Terug

2018_CBS_06162 - Omgevingsvergunning - OMV_2018031451. Mechelsesteenweg 273. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 06/07/2018 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, stadssecretaris

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, stadssecretaris

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_06162 - Omgevingsvergunning - OMV_2018031451. Mechelsesteenweg 273. District Antwerpen - Goedkeuring 2018_CBS_06162 - Omgevingsvergunning - OMV_2018031451. Mechelsesteenweg 273. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

  1. de gemeentelijke projecten;
  2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Digit - Vlaams gewest, Agentschap Wegen en Verkeer Antwerpen

22 mei 2018

12 juni 2018

Voorwaardelijk gunstig

Digit - brandweer/ risicobeheer/ preventie

22 mei 2018

6 juni 2018

Voorwaardelijk gunstig


Interne adviezen

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

22 mei 2018

25 mei 2018

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

22 mei 2018

28 mei 2018


Toetsing aan de voorschriften

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

         De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.   

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
    (De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)

    De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:

  • artikel 27:  parkeerplaats P65 voldoet niet aan de minimale breedte van 3,50 meter. deze parkeerplaats heeft slechts een breedte van 3,40 meter.

Algemene bouwverordeningen

  • Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
    (De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

    De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

  • Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
    (De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)

    De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

  • Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
    (De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)

    De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale wetgeving

  • MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
     
    Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt

geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

  • Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

    Het voorliggende project genereerd geen bijkomende verharde oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
  • Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
    (De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Deze aanvraag bevat geen functiewijziging. De werken gebeuren in functie van een betere interne inrichting en een efficiënt gebruik voor de verschillende gebruikers van deze parkeerkelder.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Het gaat om wijzigingen aan een ondergrondse parking en dus niet om een functiewijziging of uitbreiding. De werkelijke parkeerbehoefte die voortkomt uit deze aanvraag is dus 0.

Door de wijzigingen worden er 3 extra parkeerplaatsen voorzien. Er zijn er nu 95.

De garage is te bereiken via de Lamorinièrestraat.

De fietsenberging wordt aangepast en verplaatst. De helling van de parking wordt voorzien van fietssuggestiestroken en fietsmarkeringen.

Cultuurhistorische aspecten

Door de stedelijke dienst monumentenzorg werd volgend advies gegeven:

Inleiding

Naar aanleiding van uw vraag om advies, kan ik u melden dat de werken gesitueerd zijn in een pand dat is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014. De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed van 28 november 2014 zorgt ervoor dat er voor het eerst een éénduidige en overzichtelijke lijst van het gebouwd patrimonium in Vlaanderen bepaald is. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten. Voor gebouwen opgenomen in de inventaris wordt de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw en/of constructie onderworpen aan de wenselijkheid van behoud.  Het behoud van de elementen met historische, stedenbouwkundige, architecturale, bouwhistorische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Conform art. 5§2 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 moet de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat vergunningverlenende overheid deze kan afwegen.

Aan de beschrijvende nota werd een cultuurhistorische motiveringsnota toegevoegd.  Gezien de aard en de omvang van de werken is een CHE-rapport niet gevraagd.  De aanvraag voldoet dan aan artikel 5§2.

Beoordeling

De aanvraag heeft betrekking op het kantoorgebouw voor het voormalige E.B.E.S., waaruit later het energiebedrijf Electrabel is ontstaan. Het kantoorgebouw is een hoogbouw van 1958-59 naar ontwerp van Léon Stynen in samenwerking met Hugo Van Kuyck. De brede sokkel werd gevormd door de begane grond (opslag + tentoonstellingsruimte) en de eerste bouwlaag (klantenonthaal), waarbij initieel een deel van het huidige gelijkvloers aan de zijde van de Lamorinièrestraat behoorde tot het openbaar domein.  De buitenruimte liep dus onder het gebouw door. Bovenop de sokkel staat een rechthoekig torengebouw van elf verdiepingen (administratie). De gevels kennen een doorgedreven rationaliteit met rechthoekige muuropeningen en brede doorlopende glaspartijen ter hoogte van de trapzaal. Het gebouw is een voorbeeld van vernieuwende architectuur op dat moment, met als nieuw concept alle activiteiten van een bepaald bedrijf te centraliseren. Stynen en Van Kuyck kregen de opdracht een gebouw te ontwerpen dat aan het personeel comfortabele werkomstandigheden bood en voor de klanten een snelle bediening kon leveren.

Onderzoek naar de oorspronkelijke plannen en een artikel uit 1960 hebben uitgewezen dat Stynen en Van Kuyck met het gebouw een doorgedreven rationaliteit en moderniteit wilden realiseren, zowel voor wat betreft de gevelopbouw, als voor de structuur en de interne verdeling. Die planmatige rationaliteit is vandaag gedeeltelijk verloren gegaan maar recente bouwaanvragen vroegen om herstel van deze onoordeelkundige ingrepen. 

Het object is beeldbepalend omdat de stedenbouwkundige, architecturale en/of esthetische waarde hoog is. De door de architecten beoogde rationaliteit en moderniteit zijn nog aanwezig, vooral voor het torenvolume. Het gebouw bepaalt nog steeds sterk de uitstraling van de omgeving. Vanuit architecturaal en stedenbouwkundig oogpunt kan ze als representatief beschouwd worden voor de moderne principes van de ontwerpers. Het gebouw wordt gekenmerkt door een hoge contextwaarde omdat het zich net afzet tegen de conventionele stedenbouwkundige omgeving. Aan deze waardevolle architectuur werd het oorspronkelijke ontwerp door aanpassingen aangetast maar het initiële idee is wel nog afleesbaar.

