Artikel 290 van het Gemeentedecreet: de bepalingen betreffende de planning en het financieel beheer van de gemeenten zijn van toepassing op de planning en het financieel beheer van de districten met dien verstande dat:
Op basis van het Gemeentedecreet, dient het districtscollege éénmaal per jaar kennis te nemen van de stand van zaken van de begroting van het district.
Artikel 94 Gemeentedecreet.
De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor:
1° de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van de gemeente met budgettaire en financiële impact, overeenkomstig de voorwaarden vastgesteld in Titel IV;
2° het debiteurenbeheer, inzonderheid de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten.
Met het oog op de invordering van onbetwiste en opeisbare niet-fiscale schuldvorderingen kan de financieel beheerder een dwangbevel uitvaardigen, geviseerd en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. Een dergelijk dwangbevel wordt betekend bij gerechtsdeurwaardersexploot. Dat exploot stuit de verjaring. Een bevel kan door het college van burgemeester en schepenen alleen worden geviseerd en uitvoerbaar verklaard als de schuld opeisbaar, vaststaand en zeker is. De schuldenaar moet bovendien vooraf aangemaand zijn met een aangetekende brief. De gemeente kan administratieve kosten aanrekenen voor deze aangetekende brief. Deze kosten vallen ten laste van de schuldenaar en kunnen eveneens ingevorderd worden via het dwangbevel. Schulden van een publieke rechtspersoon kunnen nooit via een dwangbevel worden ingevorderd. Verzet kan tegen dat exploot worden ingediend binnen één maand na de betekening ervan bij verzoekschrift of door een dagvaarding ten gronde.
Met betrekking tot de vervulling van de opdrachten, bedoeld in dit artikel, rapporteert de financieel directeur in volle onafhankelijkheid aan het college van burgemeester en schepenen en aan de gemeenteraad.
Artikel 165 Gemeentedecreet.
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid minstens éénmaal per jaar aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen. Dat rapport omvat minstens een overzicht van de thesaurietoestand, de liquiditeitsprognose, de beheerscontrole, alsook de evolutie van de budgetten. De financieel directeur stelt tegelijkertijd een afschrift aan de gemeentesecretaris ter beschikking.
Artikel 165 van het Gemeentedecreet bepaalt dat de financieel directeur jaarlijks een aantal rapporten moet voorleggen aan de gemeentesecretaris, het college en de gemeenteraad.
De districtsraad neemt kennis van de jaarrapportering van de financieel directeur. Deze rapportering geeft een stand van zaken van het districtsbudget op 30 september 2018 per Vlaams beleidsdomein.
De districtsraad neemt kennis van de toelichting over de beheerscontrole.