Terug

2018_CBS_11247 - Omgevingsvergunning - OMV_2018113545. Amerikalei 40. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 21/12/2018 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Caroline Bastiaens, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Claude Marinower, schepen; Marc Van Peel, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2018_CBS_11247 - Omgevingsvergunning - OMV_2018113545. Amerikalei 40. District Antwerpen - Goedkeuring 2018_CBS_11247 - Omgevingsvergunning - OMV_2018113545. Amerikalei 40. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2018113545

Gegevens van de aanvrager:

NV LENICOM met als adres Louiza-Marialei 6 te 2018 Antwerpen (Antwerpen)

Ligging van het project:

Amerikalei 40 2000 Antwerpen (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 11sectie L nr. 3580E

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

omvormen van een woning tot een meergezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          08/03/1940 toelating (18#13327) voor binnenveranderingswerken

 

Laatst vergunde toestand

-          het gebouw is een grote eengezinswoning > 350m², opgetrokken over vier bouwlagen –waarvan één half ondergronds- en één onder een schuin dak;

-          het pand heeft op het gelijkvloerse een maximale bouwdiepte van 20,20 meter

-          het woonhuis heeft vanaf de eerste verdieping een getande uitbouw tot de tweede verdieping;

-          in tegenstelling tot het hoofdvolume zijn er in deze uitbouw geen twee maar drie bouwlagen;

-          de concrete gevelafwerking van dit pand werd in de laatste stedenbouwkundige toelating niet nader gespecifieerd. Er kan dus niet ten gronde beoordeeld worden hoe de oorspronkelijke gevelafwerking van dit pand is vergund.

 

Bestaande toestand

-          uit lezing van de aangeleverde bouwplannen blijkt dat in de indeling van de half ondergrondse bouwlaag onveranderd is gebleven. Enkel werd de langs de straatzijde toegelaten ontbijtkamer omgevormd tot een extra kelderruimte en werd de langs de tuinzijde gelegen keuken en wasplaats omgevormd werden tot kelder en slaapkamer;

-          de overige delen van het gebouw zijn zowel wat vormgeving en indeling betreft, ongewijzigd gebleven ten opzichte van de laatst afgeleverde toelating.


Inhoud van de aanvraag

-          omvormen en verbouwen van een eengezinswoning (>350m² BVO) naar een meergezinswoning met 4 woonentiteiten;

-          gelijkvloers app. (duplex met niv. -1) heeft een NVO >130m², en sluit aan op de stadstuin

-          uitbouwen van de bouwlaag op de vijfde verdieping van het pand;

-          het wijzigen en verhogen van de dakstructuur met behoud van de kroonlijsthoogte aan de straatkant.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.


Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:


Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Vlaams gewest, Agentschap Wegen en Verkeer Antwerpen

5 november 2018

22 november 2018

Voorwaardelijk gunstig

FOD Mobiliteit en Vervoer - Dienst Luchtvaart

5 november 2018

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

brandweer/ risicobeheer/ preventie

5 november 2018

20 november 2018

Voorwaardelijk gunstig

Departement Mobiliteit en Openbare Werken

5 november 2018

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

Fluvius

5 november 2018

27 november 2018

Voorwaardelijk gunstig

AQUAFIN NV

5 november 2018

27 november 2018

Voorwaardelijk gunstig

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

5 november 2018

27 november 2018

stadsontwikkeling/ mobiliteit

5 november 2018

6 november 2018

stadsontwikkeling/ team stadsbouwmeester - welstandscommissie

5 november 2018

5 november 2018

Onafhankelijke Diensten/dienst Strategische Coördinatie/Loketwerking/Stadsloketten/Huisnummeringsteam

5 november 2018

16 november 2018

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit ruimtelijk uitvoeringsplan ligt het goed in volgende zones: .

 

Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

 

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s’

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag..
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

 

-          artikel 21 Minimale hoogte van ruimten: de vloerpas van de  slaapkamer van het duplex appartement 0,1 ligt meer dan 1,10 meter onder het aangrenzende maaiveld;

 

 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen  voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag voorziet in de kelderruimte twee woongelegenheden (slaapkamers) waarvan de vloerpas 1,3 meter onder het maaiveld ligt. Conform de bouwcode dient deze 1,1 meter te bedragen. Deze afwijking van 20 centimeter is aanvaardbaar aangezien er voldoende lichtinval in de slaapkamers voorzien kan worden, gezien de verdiepingshoogte van 2,48cm. Daarnaast maken de slaapkamers deel uit van het ruime bovenliggende appartement op de gelijkvloerse verdieping. De algemene woonkwaliteit van dit appartement blijft gegarandeerd. Een afwijking wordt toegestaan met toepassing van art. 3 van de Bouwcode.

 

Functionele inpasbaarheid

De Amerikalei wordt gekenmerkt door één– en meergezinswoningen in rijbebouwing onder zadeldaken of vlakke daken. De aanvraag is functioneel inpasbaar in de omgeving en in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van RUP Binnenstad.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.

