Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018139318 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Arnout De Roey met als adres Waterbaan 12 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Waterbaan 12 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 32sectie B nr. 494L5 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
AANPASSEN Relevante voorgeschiedenis
- 1/1/1924: vergunning (329#685) voor bouwen woonhuis;
- 17/2/1986: vergunning (627#31213) voor het uitbreiden eerste verdieping.
Laatst vergunde toestand
- Scandatum 27/11. Dan nakijken en eventueel aanpassen.
- de laatst vergunde toestand is gelijk aan de bestaande toestand.
Bestaande toestand
- het pand bestaat uit 3 bouwlagen onder plat dak;
- naast de voordeur zit er links een garagepoort;
- op de eerste verdieping springt in het midden een erker uit die de vorm heeft van de helft van een gelijkbenige zeshoek;
- de voorgevel is uitgevoerd in witte gevelsteen met groene gevelsteen in horizontale banden ter decoratie van de raamopeningen;
- de bouwdiepte bedraagt 15,30 meter;
- op de eerste verdieping bedraagt de bouwdiepte rechts 15,49 meter;
- het hoofdvolume heeft een bouwdiepte van 8,60 meter;
- de kroonlijsthoogte meet 10,80 meter;
- achteraan op het perceel staat nog een gebouw van 5,35 meter op 9,85 meter met een bouwhoogte van 3,81 meter.
Inhoud van de aanvraag
- het betreft het verbouwen van een eengezinswoning;
- de voorgevel blijft ongewijzigd;
- de garage die 8 meter diep is, wordt een fietsenberging van 3,91 meter diep;
- binnen de rechthoek van de fietsenberging wordt de oppervlakte achteraan rechts verminderd door de creatie van een toilet dat toegankelijk is vanuit de hal;
- de interne muur tussen de hobbyruimte, atelier en wasplaats wordt opgeheven om plaats te maken voor een bureauruimte met aansluitend een open keuken aan de tuin;
- de bureauruimte is dubbelhoog door de creatie van een vide op de eerste verdieping;
- de living die zich op de eerste verdieping bevindt maakt hierdoor contact met de onderliggende leefkeuken;
- de vrije ruimte die op de eerste verdieping achter het hoofdvolume ligt wordt gedeeltelijk bebouwd om een nieuwe badkamer in te planten;
- de keuken met badkamer die voorheen achter de living op de eerste verdieping lag wordt een nachthal met toegang tot de nieuwe slaapkamer en de badkamer links;
- in de achtergevel worden nieuwe gevelopeningen gemaakt om de nieuwe functies aan de achtergevel te ondersteunen;
- de achtergevel wordt geïsoleerd en in het wit gepleisterd.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
5 december 2018 |
21 december 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van artikel 12 van de bouwcode. Op de gelijkvloerse verdieping wordt geen levendige plint voorzien aan de straatzijde. Echter is dit pand vergund met een garage en wordt het pand opgenomen in de herziene inventarislijst van bouwkundig erfgoed. Het weghalen van de poort is geen optie aangezien het deel uitmaakt van de karakteristieke gevel. In panden met een gevelbreedte smaller dan 8m, laat de bouwcode toe om geen autostalplaats voorzien. Het verdwijnen van een bestaande vergunde stalplaats is echter niet wenselijk. Evenwel komt de ingreep de woonkwaliteit ten goede, en is het voorzien van een fietsenberging een valabel alternatief, gelet op het STOP-principe, en het feit dat een parkeerplaats wordt gecreëerd in de straat. Als voorwaarde wordt daarom opgelegd dat geen verbodsbord ‘verboden te parkeren’ mag aangebracht worden op de poort. De verlaagde boordsteen moet worden aangepast. Bijgevolg is de afwijking aanvaardbaar en wordt het college geadviseerd af te wijken van de voorschriften conform artikel 3 van de bouwcode.
