Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018145752 |
Gegevens van de aanvrager: |
AUTOGEMB AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF VOOR VASTGOEDBEHEER EN STADSPROJECTEN - VESPA met als adres Paradeplein 25 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Lange Beeldekensstraat 78 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 8sectie H nr. 561E23 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
slopen van de bestaande bebouwing en bouwen van 2 nieuwe volumes met 7 appartementen |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 20/12/2013: vergunning (20135484) voor het regulariseren van verbouwingen aan appartementen;
Laatst vergunde toestand
- 4 bouwlagen zijde Lange Beeldekensstraat;
- 3 bouwlagen zijde Greinstraat;
- functies: appartementen, garages en handel;
- volledig bebouwd gelijkvloers.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van de bestaande bebouwing;
- bouwen van twee volumes met 7 appartementen;
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
20 december 2018 |
10 januari 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator |
20 december 2018 |
3 januari 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
20 december 2018 |
|
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
20 december 2018 |
21 december 2018 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
20 december 2018 |
14 januari 2019 |
stadsontwikkeling/ team stadsbouwmeester - welstandscommissie |
20 december 2018 |
|
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgende punten:
de achterste perceelsgrens en de 5m daarvoor, moet gevrijwaard blijven van constructies. Er wordt een nieuw volume opgericht in de hoek van het perceel tegen de perceelsgrenzen.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:
het looppad in de tuin naar de fietsenstalling moet minimum 150cm breed zijn. Een mogelijke aanpassing mag de doorgangshoogte echter niet compromitteren, de buitentrap draait nu reeds over het pad (artikel 12 doorgangshoogte minimaal 2,3m);
de deuropeningen ter hoogte van de helling op het gelijkvloers worden vermoedelijk opgevangen met een dorpel van meer dan 2cm. Deze werden niet op de plannen vermeld en kunnen dus ook niet beoordeeld worden;
in afwijking met artikel 16 hellingen dwars op de normale looprichting, waarbij een maximale helling van 2% in de looprichting wordt toegestaan. Het tellerlokaal, de afvalberging en de ingang naar appartement 2 bevinden zich op een helling van 3,8%. Er werd geen bordes met vlakke doorgang voorzien voor deze deuren/lokalen.
Voor er achter elke toegang of deur moet een vrije en vlakke opstelruimte aanwezig zijn met een draaicirkel van 150cm en opstelruimte van 50cm naast de deur. De deur naar de fietsenstalling en de voorziene plaats voor de lift (op elke verdieping) voldoen niet aan dit artikel.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
de afvalberging dient voorzien te worden van verluchting. Deze werd niet aangeduid op de plannen;
de hoogte van de zonnepanelen-opstelling kan niet afgelezen worden op de plannen. Deze kan dus niet beoordeeld worden;
Sectorale wetgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een relatief beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag is strijdig met artikel 1.2.1 van het geldende RUP 2060. Volgens het artikel dient de 5 meter afstand van de achterste perceelsgrens gevrijwaard te worden van constructies en bestemd te worden als tuinzone. Tegenover de bestaande toestand, waarbij het perceel volledig bebouwd is op het gelijkvloers, wordt het perceel ontpit door een gemeenschappelijke open ruimte te voorzien. De fietsenstalling, die niet voldoet aan het artikel, wordt achteraan voorzien om zo de open ruimte optimaal te benutten en functioneel te maken. De open ruimte is kwalitatief ingericht en is voldoende groot. Het voorzien van een fietsenstalling op een afstand van 5 meter van de achterste perceelsgrenzen, zou een vreemde en onlogische indeling van het grondniveau bewerkstelligen en zou een negatief effect hebben op de beleving van de open ruimte. Bovendien is de fietsenstalling slechts 3,60 m hoog en respecteert het daardoor de aanliggende bouwhoogtes. De afwijking op het artikel zorgt niet voor storende effecten voor de nabijgelegen buren en draagt bij tot de kwaliteit van de open ruimte voor de nieuwe gebruikers. Er wordt geadviseerd om de afwijking te aanvaarden.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat de sloop van de bestaande bebouwing op een perceel met openingen naar de Lange Beeldekensstraat en de Greinstraat. De bestaande bebouwing bestaat uit 7 appartementen, 4 studio’s en een winkel. Er worden in totaal 7 nieuwe appartementen gerealiseerd over twee bouwvolumes. In het binnengebied wordt een gemeenschappelijke open ruimte voorzien met een fietsenstalling. Tegenover de bestaande toestand wordt het aantal woongelegenheden verminderd met 4 (BT= 7+4 – NT = 7 = 4) en wordt een winkel gesupprimeerd. De draagkracht van het perceel wordt niet overschreden. Het verdwijnen van de winkel is in een dergelijk gebied, waar vooral wonen kenmerkend is, aanvaardbaar.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 9 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de nieuwbouw van 7 appartementen. 3 appartementen tussen 60m² en 90m² met parkeernorm 1.2 ? 3 x 1.2 = 3.6 4 appartementen > 90m² met parkeernorm 1.35 ? 4 x 1.35 = 5.4 De werkelijke parkeerbehoefte is 9 (3.6 + 5.4 = 9)
