Op basis van de (voorlopige) cijfers over het boekjaar 2018 blijken er geen stedelijke restmiddelen.
De afrekening van de subsidies van Kind & Gezin over het werkingsjaar 2018 wordt verwacht eind maart 2019. Op basis van de te verwachten subsidies zullen er bij de definitieve cijfers over boekjaar 2018 wel stedelijke restmiddelen kunnen terugbetaald worden.
Deze zullen bij de vaststelling van de jaarrekening door het college in mei 2019 worden meegedeeld.
Per einde boekjaar 2018 bedraagt het gecumuleerde budgettaire resultaat 4.257.038,00 EUR
Op 13 maart 2015 (jaarnummer 2125) keurde het college het principe van een transitiefonds goed met het oog op het realiseren van investeringen om exploitatiekosten in de toekomst te kunnen verminderen en dat de gerealiseerde voordelen dankzij de inzet van het transitiefonds (exclusief eventuele verkopen van patrimonium) terugvloeien naar het transitiefonds.
Het college keurde eveneens goed om de toekomstige reële besparingen via een 50/50-regeling te borgen, waarbij 50% wordt gestort in het transitiefonds en 50% mag worden herbesteed binnen dezelfde beleidsdoelstelling.
Op 29 mei 2015 (jaarnummer 4453) keurde het college de verdere uitwerking en principes goed voor het algemeen en de specifieke transitiefondsen. Het college keurde onder andere goed dat de autonome gemeentebedrijven en EVA-vzw's 50% van de restmiddelen kunnen inzetten voor nieuw beleid, mits goedkeuring van de herbestemming door het college. De overige 50% wordt toegevoegd aan het algemeen transitiefonds.
Ook in de beheers- en samenwerkingsovereenkomsten met de stedelijke autonome gemeentebedrijven en EVA-vzw's is opgenomen dat het agentschap elke herbestemming van reserves en overschotten of de terugbetaling van het niet-bestede deel van de stedelijke dotatie voorafgaandelijk ter goedkeuring voorlegt aan het college.
Op 12 juni 2015 gaf het college opdracht aan inspectie financiën (2015061201) om, in verband met het transitiefonds, de restmiddelen van alle betrokken entiteiten jaarlijks objectief te bepalen. Alle betrokken entiteiten dienen daarom jaarlijks hun cijfers zo snel als mogelijk ter beschikking te stellen aan inspectie financiën.
Op 8 januari 2016 (jaarnummer 10593) keurde het college de aanpak, werkwijze en planning goed zoals beschreven in de nota van inspectie financiën met betrekking tot het transitiefonds.
De terugstorting aan de stad Antwerpen van 50% van de stedelijke restmiddelen zal gebeuren na de goedkeuring van de jaarrekening.
Het college neemt kennis van de stedelijke restmiddelen van AG Kinderopvang Antwerpen met betrekking tot boekjaar 2018.
Het college beslist dat 50% van de stedelijke restmiddelen die zullen blijken uit de definitieve cijfers, door AG Kinderopvang zal teruggestort worden aan de stad.
Het college keurt goed dat de overige 50% van de stedelijke restmiddelen die zullen blijken uit de definitieve cijfers, door AG Kinderopvang Antwerpen ingezet worden voor volgende projecten/activiteiten/...:
Het college neemt kennis van het gecumuleerde budgettaire resultaat en de samenstelling van de bestemde gelden van AG Kinderopvang zoals beschreven onder de argumentatie.
De financieel directeur regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving | Bedrag | Boekingsadres | Bestelbon |
Terugstorting 50% stedelijke restmiddelen door AG Kinderopvang Antwerpen | nvt | budgetplaats: 5175510000 budgetpositie:746 functiegebied: 1TSB100205A00000 subsidie: SUB_NR fonds: Intern begrotingsprogramma: 1SA070114 budgetperiode: 1900 |
nvt |