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de straat Waterbaan.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats. De bestaande vergunde parkeerplaats verdwijnt, deze wordt opgeteld bij de behoefte cfr. art. 30 van de BC. |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0 Dit aantal is toereikend, zie motivatie onder ‘Beoordeling afwijkingen van de voorschriften’ |
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1 Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats. |
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Op de gelijkvloerse verdieping wordt achteraan de gevel recht getrokken. Op de eerste verdieping wordt tegen de linkerperceelsgrens een nieuw volume bijgebouw. Hierdoor past het gebouw zich in de bestaande straatwand en het gabarit van de woningen uit zijn omgeving. De schaal van de aanvraag is overeenstemmend met deze van de omgeving.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevel blijft behouden. De achtergevel wordt afgewerkt met witte gevelbezetting, onbehandeld houten buitenschrijnwerk. Deze materialen passen binnen de omgeving waarop de aanvraag betrekking heeft en zijn dus aanvaardbaar.
Cultuurhistorische aspecten
De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de bedrijfseenheid stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg. De dienst geeft volgende beoordeling:
“Inleiding
De aanvraag heeft betrekking op een pand dat opgenomen is in de inventaris omwille van de architecturale waarde van het pand. Het pand is beeldbepalend in deze omgeving.
Art. 5 §1 van de stedenbouwkundige verordening – bouwcode dd. 25 oktober 2014 zegt dat voor gebouwen opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed en gebouwen gelegen in CHE-gebied de wijziging van de bestaande toestand van elk gebouw of constructie onderworpen wordt aan de wenselijkheid van het behoud. Het behoud van de elementen met culturele, historische en/of esthetische waarde primeert boven de andere voorschriften. Dit geldt zowel voor het exterieur, als het interieur.
Bovendien schrijft art. 5§2 voor dat de beschrijvende nota van de bouwaanvraag voldoende informatie moet bevatten over het cultuurhistorisch profiel van de aanwezige elementen zodat de stedelijke dienst monumentenzorg deze kan afwegen. Gezien de aard en de omvang van de werken is een CHE-rapport niet gevraagd. De aanvraag voldoet dan ook aan artikel 5§2.
Meergezinswoning in de rij met achtergelegen atelier, in 1924 opgetrokken na de verbreding van het uiterst noordelijke tracé van de Waterbaan (circa 1915). Opdrachtgever van de bescheiden opbrengstwoning was August Poels, die enkele huizen verderop woonde. De ontwerper is daarentegen niet vermeld in het bouwdossier. Zeker vanaf 1949 was in het atelier een meubelmakerij gevestigd. In 1984 is de achterbouw verhoogd met een bijkomende verdieping.
De twee traveeën brede en evenveel bouwlagen hoge, op een blauwe hardstenen plint rustende rijwoning heeft een lijstgevel in witte geglazuurde baksteen, verlevendigd met decoratieve dubbele groene banden. Om en om geplaatst accentueren de tweekleurige bakstenen ook de getoogde gevelopeningen. Het met zinken losanges gedekte pseudomansardedak is onderbroken door een opvallend centraal standvenster, gevat tussen postamenten die een blauwe hardstenen, gecanneleerd bolvormige topstuk op vierkante deksteen dragen. Lijstgevel en standvenster zijn afgewerkt met een verzorgde houten geprofileerde kroonlijst, gedragen door smalle en in vormgeving naar de art nouveau verwijzende consoles, onderbroken door twee kleinere voluutklossen.
De begane grond heeft een asymmetrische compositie met rechts een smalle travee die toegang verschaft tot de huurkwartieren, en links een brede poorttravee die het achterliggende werkhuis ontsluit. Het accent ligt op de verdiepingen die de leefruimten herbergen, en in het bijzonder op de eerste verdieping met een gevelbrede houten erker op trapezoïdale plattegrond, gevat tussen postamenten op getrapte tweekleurige sokkels. De erker, waarvan de basis versierd is met subtiele, smalle consoles, is geleed door een opvallende waterlijst boven geprofileerde panelen en verticaal door gecanneleerde hoekstijlen. Het geheel is bekroond door een zware geprofileerde kroonlijst met twee functionele spuwers op de hoeken.