|
De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1. De aanvraag omvat een nota betreffende mobiliteit. In de nota wordt gemotiveerd waarom volgens de aanvrager niet voldaan kan worden aan de parkeerbehoefte. Zowel voor ondergronds parkeren als voor gelijkvloers parkeren werd een nieuw ontwerp getekend dat vervat zit in de nota. Kort betekent dit dat ondergronds parkeren niet mogelijk is vanwege de inname van het binnengebied, het hoogteverschil dat niet overbrugd kan worden en omdat er slechts 4 wagens kunnen parkeren, terwijl de parkeerbehoefte 9 bedraagt. Het parkeren op het gelijkvloers werd op de Welstandcommissie afgekeurd wegens strijdigheid met artikel 12. Ook zou het parkeren op het gelijkvloers de open ruimte drastisch supprimeren waardoor de woonkwaliteit in het gedrang komt. Dit perceel betreft een ‘hoekperceel’ met voorgevels langsheen de Greinstraat en de Lange Beeldekensstraat. De grootte en/of vorm van het perceel laten het ondergronds en gelijkvloers bouwen van het aantal te realiseren plaatsen niet toe (zie nota mobiliteit). In de aanvraag wordt er voldoende kwaliteit en comfort geboden aan fietsgebruikers, waardoor er rekening gehouden wordt met een modal shift in de stad. Er wordt in de aanvraag voldoende gemotiveerd waarom de parkeerbehoefte niet voorzien kan worden op het eigen terrein. Bijgevolg wordt geadviseerd om de afkoop van het aantal ontbrekende autostalplaatsen te aanvaarden.
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 8.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 8 (9-1=8). Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 8 plaatsen.
|
Fietsvoorzieningen
In het binnengebied is een ruime fietsenstalling aanwezig met een hoog-laag opstelling. De fietsenstalling biedt, naast plaats voor 21 standaard fietsen, ook plaats voor eventuele bakfietsen of andere fietsen die niet in de hoog-laag opstelling gestald kunnen worden. Een goed bereikbare, veilige, overdekte en ruime fietsenstalling wordt gunstig geadviseerd en draagt bij tot een modal shift in het stadscentrum. Bovendien zijn de bovenliggende appartementen bereikbaar vanuit het binnengebied door een trap en lift, waardoor de fietser niet via de straatzijde het appartement dient te bereiken en het comfort van de fietser verhoogt.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De bebouwing wordt uitgevoerd in 4 bouwlagen, langs beide straatzijden. Langsheen de Lange Beeldekensstraat wordt een toegang voorzien tot het binnengebied. De bouwhoogtes van de nieuwe bouwvolumes respecteren de naastgelegen bebouwing en sluiten aan op de laagstgelegen panden. Op vlak van ruimtegebruik wordt het project positief geadviseerd omwille van een ontpitting van het binnengebied dat ingericht is als een kwaliteitsvolle gemeenschappelijk ruimte, die toegang biedt tot de fietsenstalling.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevels langsheen de Lange Beeldekensstraat en de Greinstraat worden voorzien van een grijze cementering op de verdiepingen en een witte gevelbetegeling op het straatniveau. Het schrijnwerk wordt voorzien van wit aluminium met zwarte opengaande delen. Voor de raamopeningen worden metaalgazen geplaatst in een witte kleur, zoals ook voorzien in de opening naar het binnengebied langsheen de Lange Beeldekensstraat. De garagepoort langsheen de Greinstraat wordt uitgevoerd in een vlakke zwarte aluminium plaat. De toegepaste materialen zijn neutraal en zorgen visueel niet voor storende effecten in het straatbeeld. Dit deelaspect wordt gunstig beoordeeld.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het looppad in de gemeenschappelijke open ruimte is op sommige plaatsen smaller dan de verplichte 1,50 meter (artikel 14 van de verordening toegankelijkheid). Het pand dient te voldoen omdat de fietser, vaak met de fiets in de hand, comfortabel de fietsenberging dient te bereiken, zonder in de groenvoorzieningen te moeten fietsen/ wandelen. Tijdens het verbreden van het pad dient rekening gehouden te worden met een minimale doorgangshoogte van minstens 2,30 meter.
