Terug
Gepubliceerd op 26/08/2019

2019_CBS_06775 - Omgevingsvergunning - OMV_2019075658. Aernout en Willemlaan 27. District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 23/08/2019 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Tom Meeuws, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Jinnih Beels, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_06775 - Omgevingsvergunning - OMV_2019075658. Aernout en Willemlaan 27. District Antwerpen - Goedkeuring 2019_CBS_06775 - Omgevingsvergunning - OMV_2019075658. Aernout en Willemlaan 27. District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019075658

Gegevens van de aanvrager:

de heer Hasan Bektas met als adres Aernout en Willemlaan 27 te 2050 Antwerpen

Ligging van het project:

Aernout en Willemlaan 27 te 2050 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 13sectie N nr. 717P2

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning met een extra gelijkvloers volume en een dakterras

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          eenheidsbebouwing met oneven nummers Aernout en Willemlaan;

-          29 maart 2019: weigering (2019187) voor het verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning.

Vergund geachte toestand

-          eengezinswoning met een bruto vloeroppervlakte van ca. 181,35 m²;

-          pand in gesloten bebouwing met drie bouwlagen onder plat dak;

-          kroonlijsthoogte 8,70 m;

-          bouwdiepte 9,30 m;

-          gevelafwerking:

  • beige gevelsteen op een verdiepingshoge plint in grijs metselwerk;
  • aluminium buitenschrijnwerk met donkerkleurige invulplaten.

Huidige toestand

-          gevelafwerking:

  • beige gevelsteen op een verdiepingshoge plint in grijs metselwerk;
  • accentuering in donkerbruine steen;
  • donker grijs buitenschrijnwerk in pvc;
  • donker grijze sectionaalpoort.

Gewenste toestand

-          gelijkvloerse uitbreiding tot een bouwdiepte van 12,50 m;

-          bouwhoogte aanbouw 3,30 m;

-          opgehoogde scheimuren langs beide zijden tot 4,6m hoogte;

-          dak van uitbreiding wordt ingericht als dakterras.

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van een eengezinswoning op de benedenverdieping;

-          het dak van de nieuwe uitbouw doet dienst als terras;

-          de scheimuren met beide buren worden opgehoogd;

-          regulariseren van de bestaande voorgevel. 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar. 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
 

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er is geen aanleiding om het college te adviseren af te wijken van de geldende voorschriften.             

 

Functionele inpasbaarheid

De bestemming van eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd blijft.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume zoals voorgesteld. De geplande uitbreidingswerken aan de achtergevel zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel werd beperkt gewijzigd. De invulpanelen onder de ramen op de 1ste verdieping werden vervangen door een bruine gevelsteen. De raamprofielen werden uitgevoerd in donkergrijs PVC. De vernieuwde achtergevel wordt uitgewerkt in een donkergrijze gevelsteen. De voorgestelde materialisatie is aanvaardbaar gezien de stedelijke context van het gebouw. Bij de uitwerking van de gevels is voldoende aandacht besteed aan de geveldetaillering en geleding zodat het nieuwe gebouw zich integreert in de bestaande omgeving. Bijgevolg is de geveluitwerking verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

In de aanvraag worden de scheidsmuren in de achter-aanbouw voorzien met een totale hoogte van circa 5 meter. Een dergelijke bouwhoogte is niet kenmerkend in deze omgeving en wordt bijgevolg ongunstig beoordeeld. Daarom zal als voorwaarde voor deze vergunning worden opgelegd dat de scheidingsmuren beperkt moeten worden tot 30 cm boven de vloerpas van het terras, conform artikel 34 van de bouwcode.

 

Bijkomend wordt opgemerkt dat er op de eerste verdieping een terras is voorzien tot op de perceelgrenzen. Er wordt opgemerkt dat er, strijdig met art 678 van het burgerlijk wetboek, aan weerszijden van het terras geen ontoegankelijke zone wordt voorzien van 190 cm tot aan de perceelgrens. In beginsel mag de vergunningverlenende overheid geen rekening houden met burgerrechtelijke aspecten bij het beoordelen van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning. Anderzijds doet een stedenbouwkundige vergunning deze rechten niet teniet en ontslaat de titularis van de vergunning niet om het nodige bouwrecht te bekomen. Indien zou blijken dat de aanvraag strijdig is met een contractuele verbintenis, dan blijft de vergunning onwerkzaam.

Los van dit burgerlijk aspect is het stedenbouwkundig niet toegestaan een terras te voorzien voorbij een denkbeeldige hoek van 45° vertrekkende vanaf de achtergevel op de perceelgrens. Dit zou een zeer beperkte terrasoppervlakte opleveren. Daarnaast is een terras op de eerste verdieping typologisch niet kenmerkend in deze omgeving. Het naburige terras is niet vergund. Hier kan dus geen rekening mee gehouden worden bij de beoordeling. De toename in woonkwaliteit weegt niet op tegen de opgesomde nadelen. Het terras dient daarom uitgesloten te worden van vergunning.

De afwerking van de nieuwe scheidingsmuur van de uitbouw wordt op meer dan 9 cm over de perceelsgrens van het aanpalende linker perceel uitgevoerd. Hiervoor dient een erfdienstbaarheid bekomen te worden, wat opgelegd wordt als voorwaarde gekoppeld aan deze vergunning.

Er wordt tot slot opgemerkt dat de fundering van de uitbouw niet conform de scheimuurcommissie wordt uitgevoerd. Deze fundering dient eveneens symmetrisch en te paard onder de scheidingsmuur te staan. De fundering dient zodanig ontworpen te worden dat niet enkel de belasting van de constructie van deze aanvraagmaar ook een gelijkaardige belasting van een mogelijke, toekomstige, aansluitende constructie kan dragen. Dit zal als voorwaarde bij het afleveren van een vergunning worden opgelegd.

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de afwerking van de nieuwe scheidingsmuur wordt op meer dan 9 cm over de perceelsgrens voorzien. Er dient hiervoor een erfdienstbaarheid bekomen te worden;

2.      de scheidingsmuren op de aanbouw dienen verlaagd te worden tot 30cm boven de vloerpas van het dak van de aanbouw;

3.      de fundering van de aanbouw dient symmetrisch en te paard onder de scheidingsmuur te staan, zodanig dat deze de belasting van het eerste gebouwen een gelijkaardige belasting van een toekomstig aansluitend gebouw kan dragen;

4.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

Uitsluitingen

5.      het dakterras op de aanbouw wordt uitgesloten van vergunning. 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

9 juni 2019

Volledig- en ontvankelijk

2 juli 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

31 augustus 2019

Verslag GOA

14 augustus 2019

naam GOA

Katrijn Apostel

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.


Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de afwerking van de nieuwe scheidingsmuur wordt op meer dan 9 cm over de perceelsgrens voorzien. Er dient hiervoor een erfdienstbaarheid bekomen te worden;

2.      de scheidingsmuren op de aanbouw dienen verlaagd te worden tot 30cm boven de vloerpas van het dak van de aanbouw;

3.      de fundering van de aanbouw dient symmetrisch en te paard onder de scheidingsmuur te staan, zodanig dat deze de belasting van het eerste gebouw en een gelijkaardige belasting van een toekomstig aansluitend gebouw kan dragen;

4.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;

Uitsluitingen

5.      het dakterras op de aanbouw wordt uitgesloten van vergunning.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.


Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.