Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018116401 |
Gegevens van de aanvrager: |
AUTOGEMB Autonoom Gemeentebedrijf Stedelijk Onderwijs Antwerpen met als adres Lange Gasthuisstraat 15 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Montessoristraat 15 te 2660 Hoboken (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 36sectie B nrs. 83N en 84C5 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verwijderen van de huidige containerklassen, het uitbreiden en verbouwen van de bestaande schoolgebouwen en het (her)aanleggen van de buitenruimte |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 22/03/2002: vergunning (2011717) voor het uitbreiden van een schoolgebouw en plaatsen van containers;
- 05/08/2010: vergunning (20104879) voor het bouwen van een schoolaccommodatie;
- 16/11/2012: vergunning (20126130) voor het verbouwen van een zwembad tot turnzaal;
- 12/08/2015: vergunning (20151566) voor het verlengen van een bouwvergunning voor tijdelijke schoolaccommodatie voor 5 jaar.
Laatst vergunde toestand
- de site bestaat uit een aaneenschakeling van verschillende gebouwen:
- de school telt in de huidige toestand 29 klassen, namelijk 12 kleuterklassen en 17 lagere schoolklassen.
Bestaande toestand
- conform de laatst vergunde toestand.
Inhoud van de aanvraag
- Slopen van de tijdelijke containerklassen;
- reorganisatie van de bestaande gebouwen voor een logische indeling van de school;
- voorzien van een nieuwbouw voor de vijfde en zesde leerjaren;
- tussen turnzaal en nieuwbouw komt een nieuwe toegang tot de school vanaf het fiets- en wandelpad aan de Hagelandstraat, deze toegang geldt ook als brandtoegang;
- aansluitend op de toegangspoort komt er een ruime fietsenberging en extra overdekte speelruimte;
- de zone ten westen van de nieuwbouw en de bestaande paviljoenlokalen wordt zoveel mogelijk ingericht als natuurlijke en groene speelruimte;
- alle nieuwe daken worden voorzien van groendaken;
- alle bestaande tuinafscheidingen blijven ongewijzigd behouden.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
12 december 2018 |
27 december 2018 |
Voorwaardelijk gunstig |
Departement Omgeving - seveso |
12 december 2018 |
17 december 2018 |
Geen bezwaar |
FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie |
12 december 2018 |
19 december 2018 |
Gunstig |
lokale politie/ centrale preventie (LP/CP) |
12 februari 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE) |
12 december 2018 |
28 december 2018 |
Geen bezwaar |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen |
12 december 2018 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
12 december 2018 |
13 december 2018 |
stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ bouwprojecten |
12 december 2018 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsbeheer/ vastgoed/ ontwikkeling/ ruimtebeheer |
12 december 2018 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
12 december 2018 |
13 december 2018 |
stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers |
12 december 2018 |
21 december 2018 |
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de verordening toegankelijkheid.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag voldoet niet aan artikel 26 van de bouwcode. Er wordt geen lokaal voor afvalverzameling voorzien. Als voorwaarde wordt opgelegd om een lokaal voor afvalverzameling te voorzien met een minimale netto vloeroppervlakte van 4 m². Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarde, is de aanvraag in overeenstemming met de geldende voorschriften.
