Terug
Gepubliceerd op 18/03/2019

2019_CBS_02171 - Omgevingsvergunning - OMV_2018122557. Willy Staeslei 25. District Ekeren - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/03/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_02171 - Omgevingsvergunning - OMV_2018122557. Willy Staeslei 25. District Ekeren - Goedkeuring 2019_CBS_02171 - Omgevingsvergunning - OMV_2018122557. Willy Staeslei 25. District Ekeren - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2018122557

Gegevens van de aanvrager:

BVBA AREND VASTGOED met als adres Dorpsstraat 110 te 2940 Stabroek

Ligging van het project:

Willy Staeslei 25 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 35sectie F nr. 11H3

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          geen vergunningen gekend in de archieven.

Laatst vergunde toestand

-          niet van toepassing.

Bestaande toestand

-          hoekpand van twee bouwlagen onder hellend dak, in halfopen bebouwing;

-          het gebouw is ingericht als eengezinswoning;

-          het hoofdgebouw is 8,50 m diep; aansluitend is er op de linker perceelgrens een achterbouw van 2 bouwlagen onder plat dak;

-          de totale bouwdiepte bedraagt 13,20 m;

-          achteraan op het perceel is er een garage;

-          tussen het hoofdgebouw, de achterbouw, de garage en de rooilijn is er een deels overdekte buitenruimte;

-          fraaie voor- en zijgevel uit rode baksteen met horizontale banden uit wit geschilderde gevelpleister en wit geschilderd houten buitenschrijnwerk;

-          in de zijgevel achter het hoofdgebouw zijn er een deur naar de buitenruimte en een garagepoort.

Inhoud van de aanvraag

-          verbouwen van een eengezinswoning;

-          slopen van de garage met behoud van de scheidingsmuren;

-          de achterbouw wordt op het gelijkvloers perceelsbreed voorzien met behoud van de bouwdiepte van 13,20 m;

-          de zijgevel wordt licht opgehoogd over de volledige diepte van de achterbouw en afgewerkt met een kroonlijst uit wit gelakt hout;

-          de toegang tot de woning wordt verplaatst van de dubbele deur op de hoek naar de bestaande deur in de zijgevel;

-          de oorspronkelijke achtergevel van het hoofdgebouw op het gelijkvloers wordt gesupprimeerd zodat een doorlopend leefgedeelte ontstaat op het gelijkvloers;

-          achteraan het perceel wordt een stadstuin ingericht met een terras van 19 m², de tuin is toegankelijk vanop de straat via de behouden garagepoort;

-          de volledige achterbouw wordt na-geïsoleerd en afgewerkt met witte gevelpleister en wit geschilderd houten buitenschrijnwerk;

-          het hoofdvolume en de oorspronkelijke gevels blijven ongewijzigd.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

30 januari 2019

1 maart 2019

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Mariaburg, goedgekeurd op 26 februari 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: artikel 9: overdruk - waardevol erfgoed en artikel 1: zone voor wonen (wo1).

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • artikel 21 Minimale hoogte van ruimten:
    de vrije hoogte in de nieuwe keuken bedraagt deels slechts 2,44 m waar dit minimaal 2,60 m dient te zijn;
  • artikel 40 Privaat gescheiden rioolstelsel en afvoerleidingen:
    het rioolstelsel wordt gescheiden aangelegd, maar wordt niet gescheiden aangeboden aan de straat.

 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

De aanvraag wijkt af van artikel 21 van de Antwerpse bouwcode aangezien een deel van het nieuwe keuken niet over de vereiste minimale vrije plafondhoogte van 2,60 m beschikt. Dit gedeelte is echter zodanig beperkt in oppervlakte en relatief gering ten opzichte van de gehele ruimte van de keuken; bovendien compenseert de ruimere plafondhoogte van het andere deel deze tekortkoming. Er kan bijgevolg gefundeerd worden afgeweken van betreffend artikel.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag beoogt louter de verbouwing van een bestaande en vergund geachte eengezinswoning en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de bestemmingsvoorschriften van het van kracht zijnde Ruimtelijk Uitvoeringsplan is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

Voor projecten tot en met 5 wooneenheden is de behoefte 1 parkeerplaats per eenheid. De werkelijke parkeerbehoefte is hier dus 1.

 

De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

De woning beschikt in bestaande toestand over een garage langsheen zijn langste gevel, dewelke wordt verwijderd ten voordele van het creëren van een nieuwe en kwalitatieve buitenruimte.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.

 

In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:

 

‘Dit perceel betreft een hoekperceel met er op een cultuurhistorisch en architecturaal waardevol pand. De vorm van het perceel en de waarde van het grootste deel van het pand laten enerzijds wel het bouwen van het aantal te realiseren plaatsen toe doch anderzijds niet zonder de leefkwaliteit van de woning aan te tasten. In de voorziene toestand betekent de buitenruimte ter hoogte van de te verwijderen garage een enorme meerwaarde voor het leefbaarheidsniveau van de woning in kwestie.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 0 = 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 0 = 1.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 1 – 0 = 1.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.

 

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

De gevraagde volumewijzigingen blijven beperkt tot het achterste deel van de gelijkvloerse bouwlaag en behelzen een andere schikking van de huidige achterbouw, zodat een kwalitatievere binnenruimte ontstaat, en het verwijderen van het garagevolume, zodat een degelijk verlichte en zonnige buitenruimte tot stand komt. Beide ingrepen zorgen voor een kwaliteitsinjectie voor de belevingswaarde van de woning en de voorziene volumes zijn aanvaardbaar in hun gebouwde context. Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is dan ook zonder meer gunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De te hanteren materialisatie voor het te verbouwen deel, witte pleister, rode baksteen, een houten kroonlijst en wit geschilderd houten schrijnwerk, is van een algemeen aanvaarde aard en past bovendien bij de bestaande en te behouden gebouwdelen. Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg gunstig.

 

Cultuurhistorische aspecten

Er worden geen ingrepen uitgevoerd aan het cultuurhistorische en architecturaal waardevolle hoofdgedeelte van het gebouw waardoor het advies wat het cultuurhistorische aspect betreft gunstig is.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het nieuwe terras dient in zijn geheel in waterdoorlatende materialen te worden aangelegd;

2.      het rioleringsstelsel dient gescheiden te worden aangeboden aan de straatriool;

3.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

7 januari 2019

Volledig- en ontvankelijk

30 januari 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

31 maart 2019

Verslag GOA

4 maart 2019

naam GOA

Christel Bogaerts

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het nieuwe terras dient in zijn geheel in waterdoorlatende materialen te worden aangelegd;

2.      het rioleringsstelsel dient gescheiden te worden aangeboden aan de straatriool;

3.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.