Terug
Gepubliceerd op 25/11/2019

2019_CBS_09501 - Omgevingsvergunning - OMV_2019093466. Molenakker 4. District Berendrecht - Zandvliet - Lillo - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 22/11/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Nabilla Ait Daoud, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_09501 - Omgevingsvergunning - OMV_2019093466. Molenakker 4. District Berendrecht - Zandvliet - Lillo - Goedkeuring 2019_CBS_09501 - Omgevingsvergunning - OMV_2019093466. Molenakker 4. District Berendrecht - Zandvliet - Lillo - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019093466

Gegevens van de aanvrager:

de heer Franky Meseure met als adres Marcottedreef 1 te 2950 Kapellen

Ligging van het project:

Molenakker 4 te 2040 Zandvliet (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 20sectie C nr. 559E

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

afbreken en herbouwen van een woning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

-          geen relevante voorgeschiedenis.

 

Vergund geachte/ huidige toestand

 

-          eengezinswoning van 1 bouwlaag onder schuin dak met inpandige garage en aangebouwd kippenhok;

-          gevels in roodbruine gevelsteen met wit schrijnwerk.

 

Gewenste toestand

 

-          vrijstaande eengezinswoning met garage op een gewijzigde plaats;

-          1 bouwlaag onder schuin dak;

-          voorgevel afgewerkt met rood-bruine gevelsteen en zwart aluminium schrijnwerk.

 

Inhoud van de aanvraag

 

-          slopen van een bestaande zonevreemde woning en een klein nabijgelegen bijgebouw;

-          herbouwen van een zonevreemde eengezinswoning met garage op de rechter perceelgrens;

-          aanleggen van oprit en pad in waterdoorlatende klinkers;

-          voorzien van hemelwaterput, infiltratievoorziening en septische put.

-          met betrekking tot de oppervlakte van de aangevraagde zelfstandige woning zijn volgende gegevens beschikbaar:

  • 1-slaapkamerwoning met een netto-oppervlakte van circa 86,5 m².

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur)

20 augustus 2019

3 september 2019

Geen advies

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund

20 augustus 2019

22 augustus 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in agrarisch gebied. De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

(Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het gewestplan op volgend punt:

 -          het perceel is gelegen in agrarisch gebied. De agrarische gebieden zijn bestemd voor landbouw in de ruime zin en niet voor woningbouw.

De zonevreemde regelgeving is van toepassing.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)

De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)

De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)

De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)

De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)

De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 19 Tuinafsluitingen:

de voortuinen moeten afgesloten worden door een levendige afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 meter;

  • artikel 27 Open ruimte:

de voortuin mag slechts beperkt worden verhard. De maximumbreedte van een garageoprit is 3 m en 1,50 m voor een looppad. De aangevraagde oprit is 3,30 m breed en het looppad naar de voordeur 1,60 m;

  • artikel 43 Septische putten:

het volume van de septische put wordt niet vermeld. De septische put moet een minimale inhoud van 2000 l hebben.
 

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.

Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)

De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)

Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de BGO Wonen.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling zonevreemde regelgeving

De aanvraag wijkt af van de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan. Het betreft immers de bouw van een woning op een perceel gelegen in agrarisch gebied. Dit is bestemd voor landbouw in de ruime zin en niet voor woningbouw.

De bestaande woning is echter geacht vergund en niet verkrot, waardoor de artikels 4.4.10 tot 4.4.15 van de VCRO met betrekking tot basisrechten voor zonevreemde constructies van toepassing zijn. Er wordt geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden beoogd. De eengezinswoning wordt herbouwd op een licht gewijzigde plaats, ze wordt ca. 5 m achter de rooilijn ingeplant zodat een voortuin ontstaat die passend en wenselijk is in de groene omgeving. De grondoppervlakte van de nieuwe woning bedraagt, in navolging van de bestaande, opnieuw ca. 105 m² en het nieuwe bouwvolume is kleiner dan 1000 m³.

Hiermee wordt voldaan aan alle bepalingen van bovenvermelde artikels.

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande eengezinswoning wordt herbouwd. Zoals in voorgaande paragraaf besproken kan een afwijking worden toegestaan op het bestendigen van deze woonfunctie in agrarisch gebied.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen het beoordelingskader voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.

 

Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.

 

De parkeerbehoefte wordt bepaald op het herbouwen van een woning. Voor projecten tot 5 woningen bedraagt de parkeerbehoefte 1 per woning.
De parkeerbehoefte bedraagt bijgevolg 1.

 

De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

De woning beschikt over een aangebouwde garage.

 

Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.

 

Dit aantal is toereikend.

 

Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.

 

Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1 – 1 = 0.

Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.

 

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

In voorliggende aanvraag wordt de bestaande woning gesloopt en herbouwd. De nieuwe woning is vrijstaand en heeft 1 bouwlaag onder een hellend dak. De voorgestelde inplanting en bouwdiepte zijn verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Na de herbouw ontstaat er een voortuin die passend is in de groene omgeving en blijft er voldoende ruimte over op het perceel om een kwalitatieve tuinzone te behouden. Gelet op het vrijstaande bebouwingsverband en de ligging in agrarisch gebied zijn er geen negatieve gevolgen voor de privacy en de bezonning van de naastgelegen percelen.