De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding van het aantal wooneenheden.

De eengezinswoning wordt uitgebreid naar 4 wooneenheden.

Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1

De werkelijke parkeerbehoefte is 3

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 3.

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:

‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens art. 12, §3, 1° (Levendige plint) is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten. ’

 

 ‘De voorliggende aanvraag heeft betrekking op een gebouw dat is opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed of ligt in een beschermd stad- en dorpsgezicht. Indien de werkelijke parkeerbehoefte op het perceel moet gerealiseerd worden, zou de erfgoedwaarde van het gebouw teniet worden gedaan. Daarom mogen geen parkeerplaatsen voorzien worden.’

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3.

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt  3.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 3 plaatsen.

 

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Het bestaande zadeldak met een hoogte van 17,25 meter wordt verhoogd tot 19,98, waarbij de twee dakvlakken onder een hoek van 45°, gemeten vanaf de kroonlijst, blijven.  De bestaande kroonlijst en kroonlijsthoogte blijft behouden. Achteraan voorziet de aanvraag een verhoging van de achterbouw tot een hoogte van 12, 56. Het toevoegen van een extra laag achteraan is aanvaardbaar aangezien de volumetoename binnen het profiel van de linkerbuur valt. Het zadeldak achteraan wordt uitgerust met een inpandig dakterras voor de bovenste woongelegenheid. Voor de onderliggende verdiepingen worden hangterrassen voorzien die zich binnen het aanvaarbare volume bevinden.

De aanvraag is inzake schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid in harmonie met de kenmerkende configuraties van de omgeving en daardoor in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Visueel-vormelijke elementen

Bij het wijzigen van de dakstructuur blijft het zadeldak herkenbaar als dakvorm. Het dakvlakraam vooraan rechts wordt vergroot en erboven wordt een nieuw dakvlakraam voorzien.

 

Cultuurhistorische aspecten

Het pand is opgenomen in de inventaris bouwkundig erfgoed sinds 09/11/2011. Om de invloed van de wijzigingen op de erfgoedwaarde van het pand te beoordelen werd aan monumentenzorg om advies gevraagd.

Art. 5 §1 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 zegt dat voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en gebouwen gelegen in CHE-gebied de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.

Bovendien schrijft art. 5§2 voor dat de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie moet bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat de stedelijke dienst monumentenzorg deze kan afwegen. Het dossier bevat voldoende informatie om te kunnen beoordelen.

Het betreft een neoclassicistische burgerwoning gebouwd op het einde van de 19de of in de eerste jaren van de 20ste eeuw. Begin 20ste eeuw woonde architect Frans Van Dijk in deze woning zie bouwaanvraag van 1902.

Enkelhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak; bepleisterde en beschilderde lijstgevel die de standaard neoclassicistische afwerking kent die het Zuid typeert: hardstenen plint met betraliede keldervensters, kroonlijst op klossen en modillons, begane grond met imitatievoegen, centrale venstertravee geaccentueerd door imitatievoegen en zeer fraaie ijzeren balkons. Het originele schrijnwerk in vensters en deuren is bewaard. De erfgoedwaarde van dit type woningen ligt in het feit dat ze samen voor een homogeen straatbeeld zorgen van witte, neoclassicistische lijstgevels, wat uitstekend tot zijn recht komt in het strakke, geometrische stratenpatroon.

Het pand is beeldbepalend in deze omgeving door zijn volume, de schaal, de korrel en de architectuur.

Beoordeling

Men wenst de eengezinswoning om te vormen tot een meergezinswoning met 4 woongelegenheden.

Het project werd voorbesproken, zowel wat de aanpassingen aan het volume betreft (verhoging entresol tot onder kroonlijst, uitpandige terrassen ter hoogte van achtergevel en aanpassing hellingsgraad zadeldak) als wat de wijzigingen in het interieur betreft.

De voorgestelde plannen houden voldoende rekening met de erfgoedwaarde van het pand en zijn omgeving.

Wanneer blijkt dat het schrijnwerk van de voorgevel niet meer hersteld kan worden, moet er nieuw houten schrijnwerk geplaatst worden naar bestaand model. De detailtekeningen moeten worden voorgelegd aan onze dienst voor plaatsing.

Alle wijzigingen aan de plannen ten opzichte van de ingediende plannen moeten worden voorgelegd ter goedkeuring aan onze dienst.

Advies

Gelet op het bovenstaande wordt een voorwaardelijk gunstig advies afgeleverd.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De bestaande grote ééngezinswoning (ruim groter dan 35àm²) wordt opgedeeld in vier woongelegenheden, waarvan het gelijkvloers een NVO heeft > 130m², en aansluit op de stadstuin. Bij het opdelen blijft de woonkwaliteit bewaard doordat de appartementen ruim zijn en voorzien zijn van een buitenruimte.

 


Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

11 oktober 2018

Volledig- en ontvankelijk

5 november 2018

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

4 januari 2019

Verslag GOA

18 december 2018

naam GOA

Karel Bauwens

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.