2018_CBS_06508 - Stedenbouwkundige vergunningen. District Antwerpen. Dambruggestraat 47, 2017160 - Vraag tot opname vergunningsregister wegens vermoeden vergunning - Goedkeuring

Het college is bevoegd in het kader van de opmaak van het vergunningenregister en de actieve onderzoeksplicht in toepassing van  artikel 5.1.3 §1 en §2, en artikel 7.6.2. §1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Het voorwerp
De aanvraag betreft de vraag tot opname in het vergunningenregister van een constructie met de functie van meergezinswoning met vijf woonentiteiten. Specifiek wordt gevraagd om de woongelegenheid in het souterrain bijkomend op te nemen wegens vermoeden van vergunning.

De bewijsvoering
Volgens de kadastrale gegevens dateert de ingebruikneming van het gebouw van voor 1875.

In het archief werden bouwplannen teruggevonden  van 1914. Hieruit blijkt dat de constructie met kelderkeuken en vier bovenliggende bouwlagen werd vergund.

De constructie werd op 24/10/2014 met vier woonentiteiten opgenomen in het verguningenregister wegens vermoeden van vergunning.
De bewijsvoering betreffende het aantal woongelegenheden luidt: “Het aantal ingeschreven gezinnen of alleenstaanden daalt gestaag maar met beperkte fluctuaties vanaf 1948 tot 2008. Er is dus geen constant aantal te ontwaren, maar het gemiddelde bedraagt vier.” Er werd beslist slechts 4 woongelegenheden goed te keuren.

Op datum van 10/07/2015 (2015_CBS_05864) keurde het college het beoordelingskader voor aanvragen vermoeden van vergunning goed. Betreffende het aantal woongelegenheden stelt het beoordelingskader als volgt: Om onder geacht vergund te kunnen vallen, moet aangetoond worden dat de woongelegenheden bestaan van vóór 1962 of van vóór 1979 én er door de aanvrager kan aangetoond worden (met alle bewijsmiddelen) dat op een bepaald moment een bepaald aantal woongelegenheden aanwezig waren. Voor de woongelegenheden dient er dus geen continue basis te zijn om het aantal woongelegenheden als vergund te aanvaarden. De historiek van bewoning vormt een element in het onderzoek van de aanvraag tot opname in het vergunningenregister als vergund geachte constructies.

Uit de bevolkingsgegevens blijkt dat, voor de inwerkingtreding van de Wet op Stedenbouw (22 april 1962), 10 gezinnen tegelijkertijd waren ingeschreven en dat, voor de datum van het gewestplan (9 november 1979), vijf gezinnen tegelijkertijd waren ingeschreven.

De aanvrager verzoekt om  vijf woonentiteiten op te nemen in het vergunningenregister daar men niet met een gemiddelde moest rekening houden, maar met het aantal per onderscheidde periode. Daar het souterrain voldoet aan de vereisten van het woondecreet, vraagt men deze als vijfde woonentiteit op te nemen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning.

Voorgaande bewijst voldoende dat de constructie, inclusief de vijf woonentiteiten, dateert van voor de inwerkingtreding van de Wet op Stedenbouw (22 april 1962).
De badkamers, terrassen en uitbreiding  aan de achterzijde zijn echter recente toevoegingen en moeten worden geregulariseerd middels een afzonderlijke omgevingsvergunning.

Conclusie

Uit de bijgevoegde bewijsmaterialen blijkt dat de constructie, inclusief de  vijf woonentiteiten, in aanmerking komt voor opname in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning, met uitzondering van de verbouwingen aan de achterzijde (badkamers, terrassen en uitbreiding).

De gemeentelijk omgevingsambtenaar stelt voor om, gelet op de aangehaalde argumenten, de constructie, inclusief de vijf woonentiteiten, op te nemen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning met uitsluiting van de verbouwingen aan de achterzijde (badkamers, terrassen en uitbreiding).

Iedere constructie waarvan aangetoond is dat ze gebouwd werd voor 22 april 1962 ofwel tussen deze en voor de eerste invoering van het gewestplan (3 oktober 1979, van kracht 9 november 1979), dient te worden opgenomen in het vergunningenregister als “vergund geacht” in toepassing van artikel 5.1.3. §1 en §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Op datum van 14 december 2017 vraagt Jeroen De Coninck, advocaat, Amerikalei 211, 2000 Antwerpen om het pand, gelegen Dambruggestraat 47 district Antwerpen, op te nemen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning. Hierbij worden de volgende documenten ter staving toegevoegd:

• plannen van de huidige toestand;
• foto’s van de huidige toestand;
• motivatienota;
• bewonersgegevens / grafiek;
• herstelvordering 24/06/2014;
• proces-verbaal, vaststelling uitvoering na een arrest van 23/11/2016.

Voorgeschiedenis:

Op datum van 24/10/2014 (2014_CBS_10726) besliste het college tot opname van het pand Dambruggestraat 47, Antwerpen in het vergunningenregister wegens vermoeden van vergunning, goed te keuren, als een gebouw met vier woongelegenheden. 

Op datum van 10/07/2015 (2015_CBS_05864) keurde het college het beoordelingskader voor aanvragen vermoeden van vergunning goed. 

1. Bestaande juridische toestand
Geldende bestemmingsplannen:
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 2060, goedgekeurd op 20 december 2012.
Volgens dit ruimtelijk uitvoeringsplan ligt het goed in een zone voor wonen.

Kadastrale gegevens:
Het pand, Dambruggestraat 47 district Antwerpen, met kadastrale ligging 8-e afdeling, sectie H, nummer 550 D 26 is kadastraal gekend als HUIS.

Voor dit pand werden de volgende relevante vergunningen / toelatingen verleend:
- vergunning d.d. 14 januari 1914 voor ‘Hofmuur oprichten’ (dossiernummer 18/5013-12679);
- vergunning d.d. 2 februari 1914 voor ‘Gevel- en binnenveranderingen’ (dossiernummer 18/5105-12768).

2.Bestaande feitelijke toestand
Omschrijving van de bestaande toestand:
Het pand betreft een rijwoning met een souterrain en drie bouwlagen onder een mansardedak en bestaat momenteel uit een appartement op het gelijkvloers, een appartement op verdieping 1, een appartement op verdieping 2 en een appartement op de mansardeverdieping.

Overtredingen:
- 18 september 2009 (PV-nummer AN.66.LB. 108495/2007, intern refertenummer AN3/2007/O/0209 - 2007638) voor het vermeerderen van het aantal woongelegenheden van 1 naar 7 zonder vereiste stedenbouwkundige vergunning;
- herstelvordering 24/06/2014;
- vaststelling uitvoering na een arrest van 23/11/2016.