 1 plaats. |
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Voorliggende aanvraag is een voorafname op het verkrijgen van een vergunning voor het realiseren van een bijkomend volume in de tuinzone van het pand. De aanvraag bevat verder geen informatie over de wijze waarop deze toevoeging zou kunnen worden gerealiseerd. Een uitbreiding in die zin is niet onmogelijk maar wordt alleszins in vraag gesteld gezien de beperkte oppervlakte. Art. 27 van de bouwcode stelt dat bij uitbreiding steeds minstens 1/5de van het perceel onbebouwd moet blijven. Het perceel heeft een oppervlakte van ca. 270m², de tuin is ongeveer 100m² groot. Art 27 volgend, betekent dit dat 54m² van het terrein als tuin dien te worden aangelegd en slechts 46m² bijkomend kan worden bebouwd. Deze oppervlakte is duidelijk ontoereikend om een kwalitatief ontwerp te realiseren en biedt geen meerwaarde aan het bestaande pand, integendeel. Momenteel hebben de appartementen aan de tuinzijde op elke verdieping grote ramen gericht op het noordoosten. Deze worden dichtgemaakt. De nieuwe ramen aan de straatzijde, naar het noorden (beperkt westen) gericht zijn onvoldoende om dit verlies aan woonkwaliteit te compenseren.
De tuinzone wordt volgens de laatst vergunde toestand gemeenschappelijk gebruikt. Als de tuinzone wordt bebouwd, dienen de appartementen minstens de worden voorzien van een individuele buitenruimte van 4m², conform art. 28 van de bouwcode.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgestelde materialen zijn in overeenstemming met de stedelijk context van het perceel.
Cultuurhistorische aspecten
Gezien het pand is gelegen in een gebied met cultureel, historische en esthetische waarde volgens het gewestplan, werd advies gevraagd aan de stedelijke dienst monumentenzorg. Gezien het pand beeldverstorend is, wordt geoordeeld dat de gevraagde wijzigingen geen impact hebben op de architecturale en esthetische waarde van deze omgeving.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De bouwaanvraag werd voorgelegd aan de brandweer voor advies. Dit advies is ongunstig omwille van de vele en belangrijke conceptuele tekortkomingen. De aanpassingen die nodig zijn om tegemoet te komen aan het advies van de brandweer wijzigen de bouwplannen op essentiële punten, waardoor een nieuwe aanvraag noodzakelijk is.
De aangevraagde interne en wijzigingen en de wijzigingen aan de gevels verminderen het wooncomfort in grote mate. Zie beoordeling schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid.
Stedenbouwkundige handelingen
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van:
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
27 april 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
26 mei 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
25 juli 2018 |
Verslag GOA |
28 juni 2018 |
naam GOA |
Martijn Coppoolse |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer : |
OMV_2018034003 |
Gegevens van de aanvrager: |
Dynamica Real Estate met als adres Frans Van Hombeeckplein 33 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Le Grellelei 12 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 23 sectie B nr. 362V2 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
wijzigen van de raamopeningen in de gevels |
Stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
Laatst vergunde toestand
Bestaande toestand
Inhoud van de aanvraag
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist om de omgevingsvergunning te weigeren.