In 2018 startte de procedure voor de bescherming van drie parochiekerken op het grondgebied van de stad Antwerpen. De stad besloot binnen de voorziene procedure om de voorgenomen bescherming van één van deze kerken, meer bepaald de kerk Onze-Lieve-Vrouw Altijddurende Bijstand in Deurne, negatief te adviseren. Niettegenstaande dit advies ging de minister op 5 april 2019 over tot de voorlopige bescherming. Binnen de procedure van het openbaar onderzoek besliste de stad daarom op 21 juni 2019 (jaarnummer 5255) een bezwaar in te dienen.
De stad is van mening dat de erfgoedwaarde van bovenvermelde kerk eerder beperkt is en de bescherming als monument veeleer leegstand in de hand zal werken en een herbestemming, zoals voorzien in het parochiekerkenplan, zal hypothekeren.
Om de herbestemming van waardevol erfgoed niet te bemoeilijken wil de stad dat bij toekomstige beschermingen beter rekening wordt gehouden met de stedelijke beleidscontext.
Met bijgevoegde collegiale brief wenst het stadsbestuur bij de bevoegde minister de hierboven aangehaalde problemen aan te kaarten en zo aan een evenwichtig beschermingsbeleid van het waardevol patrimonium van de stad bij te dragen.
Naar aanleiding van de voorlopige bescherming als monument van drie kerken op het grondgebied van de stad Antwerpen wenst het stadsbestuur de Vlaamse overheid te vragen om de stad nauwer te betrekken bij het beschermingsbeleid.
Het college besliste op 28 september 2018 (jaarnummer 8744) om de bescherming van de kerk Onze-Lieve-Vrouw Altijddurende Bijstand in Deurne negatief te adviseren. Op 21 juni 2019, jaarnummer 5255, besliste het college een bezwaar in te dienen bij de voorlopige bescherming van deze kerk.
Het college keurt de collegiale brief goed gericht aan de Vlaamse minister bevoegd voor onroerend erfgoed.