2018_CBS_10168 - Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12' - Procesnota. Startnota. Publieke raadpleging. Advies - Goedkeuring

Artikel 2.2.7. §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dat zegt dat de Vlaamse regering  aan de colleges van burgemeester en schepenen van de betrokken gemeenten advies vraagt over de startnota.

Zowel het voorgenomen GRUP (alternatief A) als het te overwegen alternatief (alternatief B) herbestemmen de percelen op Antwerps grondgebied deels als gemengd openruimtegebied en deels als natuurgebied, in beide gevallen met een overdruk voor een reservatiestrook leidingen en ecologische verbindingen.

De percelen op Antwerps grondgebied behoren tot de meest overstromingsgevoelige binnen het plangebied van het GRUP. De vrijwaring ervan in functie van waterbuffering tijdens natte periodes is cruciaal om het bedrijventerrein ten noorden ervan te beschermen tegen wateroverlast. Het GRUP draagt indirect bij aan het functioneren en de ontwikkelingskansen van de bedrijvigheid. Voor het verlies van 6.5 ha ruimte voor nieuwe bedrijvigheid is het aangewezen om conform de beleidsnota KMO en industrie een alternatief te zoeken.

De hele beekvallei vormt voor de stad Antwerpen, en in het bijzonder de zuidrand, een belangrijke openruimteverbinding in functie van zachte recreatie en natuur. Het gebied werd in het Groenplan Stad Antwerpen dan ook weerhouden als een onderdeel van het Zuiderpark, één van de vijf superparken die samen de groenstructuur van de stad vormen. Het groenplan legt, naast waterregulatie in functie van klimaatproblematiek, ook een focus op de rol van het gebied voor natte natuur.  Het GRUP draagt rechtstreeks bij aan de beoogde consolidatie van de open ruimte ten behoeve van de verbetering van het beeklandschap en de daarin aanwezige natuurwaarden en potenties voor zachte recreatie.

Het verschil tussen alternatief A en B is voor de stad Antwerpen niet relevant. Het behouden van het containerpark hypothekeert de doelstelling van het GRUP niet.

Advies
Het college adviseert de startnota van het GRUP ‘Vallei van de Benedenvliet / Grote Struisbeek tussen E19 en A12’ positief voor beide alternatieven.

Het college vraagt om bij de verdere uitwerking van het GRUP volgende aanbevelingen mee te nemen: 

• bij de beschrijving van het fysische systeem (p26) aandacht te besteden aan de klimaatverandering en de grotere nood aan waterbuffering. De stad liet een rivierimpactstudie uitvoeren waarin verschillende klimaatscenario’s voor onder andere de Grote Struisbeek werden uitgewerkt. De studie kan ter beschikking gesteld worden; 
• bij de uitwerking van het GRUP, in het kader van de klimaatveranderingen, ook ruimte voor waterbuffering als een doelstelling (p40) op te nemen; 
• bij de samenstelling van de maatschappelijke klankbordgroep (p4) ook een vertegenwoordiging van de bedrijvenzone die rond het gebied ligt te voorzien; 
• het onderzoek (p52) naar het verdwijnen van de economische ruimte en de weerslag op de aanwezige bedrijven - waarvan sprake in de startnota - te verscherpen tot een voorstel van enkele concrete alternatieven voor het verlies aan de economische ruimte.

Artikel 2.2.7 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening die de procedure voor de opmaak van gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen vastleggen.

Op 6 juli 2018 keurde de Vlaamse regering de startnota en procesnota voor het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) ‘Vallei van de Benedenvliet / Grote Struisbeek tussen E19 en A12’ goed. De publieke consultatie voor het GRUP loopt van 25 september tot 23 november 2018. De adviestermijn eindigt eveneens op 23 november 2018.

De startnota is de eerste stap van een geïntegreerd planningsproces en omvat onder andere een beschrijving van de doelstellingen van het GRUP, een afbakening van het plangebied, een beknopte omschrijving van alternatieven, reikwijdte, detailleringsniveau en te onderzoeken effecten van het voorgenomen GRUP.

Het voorgenomen GRUP omvat delen van het grondgebied van de gemeenten Aartselaar, Antwerpen en Kontich. Het deel in Antwerpen (district Wilrijk) is beperkt (6,5 ha) en omvat enkele gronden op de noordelijke beekoever, tussen de A12 en de Kleine Doornstraat. De doelstellingen van het GRUP zijn:

• het vrijwaren van de open ruimte in de beekvallei voor de structuurbepalende openruimtefuncties landbouw, natuur, bos en waterberging; 
• het vrijwaren van een overstromingsgevoelig natuurlijk valleisysteem van verdere verharding en bebouwing en het bepalen van de ontwikkelingsmogelijkheden voor bestaande bebouwing in deze vallei; 
• het behouden en versterken van de beekvallei als groenblauwe openruimteverbinding door de Antwerpse zuidrand.

Het GRUP geeft daarmee uitvoering aan:

• de richtinggevende en bindende bepalingen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen met betrekking tot de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur en de gebiedsgerichte en geïntegreerde ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos die voor de regio Antwerpse Gordel en Klein-Brabant daarvoor is uitgewerkt (actie 36); 
• de beslissingen van de Vlaamse Regering over de herbestemming van de zogenaamde ‘signaalgebieden’, zijnde overstromingsgevoelige gebieden waarvan de bestemming gewijzigd moet worden om ze als openruimtegebied te vrijwaren, meer bepaald de beslissing van de Vlaamse Regering van 24 januari 2014 over het signaalgebied Benedenvliet A12 (signaalgebied met bouwvrije opgave).

Het voorgenomen GRUP voert de noodzakelijke bestemmingswijzigingen uit. Op het grondgebied van de stad Antwerpen wordt de bestemming bepaald door het BPA 31 Nijverheidszone II. De betreffende delen zijn bestemd als reservatiegebied voor de Grote Ring. Het huidige gebruik van deze gronden is grasland.