In de met sokkel en waterlijst getooide blauwe hardstenen plint is de gietijzeren voetenschraper bewaard. Het oorspronkelijke deur- en vensterschrijnwerk bleef behouden op de begane grond, met inbegrip van het verzorgde metalen beslag zoals de slanke en versierde deurgrepen. De deur- en poortvleugels met paneelwerk en plat ovalen kijkvenster zijn bekroond met waaiervormige bovenlichten, waarvan de vormgeving afwijkend van het oorspronkelijke ontwerp geïnspireerd werd op de roedeverdeling van de links gesitueerde, in 1990 gesloopte woonhuizen. De oorspronkelijke beglazing is vervangen door veiligheidsglas. Tijdens of na de verbouwingswerken in 1984 zijn de volgens het ontwerpplan uitgevoerde vensters met fijnmazige, over de volledige erker een flauwe boog beschrijvende roedevlakken vervangen door een beglazing met een meer eenvoudige, historiserende verdeling waardoor de gevel aan ornamentele rijkdom en expressie heeft ingeboet.
Het bouwplan uit 1924 toont naast de doorgang naar het atelier een smalle gemeenschappelijke inkomhal met bordestrap, gevolgd door een keuken en achterliggend pomphuis in de achterbouw, behorend tot de wooneenheid op de mansardeverdieping. Het huurkwartier op de eerste verdieping heeft twee kamers, waarvan deze aan straatzijde gevelbreed is, en een achterbouw met plattegrond identiek aan de begane grond. Op de zolderverdieping bevinden zich de twee kamers van de tweede wooneenheid. Enkel onder de smalle travee is een kelderruimte ingericht met bakstenen gewelven op metalen liggers, verlucht door openingen uitgevend op de bredere doorrij en met halfrond kolengat onder de straattoegang. Het één bouwlaag hoge atelier achteraan op de koer is voorzien van een bovenliggende houtzolder. In 1984 is de achterbouw verhoogd met een bijkomende slaapkamer, en is op de eerste verdieping een terras aangebouwd tegen de achtergevel van de voorbouw. De doorrij naar het werkhuis was voordien reeds omgevormd tot garage.
Beoordeling
Men wenst de eengezinswoning aan te passen en uit te breiden.
Er wordt een bureauruimte voorzien achter de bergruimte voor fietsen met een vide. Deze ruimte wordt opengewerkt naar de tuin toe.
De onderdoorgang naar het achterhuis wordt eveneens opengewerkt om hier een leefkeuken te creëren.
Op de eerste verdieping wordt een uitbreiding voorzien ter hoogte van het huidige terras om hier een badkamer te voorzien.
De voorgevel blijft ongewijzigd, de achtergevel wordt geïsoleerd en wit bepleisterd.
Er werden geen foto’s van het interieur toegevoegd. Aangezien het pand als opbrengsteigendom werd gebouwd en reeds verschillende verbouwingen onderging, is de interieurafwerking hoogst waarschijnlijk niet van hoogstaande kwaliteit. De hoofstructuur van het pand blijft afleesbaar.
Er kan gesteld worden dat de geplande werken een beperkte impact hebben op de erfgoedwaarde van het pand.
Advies
Gelet op het voorgaande wordt een gunstig advies verleend.”
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag voldoet aan de wetgeving op lichten en zichten en heeft niet meer impact op de belendende percelen dan dat normalerwijze kon verwacht worden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
De bewoner mag geen verbodsbord ‘verboden te parkeren’ aanbrengen op de poort van de fietsenberging.
na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
16 november 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
5 december 2018 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
3 februari 2019 |
Verslag GOA |
9 januari 2019 |
naam GOA |
Helia Dezhpoor |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
De bewoner mag geen verbodsbord ‘verboden te parkeren’ aanbrengen op de poort van de fietsenberging.
2. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.