Er is geen aanleiding om het college te adviseren af te wijken van de voorschriften.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het slopen van tijdelijke containerklassen die worden vervangen door een nieuw gebouw op het huidige terrein en het reorganiseren van de bestaande gebouwen. Gezien het behoud van de bestaande functie als school en gezien de capaciteit slechts beperkt wordt uitgebreid is er sprake is van een correcte functionele inpasbaarheid.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een omgevingsaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen. Uit het advies van de stedelijke dienst Mobiliteit: “De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging. In dit project worden de bestaande gebouwen heringericht en de containerklassen afgebroken. Bij de containerklassen was er nog geen parkeerbehoefte berekend. Dit betrof containerruimte voor 2 klassen. Door reorganisatie is er plaats voor uitbreiding met één klas. In totaal moet dus de parkeerbehoefte berekend worden op 3 klassen. - De parkeernorm uit de bouwcode is 0,75 parkeerplaats per klas. - De parkeerbehoefte is 3 x 0,75 = 2,25 ? 2 parkeerplaatsen. De werkelijke parkeerbehoefte is 2 parkeerplaatsen.” |
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. “Er worden geen parkeerplaatsen voorzien. Na onderzoek is gebleken dat een veilige realisatie op eigen terrein niet mogelijk is.” |
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. De aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte maar de plaatsen kunnen om volgende stedenbouwkundige redenen niet gerealiseerd worden: - Alle perceelsgrenzen die uitgeven op het openbaar domein dat toegankelijk is voor de auto, zijn in de bestaande toestand reeds ingenomen door gebouwen. - Het inrichten van parkeerplaatsen op het terrein van de school zou leiden tot een onveilige situatie waarbij de stroom van voetgangers en fietsers in conflict zou komen met de auto’s. |
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 2 plaatsen. |
Het advies Mobiliteit bevat ook het volgende over de fietsvoorzieningen:
“Voor de uitbreiding met 3 klassen is er een fietsparkeerbehoefte van 3 x 9 = 27 plaatsen. De bestaande ruimte aan de Montessoristraat blijft behouden (50 plaatsen, kleine fietsjes). Aan de zijde van de Hagelandstraat wordt een nieuwe grote fietsenstalling voorzien voor 78 plaatsen. Ruim voldoende voor de benodigde plaatsen. In totaal beschikt de school dan over 128 stalplaatsen. (behoefte heel de school is 12 x 3 + 18 x 9 = 186 plaatsen)
De afmetingen zijn de minimaal opgelegde uit de bouwcode. Aangezien veel fietsen kleiner zullen zijn dan een standaard fiets, kan dit zo blijven.”
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De nieuwe volumes zijn in overeenstemming met de volumetrie van de bestaande schoolgebouwen en van de omgeving. De nieuwe volumes zijn compact en betekenen geen significante afname van de onbebouwde ruimte.
Visueel-vormelijke elementen
De gevels van het nieuwe volumes worden uitgevoerd in een combinatie van verschillende types baksteen en zichtbeton zoals die ook voorkomen in de bestaande gebouwen. Hierdoor zorgen de nieuwe volumes voor een leesbare integratie in het geheel van het scholencomplex.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Deze aanvraag werd ter advies voorgelegd aan:
- de stedelijke dienst verantwoordelijk voor groen. Zij geven volgend advies:
“De aanvraag is gunstig mits het respecteren van de voorwaarden voor de te behouden bomen en de nieuwe bomen. De bescherming voor de te behouden bomen ook geldt voor de straatbomen ter hoogte van de werken.
• het bestaande maaiveld af te graven of op te hogen in de wortelzone van de te behouden bomen;
• graafwerken uit te voeren waarbij wortels dikker dan 5 cm moeten doorgestoken worden en/of waarbij 20 % van het totale wortelpakket moet verwijderd worden;
• de boom drastisch te snoeien. ( d.w.z. hoger opkronen dan het huidig eindbeeld of toppen of kandelaren of verwijderen van takken dikker dan 8cm).
Het advies wordt bijgetreden. De gevraagde voorwaarden zullen aan de vergunning worden gekoppeld.
- de stedelijke dienst verantwoordelijk voor het openbaar domein. Zij geven volgend advies:
“Ter hoogte van de Hagelandstraat komt een hernieuwde toegang tot de school. Deze toegang fungeert tevens als brandtoegang. De bochtstraal 11/15 die staat ingetekend op het plan is niet conform met onze afspraken met de brandweer die in september 2018 gemaakt werden en waar een bochtstraal van 8/12 goedgekeurd werd. Met een kleinere bochtstraal kan er zoveel mogelijk groen behouden blijven en wordt er zo min mogelijk verhard. De materialisatie is onduidelijk op het plan. De zone voor de indraaibeweging van de brandweer dient in een half-verharding ingericht te worden. Met de dienst SB groen dient er verder bekeken te worden welke nieuwe bomen aangeplant kunnen worden. De zone vanaf de toegang tot de school tot de kruising van de Hagelandstraat met de Montessoristraat dient best herzien te worden. De bouwheer dient daarom contact op te nemen met de consulent openbaar domein van het district Hoboken zodat de dienst O&U een ontwerp kan maken voor deze zone.”