Het project werd voorbesproken met de stedelijke dienst Monumentenzorg.

De te regulariseren werken aan de ondergrondse parkeergarage doen geen afbreuk aan de erfgoedwaarde.

De aanpassingen zijn niet zichtbaar vanop de straat.”

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanpassingen aan de toegangshelling komen de verkeersveiligheid ten goede.

Er is geen aanleiding om af te wijken van de geldende voorschriften van de verordening toegankelijkheid. In voorwaarde wordt opgelegd om parkeerplaats P65 uit te voeren met een minimale breedte van 3,50 meter.

Advies aan het college

Stedenbouwkundige handelingen

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

  1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
  2. de toegankelijke parkeerplaats P65 uit te voeren met een minimale breedte van 3,50 meter.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

18 april 2018

Volledig- en ontvankelijk

17 mei 2018

Opening openbaar onderzoek

geen

Afsluiten openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Verslag GOA

29 juni 2018

naam GOA

Brenda Dierckx

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Projectnummer :

OMV_2018031451

Gegevens van de aanvrager:

NV HIMMOS LIVING met als adres Mechelsesteenweg 271 bus 2.1 te 2018 Antwerpen

Ligging van het project:

Mechelsesteenweg 273 2018 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 6 sectie F nr. 1354X9

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag

regulariseren van wijzigingen aan een ondergrondse parkeergarage


Stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

  • 30 april 2014: vergunning (2014498) voor het verbouwen en herbestemmen van een gedeelte van een bestaand kantoorgebouw tot supermarkt;
  • 21 april 2017: vergunning (2017249) voor het uitbreiden van een dakvolume op de WATT-toren;
  • 19 januari 2018: aktename (melding 2017210) van nieuwe ingrepen stabiliteit (ondergrondse parkeergarage). 

Laatst vergunde toestand

  • een hoog kantorencomplex op de hoek van de Mechelsesteenweg en de Lamorinièrestraat;
  • op de gelijkvloerse verdieping is een supermarkt vergund;
  • onder het volledige gebouw is een ondergrondse parkeerplaats aanwezig;
  • de toegang van deze ondergrondse parkeerplaats is bevindt zich langs de zijde van de Lamorinièrestraat.

Bestaande toestand

  • de ondergrondse parking werd anders uitgevoerd voor. De wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand,  kunt u terugvinden onder het punt ‘inhoud van de aanvraag’ van dit besluit.

Inhoud van de aanvraag

  • de aanvraag betreft beperkte niet-constructieve wijzigingen aan de vergunde ondergrondse parking. (vergunning dd. 30.04.2014)
  • de  9  kleine  wijzigingen  ten  opzichte  van  de  vergunde  toestand  van  de  ondergrondse  bouwlaag  zijn opgesomd en beschreven in de punten wijziging -1.1 tot wijziging -1.9
    • WIJZIGING -1.1

betreft voornamelijk de inrit van de parking, die evenwel als helling voor de fietsers is voorzien. Om de veiligheid van de fietsers te garanderen worden er langs beide zijden fietssuggestiestroken duidelijk zichtbaar aangebracht, met geschilderde logo’s van fietsers en pijlen voor de rijrichting. Deze oplossing werd met de consulent architectuur besproken en na interne overleg met de consulent mobiliteit via mail dd. 12.01.2018 goedgekeurd;

  • WIJZIGING -1.2

Betreft het realiseren van een bijkomende doorsteek hierdoor verdwijnen 6 parkeerplaatsen (P51,P52,P53 – P60,P61,P62) op deze vrijgekomen locatie voorziet men eveneens een slagboom;

  • WIJZIGING -1.3

Betreft verplaatsing van fietsenberging 04;

  • WIJZIGING -1.4

De fietsenberging 02 word 43m2 in plaats van 65m2 uitgevoerd, daarmee zijn bijkomende parkeerplaatsen P51 + P 52 gecreëerd;

  • WIJZIGING -1.5

De technische lokalen zijn kleiner uitgevoerd, conform de huidige behoefte van de functie in de toren. Op de vrijgekomen ruimte voorziet de aanvrager een garagebox met twee autostaanplaatsen (P82,P83), een mindervalide parkeerplaats (P81) en een autoparkeerplaats (P80)

  • WIJZIGING -1.6

De fietsenberging 03 is 36m2 groot uitgevoerd in plaats van 32 m2;

  • WIJZIGING -1.7

het omvormen van de mindervalide parkeerplaats P92, naar een mindervalide parkeerplaats P65 met naastliggend een bijkomende parkeerplaats P64;

  • WIJZIGING -1.8

Verplaatsen van de deur naar de fietsenberging 01, daardoor zijn parkeerplaatsen P85+P91 opgeschoven;

  • WIJZIGING -1.9

Ter hoogte van de centrale toegangskoker is er nu een bijkomende toegankelijke lift voorzien.

de bovenliggende bouwlagen maken geen deel uit van deze aanvraag.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is:

  • de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven;
  • de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
  • de toegankelijke parkeerplaats P65 uit te voeren met een minimale breedte van 3,50 meter.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.