Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing voorschriften
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn. De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven. Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten. In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond de aanvraag is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier geldt grotendeels het bestemmingsvoorschrift Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven en - voor de dokken - Gebied voor waterweginfrastructuur. In het noorden, oosten en zuiden loopt er een overdruk met als aanduiding Leidingstraat. Aan de oostzijde van het terrein bevindt zich de bestemming Gebied voor spoorinfrastructuur en Gebied voor verkeer- en vervoersinfrastructuur.
Op circa 440 m ten zuiden van de aanvraag is, buiten het afgebakende zeehavengebied, het GRUP Oosterweelverbinding - wijziging van toepassing met overdruk Zone voor landschappelijke en functionele inpassing van wegeninfrastructuur.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De aanvraag geeft geen toestand weer van het terrein na sloop. Er wordt wel verwezen naar de nieuwe invulling van het terrein waarvoor een aparte omgevingsvergunningsaanvraag lopende is. Om in overeenstemming te zijn met de gewestelijke hemelwaterverordening dient het terrein na sloop braak te blijven liggen of moet het worden ingezaaid met een streekeigen grasmengsel in afwachting van de nieuwe ontwikkeling.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Sectorale wetgeving
Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte is genomen.
Het geplande bouwproject valt onder de drempelwaarden voor de verplichte opmaak van een archeologienota volgens art. 5.4.1. van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013: de totale oppervlakte van de bodemingreep op gronden gelegen buiten woon- of recreatiegebied bedraagt meer dan 5.000 m². Er werd een melding van een archeologienota toegevoegd aan de aanvraag op 19 juni 2019, maar van deze nota werd nog geen akte genomen. Het Agentschap Onroerend Erfgoed heeft hiervoor nog de tijd tot 15 dagen na de melding.
Indien de behandelingstermijn van de aanvraag verloopt zonder dat er akte werd genomen van de archeologienota, moet de omgevingsvergunning van rechtswege geweigerd worden overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013. De uiterste beslissingsdatum over voorliggende aanvraag is echter pas 24 augustus 2019.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Ten noordoosten van het 5e Havendok wordt, op een terrein palend aan het dok, een vrijstaande loods gesloopt met een oppervlakte van circa 7.213 m². De omliggende wegenis (met een oppervlakte van circa 32.764 m²), inclusief de spoorrails, en terreinafsluiting worden tevens uit- en afgebroken. De hoogspanningscabine in het noorden van het terrein wordt alsook verwijderd.
De aanvraag geeft niet mee hoe het terrein na sloop zal worden afgewerkt. Wel vermelden zij dat er reeds een nieuwe ontwikkeling gepland is en dat deze het voorwerp uitmaakt van de omgevingsvergunningsaanvraag met referentie OMV_2019022260.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De aanvraag genereert geen bijkomende parkeerbehoefte. De bouwheer dient tijdens de sloopwerken op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat.
Visueel-vormelijke elementen
Hoewel het pand niet is opgenomen in de vastgestelde inventaris van het Bouwkundig erfgoed, heeft het magazijn een bijzondere opbouw en karakteristieke eigenschappen. Daarom werd, in het kader van de herontwikkeling van de site naar aanleiding van de parallel lopende aanvraag, advies ingewonnen bij de dienst monumentenzorg van de stad Antwerpen. Zij hebben geen bezwaar tegen de sloop.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Om stofhinder te voorkomen is het terrein na de sloopwerkzaamheden vochtig te houden of in te zaaien met een streekeigen grasmengsel.
Advies van het college
Aandachtspunt: zolang er geen akte genomen is van de verplichte archeologienota, kan de vergunning van rechtswege niet worden verleend.
Er wordt verder voorwaardelijk gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
- de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4);
- de bouwheer dient tijdens de sloopwerken op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat;
- bij de sloop dienen ook alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen; funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2,00 m onder de paalkop; de niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond te worden verwijderd;
- om stofhinder te beperken dient de bouwheer het terrein na de sloopwerkzaamheden vochtig te houden of in te zaaien met een streekeigen grasmengsel.
Procedurestap |
Datum |
Ontvangst adviesvraag |
25 juni 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste adviesdatum |
24 juli 2019 |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.
Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om advies uit te brengen.
Projectnummer: |
OMV_2019060242 |
Gegevens van de aanvrager: |
bvba Standic Antwerpen met als adres Beliweg 3 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Beliweg zn 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 7 sectie G nr. 1802 L, nr. 1802 N , nr. 1802 H afdeling 14 sectie C nr. 249 V, 71 M, 249 W, 249 T |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
slopen van een loods |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Inhoud van de aanvraag
- slopen van een loods en uitbreken verharding
Relevante voorgeschiedenis
- Op 29 november 2013 verleende het college stedenbouwkundige vergunning (HVN/B//20134370) voor het afbreken van een gedeelte van een loods en heraanleg wegenis, gelegen Beliweg zn, Antwerpen.
- Parallel aan deze aanvraag loopt tevens de omgevingsvergunningsaanvraag (OMV_2019022260) voor een nieuwe tankterminal op hetzelfde goed, volgens de gewone procedure.
Aandachtspunt: zolang er geen akte genomen is van de verplichte archeologienota, kan de vergunning van rechtswege niet worden verleend.
Er wordt verder voorwaardelijk gunstig advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
- de bouwheer is verplicht om eventuele vondsten en restanten waarvan hij redelijkerwijs vermoedt dat het archeologische waarde heeft, te melden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4);
- de bouwheer dient tijdens de sloopwerken op eigen terrein de nodige (organisatorische) acties te ondernemen met het oog op een vlotte interne verkeersdoorstroming, opdat er geen hinder op de openbare weg ontstaat;
- bij de sloop dienen ook alle ondergrondse constructies afgebroken te worden, met inbegrip van de funderingszolen; funderingspalen dienen weggebroken tot op tenminste 2,00 m onder de paalkop; de niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen dienen uit de ondergrond te worden verwijderd;
- om stofhinder te beperken dient de bouwheer het terrein na de sloopwerkzaamheden vochtig te houden of in te zaaien met een streekeigen grasmengsel.
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
SW/V | Het advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft. |