In de beschrijvende nota wordt vermeld dat er bijgebouwen worden afgebroken. Op het kadastraal plan staat achteraan op het perceel een vrijstaand bijgebouw ingeplant, wat niet staat opgetekend op de plannen bij de aanvraag. Er zijn geen vergunningen gekend van dit bijgebouw en het kan ook niet als geacht vergund worden beschouwd. Gelet op de ligging in agrarisch gebied en de aard van de aanvraag, wordt dan ook als voorwaarde opgelegd dat alle bestaande bijgebouwen moeten worden gesloopt.

Conform artikel 27 ‘Open ruimte’ van de bouwcode mag de voortuin slechts beperkt worden verhard. De maximumbreedte van een garageoprit is 3 m en 1,50 m voor een looppad. De aangevraagde oprit is 3,30 m breed en het looppad naar de voordeur 1,60 m. Aangezien het ruimtelijk wenselijk is een zo groen mogelijke voortuin aan te leggen kan geen afwijking worden toegestaan. Als voorwaarde bij het verlenen van de vergunning wordt de verharding beperkt tot de maximaal toegelaten breedte, zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

Visueel-vormelijke elementen

De vormgeving van de nieuwe woning en de materialen van de nieuwe gevels refereren aan de polderarchitectuur en zijn bijgevolg passend in de landelijke context van het perceel.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De aanvraag wijkt af van artikel 19 van de bouwcode voor wat betreft tuinafsluitingen. De voortuinen moeten afgesloten worden door een levendige afsluiting, een muurtje of een hek met een hoogte van maximum 1 meter. Gelet op de landelijke ligging wordt als voorwaarde opgelegd de voortuin af te sluiten met een haag en/of struikgewas van maximum 1 m hoog;

In strijd met artikel 43 van de bouwcode wordt het volume van de septische put niet vermeld. De septische put moet een minimale inhoud van 2000 l hebben. Dit wordt opgelegd als voorwaarde bij de vergunning.

De achtergevel wordt voorzien van een groot raam naar de tuin. Hierdoor wordt het contact tussen de verblijfsruimte en de buitenruimte versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

In de rechterzijgevel op de perceelgrens wordt op de verdieping een raamopening voorzien. Dit is strijdig met de geldende voorschriften omtrent lichten en zichten in scheidingsmuren. Daarom wordt de raamopening in de zijgevel uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen. Als voorwaarde dient bijgevolg de zijgevel in zijn geheel uitgevoerd te worden in de aangevraagde rood-bruine gevelsteen.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de voortuin dient afgesloten met een haag en/of struikgewas van maximum 1 m hoog, conform artikel 19 van de bouwcode;

2.      de breedte van de oprit wordt beperkt tot 3 m en die van het looppad tot 1,50 m, zoals in rood aangeduid op de plannen;

3.      de septische put moet een minimale inhoud van 2000 l hebben, conform artikel 43 van de bouwcode;

4.      alle bijgebouwen moeten worden gesloopt;

5.      de rechter zijgevel moet in zijn geheel uitgevoerd worden in de aangevraagde rood-bruine gevelsteen;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Uitsluitingen

7.      de raamopening in de rechter zijgevel wordt uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

16 juli 2019

Volledig- en ontvankelijk

20 augustus 2019

Start openbaar onderzoek

28 augustus 2019

Einde openbaar onderzoek

26 september 2019

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

27 november 2019

Verslag GOA

12 november 2019

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

28 augustus 2019

26 september 2019

1

0

0

0

 

Bespreking van de bezwaren

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werd 1 bezwaarschrift ingediend, dat zich als volgt laat samenvatten:

 

1.      Verharding weg: De bezwaarschrijver tekent geen bezwaar aan tegen de afbraak en heropbouw van voorliggende eengezinswoning, maar stelt de vraag aan het beleid of er plannen bestaan om de Molenakker te verharden.
Beoordeling:

De vraag omtrent het verharden van de weg betreft een beleidskwestie en heeft geen betrekking op voorliggende aanvraag.

Het bezwaar is ongegrond.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij:

 

-          de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;

-          het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

 

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      de voortuin dient afgesloten met een haag en/of struikgewas van maximum 1 m hoog, conform artikel 19 van de bouwcode;

2.      de breedte van de oprit wordt beperkt tot 3 m en die van het looppad tot 1,50 m, zoals in rood aangeduid op de plannen;

3.      de septische put moet een minimale inhoud van 2000 l hebben, conform artikel 43 van de bouwcode;

4.      alle bijgebouwen moeten worden gesloopt;

5.      de rechter zijgevel moet in zijn geheel uitgevoerd worden in de aangevraagde rood-bruine gevelsteen;

6.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Uitsluitingen

 

7.      de raamopening in de rechter zijgevel wordt uitgesloten uit de vergunning, zoals in rood aangeduid op de plannen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.