Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018104560 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Youssef El Morabiti met als adres Koningin Elisabethlei 22 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Markgravelei 86 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 10sectie K nr. 1821B |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
rooien van vier bomen op het domein "Het Torenhof" |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 20/11/2001: vergunning (20003704) voor het verbeteren en vergroten van de speeltuin;
- 20/07/2007: vergunning (2007462) voor het verwijderen van gevaarlijke bomen;
- 27/04/2017: vergunning (2017670) voor het rooien van twee bomen op het domein “Het Torenhof”.
Laatst vergunde toestand
- de speeltuin is gerenoveerd.
Bestaande toestand
- een park met een speeltuin.
Inhoud van de aanvraag
- rooien van vier bomen;
- de twee Castanea sativa (tamme kastanjes) hebben een stamomtrek van 2 meter, de Acer platanoldes heeft een stamomtrek van 1,20 meter en de Robinia pseudoacacia een van 3 meter;
- de bomen dienen gerooid te worden om veiligheidsredenen;
- de kastanjebomen zijn erg aan het aftakelen en hangen bovendien helemaal naar voor;
- de twee andere bomen staan dicht bij de scheidingsmuur en zijn eveneens in slechte staat;
- schimmelsporen op de stam wijzen op aantasting door een parasitaire, hout verzwakkende zwamsoort.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Vlaams gewest, Agentschap Natuur en Bos |
18 oktober 2018 |
26 oktober 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Onroerend Erfgoed |
18 oktober 2018 |
16 november 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
3 oktober 2018 |
16 oktober 2018 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
3 oktober 2018 |
23 oktober 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een parkgebied. De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De bomen zijn gelegen in parkgebied binnen een groene omgeving en sluiten aan op een omgevend park “Hof Van Leysen”. Het Torenhof , toegankelijk via een gekasseide weg, is met het park beschermd als landschap.
Visueel-vormelijke elementen
De bomen zijn essentieel in dit gebied dat beschermd is als “landschap Torenhof met omgevend park”. Na het vellen van deze Robinia pseudoacacia, blijft er echter nog voldoende vrije ruimte op het perceel aanwezig, voor het uitvoeren van de heraanplant zoals opgenomen in het advies van de stedelijke afdeling groen en begraafplaatsen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De bedrijfseenheid stadsbeheer/afdeling groen en begraafplaatsen adviseert met volgende afweging:
‘- Enkel de Robinia pseudoacacia (stamomtrek 300 cm) mag omwille van veiligheidsredenen geveld worden (Aantasting door parasitaire houtschimmel, namelijk: zwavelzwam). De boom staat aangeduid met een rode stip op de kaart;
- Bomen die scheef staan hoeven niet direct een verhoogd risico te zijn. Ze kunnen ook scheefgegroeid zijn op zoek naar meer licht. Pas bij een recente scheefzakking kan men spreken over een verhoogd risico. Bij deze bomen zijn er geen symptomen die er op wijzen dat ze recentelijk zijn scheefgezakt.
- De conditie van bomen is een tijdelijk gegeven en is van zeer veel zaken afhankelijk (droogte, ziekte, stress, gebrek een nutriënten,…). De conditie is een gegeven dat langs beide kanten op kan gaan, zowel verbeteren als verslechten. Deze bomen geven de indruk dat de conditie verbeterd.
- Er groeien klimplanten op de bomen. Klimplanten kunnen bomen volledig overgroeien waardoor de fotosynthese verhinderd. Structurele gebreken van de bomen kunnen door de klimop aan het zicht onttrokken worden. Het is hier aanbevolen om de klimplanten van de bomen te verwijderen.
- Voor het vellen van de drie andere bomen, Acer pseudoplatanus, Castanea sativa en Aesculus hippocastanum (Vergissing van de soort in de kapaanvraag één van de Castanea sativa is een Aesculus hippocastanum), moet er een grondig advies en motivatie zijn van een erkend boomverzorger (ETW of ETT). Uit het verslag van de boomverzorger moet duidelijk blijken waarom de boom voor veiligheidsredenen geveld moet worden. Een erkend boomverzorger vindt u op http://www.bomenbeterbeheren.org/etw-ett/.’
Het Agentschap Natuur en Bos adviseert met volgende afweging:
Bespreking soortentoets
Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van deze vogelsoorten (artikel 14 van het Soortenbesluit) en de verblijfplaatsen van vleermuizen.
Gezien de beperkte omvang van de werken, is het als voorzorgsmaatregel voldoende om bij het uitvoeren van de vellingswerken zich er van te vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden alsook geen potentiële verblijfsplaatsen (holtes in de bomen) voor vleermuizen aanwezig zijn. Dit kan
door bij ontmanteling van de bomen voldoende aandacht te schenken aan deze locaties.
Als nesten van beschermde vogelsoorten en/of potentiële verblijfsplaatsen voor vleermuizen in het gedrang komen, dient u contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos.
Bespreking omgevingsvergunning
De aanvraag omvat het vellen van twee tamme kastanjes, één robinia en één esdoorn. Mits heraanplanting op hetzelfde perceel kan de kapping verantwoord worden. Gezien de natuurlijke aanwas onder de bomen, volstaat de aanplanting van 2 nieuwe hoogstammen om de groenstructuur en natuurwaarde van het park te behouden.
Conclusie
Op basis van bovenstaande uiteenzetting verleent het Agentschap voor Natuur en Bos een gunstig advies mits naleving van de volgende twee voorwaarden:
1. Er dient een heraanplanting uitgevoerd te worden met minstens 2 nieuwe hoogstammige bomen op hetzelfde perceel. De beplanting dient uitgevoerd te worden in het eerstvolgende plantseizoen met inheemse streekeigen boomsoorten van 1ste en/of 2de grootteorde en met minimum plantmaat 10-12.
De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant. Dit veronderstelt niet alleen een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed, maar ook het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en het aanbrengen van een bescherming tegen wild- en/of veevraat. Bij uitval dient/dienen het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. In ieder geval is de aanvrager er toe gehouden om op zijn perceel minstens evenveel nieuwe hoogstammige bomen tot volle wasdom te brengen.
2. Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit).
Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.
Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen, dient u contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via bovenstaande contactgegevens.
De vergunningverlenende overheid kan de vergunning slechts toekennen mits naleving van deze voorwaarden, dit omwille van volgende direct werkende normen
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt worden de adviezen en de opgelegde voorwaarden van de dienst groen en begraafplaatsen, het Agentschap Onroerend Erfgoed en het Agentschap Natuur en bos samengebundeld en overgenomen bij de beslissing van de aanvraag. Hierbij wordt gunstig geadviseerd voor het kappen van de bomen mits de nieuwe aanplant van twee nieuwe hoogstammige bomen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien deze aanvraag betrekking heeft op het vellen van bomen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. Er dient een heraanplanting uitgevoerd te worden met minstens twee nieuwe hoogstammige bomen op hetzelfde perceel. De beplanting dient uitgevoerd te worden in het eerstvolgende plantseizoen met inheemse streekeigen boomsoorten van 1ste en/of 2de grootteorde en met minimum plantmaat 10-12;
2. De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant;
3. Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
20 september 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
3 oktober 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
2 december 2018 |
Verslag GOA |
23 november 2018 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. Er dient een heraanplanting uitgevoerd te worden met minstens twee nieuwe hoogstammige bomen op hetzelfde perceel. De beplanting dient uitgevoerd te worden in het eerstvolgende plantseizoen met inheemse streekeigen boomsoorten van 1ste en/of 2de grootteorde en met minimum plantmaat 10-12;
2. De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant;
3. Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.