Er wordt als voorwaarde bij de vergunning opgelegd dat de bouwheer contact moeten opnemen met de consulent openbaar domein van het district Hoboken.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. er moet een lokaal voor afvalverzameling voorzien worden met een minimale netto vloeroppervlakte van 4 m² conform artikel 26 van de bouwcode;
3. er dient contact opgenomen te worden met de consulent openbaar domein van het district Hoboken zodat de dienst O&U een ontwerp kan maken voor de zone rondom de toegang van de school aan de Hagelandstraat tot aan de kruising met de Montesorisstraat;
4. als er werken (zowel bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moeten de te behouden bomen beschermd worden. De bescherming voor de te behouden bomen ook geldt voor de straatbomen ter hoogte van de werken:
- Zowel wortels als kroon moeten beschermd worden. Praktisch gezien wil dit zeggen dat tijdens de werken het niet is toegestaan om:
- de wortelzone van de te behouden bomen moeten beschermd worden om verdichting van de bodem en/of beschadiging van de wortels te voorkomen.
- om uitdroging van de wortelzone te voorkomen tijdens een droogzuiging van de werf, moet water worden gegeven aan de boom, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is.
- naast de wortelzone moeten ook de stam en de kroon beschermd worden. Als de wortelzone volledig kan afgeschermd worden, zijn de stam en het onderste deel van de kroon uiteraard ook ineens afgeschermd. Kan de wortelzone niet volledig afgeschermd worden, dan moeten voor het beschermen van de stam en onderste deel van de kroon ook beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden.
- om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen moet de aannemer, als hij een kraan gaat gebruiken, een voldoende hoge kraan voorzien. Als de kraan rond draait met een last eraan, mag niets de top van de boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
22 november 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
12 december 2018 |
Start openbaar onderzoek |
19 december 2018 |
Einde openbaar onderzoek |
17 januari 2019 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
27 maart 2019 |
Verslag GOA |
8 maart 2019 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
19 december 2018 |
17 januari 2019 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. er moet een lokaal voor afvalverzameling voorzien worden met een minimale netto vloeroppervlakte van 4 m² conform artikel 26 van de bouwcode;
3. er dient contact opgenomen te worden met de consulent openbaar domein van het district Hoboken zodat de dienst O&U een ontwerp kan maken voor de zone rondom de toegang van de school aan de Hagelandstraat tot aan de kruising met de Montesorisstraat;
4. als er werken (zowel bouwwerken, als werken aan de infrastructuur errond) worden uitgevoerd, moeten de te behouden bomen beschermd worden. De bescherming voor de te behouden bomen ook geldt voor de straatbomen ter hoogte van de werken:
- Zowel wortels als kroon moeten beschermd worden. Praktisch gezien wil dit zeggen dat tijdens de werken het niet is toegestaan om:
- de wortelzone van de te behouden bomen moeten beschermd worden om verdichting van de bodem en/of beschadiging van de wortels te voorkomen.
- om uitdroging van de wortelzone te voorkomen tijdens een droogzuiging van de werf, moet water worden gegeven aan de boom, tenzij bodemonderzoek zou uitwijzen dat dit niet nodig is.
- naast de wortelzone moeten ook de stam en de kroon beschermd worden. Als de wortelzone volledig kan afgeschermd worden, zijn de stam en het onderste deel van de kroon uiteraard ook ineens afgeschermd. Kan de wortelzone niet volledig afgeschermd worden, dan moeten voor het beschermen van de stam en onderste deel van de kroon ook beschermingsmaatregelen op maat opgesteld worden.
- om schade aan het bovenste deel van de kroon te voorkomen moet de aannemer, als hij een kraan gaat gebruiken, een voldoende hoge kraan voorzien. Als de kraan rond draait met een last eraan, mag niets de top van de boom raken. De aannemer mag ook geen snoeiwerken uitvoeren om ruimte te krijgen voor een kraan of voor om het even welke machine of stelling.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.