In de helling van de opening langsheen de Lange Beeldekensstraat worden de deuropeningen van de berging/ afval, de hal naar wooneenheid 2 en het tellerlokaal voorzien op een helling van 3,8% of 2,6%, wat strijdig is met artikel 24. Artikel 24 van de verordening toegankelijkheid stelt dat een draairuimte vlak dient te zien, waarbij een maximale helling van 2% toegestaan kan worden op de looprichting. De totale helling dient herbekeken te worden. Door bijvoorbeeld de deur van de afvalberging op te schuiven naar de Lange Beeldekensstraat kan het ‘vlakke’ stuk (van maximaal 2% helling) geconcentreerd worden ter hoogte van de drie deuropeningen.
Op de plannen is er onduidelijkheid over de hoogte van de dorpel ter hoogte van de deuropeningen aan dezelfde helling (Lange Beeldekensstraat). Om de toegankelijkheid te garanderen wordt opgelegd om de dorpels langsheen de helling van de doorgang maximaal 2 cm hoog uit te voeren, zodat er geen hinder ontstaat.
Tegenover de bestaande toestand wordt er in de aanvraag ingezet op de leef- en woonkwaliteit van de toekomstige gebruikers. Het aantal woongelegenheden vermindert, de winkel wordt gesupprimeerd en het gebied wordt ontpit, waardoor de algemene kwaliteit en grootte van de appartementen verhoogt. De appartementen zijn voldoende ruim en beschikken over voldoende natuurlijk daglicht. Tegenover de omgeving heeft de aanvraag geen nadelige gevolgen. De aanvraag veroorzaakt dan ook geen hinder tijdens het gebruik van de woongelegenheden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het pad in de gemeenschappelijke open ruimte voorzien van een minimale breedte van 1,50 meter, conform artikel 14 van de verordening toegankelijkheid;
3. de helling van de opening nabij de Lange Beeldekensstraat herbekijken, zodat ter hoogte van de deuropeningen de helling maximaal 2% bedraagt, conform artikel 16 en 24 van de verordening toegankelijkheid;
4. de dorpels van de deuropeningen ter hoogte van de helling aan de doorgang (Lange Beeldekensstraat) maximaal 2 cm hoog uitvoeren, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
5. de afvalberging voorzien van verluchting, conform artikel 26 van de bouwcode;
6. de hoogte van de zonnepanelen op het dak van het volume langsheen de Greinstraat conform uitvoeren aan artikel 36 van de bouwcode;
7. voldoen aan het aansluitadvies van Fluvius;
8. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
30 november 2018 |
Volledig- en ontvankelijk |
20 december 2018 |
Start openbaar onderzoek |
28 december 2018 |
Einde openbaar onderzoek |
26 januari 2019 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
4 april 2019 |
Verslag GOA |
14 maart 2019 |
naam GOA |
Christel Bogaerts |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
28 december 2018 |
26 januari 2019 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken, strikt na te leven.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het pad in de gemeenschappelijke open ruimte voorzien van een minimale breedte van 1,50 meter, conform artikel 14 van de verordening toegankelijkheid;
3. de helling van de opening nabij de Lange Beeldekensstraat herbekijken, zodat ter hoogte van de deuropeningen de helling maximaal 2% bedraagt, conform artikel 16 en 24 van de verordening toegankelijkheid;
4. de dorpels van de deuropeningen ter hoogte van de helling aan de doorgang (Lange Beeldekensstraat) maximaal 2 cm hoog uitvoeren, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
5. de afvalberging voorzien van verluchting, conform artikel 26 van de bouwcode;
6. de hoogte van de zonnepanelen op het dak van het volume langsheen de Greinstraat conform uitvoeren aan artikel 36 van de bouwcode;
7. voldoen aan het aansluitadvies van Fluvius;
8. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.