Terug
Gepubliceerd op 16/12/2019

2019_CBS_10250 - Omgevingsvergunning - OMV_2019120220. Ter Heydelaan 117. District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 13/12/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_10250 - Omgevingsvergunning - OMV_2019120220. Ter Heydelaan 117. District Deurne - Goedkeuring 2019_CBS_10250 - Omgevingsvergunning - OMV_2019120220. Ter Heydelaan 117. District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019120220

Gegevens van de aanvrager:

Dirk Baarendse namens mevrouw Milena Ivaylova met als adres Ten Eekhovelei 254 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Ligging van het project:

Ter Heydelaan 117 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 29sectie A nr. 571A5

Vergunningsplichten:

stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning (gedeeltelijke regularisatie)

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          16/10/1963: vergunning (627#22137) voor het oprichten van een duivenhok en het doorvoeren van veranderingswerken;

-          23/10/1968: vergunning (627#25152) voor het uitvoeren van een voorgevelverandering;

-          24/01/2018: bouwovertreding (AN.66.LB.010275/2018) voor het uitvoeren van werken zonder voorafgaandelijke schriftelijke stedenbouwkundige vergunning van het college van burgemeester en schepenen.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          eengezinswoning in gesloten bebouwing met één bouwlaag onder hellend dak;

-          kroonlijst- en nokhoogte van respectievelijk ca. 4,50 en 7,60 m;

-          bouwdiepte benedenverdieping ca. 15,00 m;

-          gevelafwerking:

  • wit geglazuurde gevelsteen;
  • houten buitenschrijnwerk;

-          achteraan het perceel bevindt zich een losstaand bijgebouw (bergplaats/duivenhok).

 

Huidige toestand

-          bouwdiepte benedenverdieping uitgebreid tot 17,00 m, de zolderverdieping tot 13,00 m;

-          gewijzigde inkomdeur;

-          aangepaste raamindeling dakerker;

-          buitenschrijnwerk in wit pvc.

 

Gewenste toestand

-          eengezinswoning in gesloten bebouwing met twee bouwlagen onder plat dak;

-          kroonlijsthoogte van ca. 6,90 m;

-          bouwdiepte verdiepingen conform huidige toestand;

-          gevelafwerking:

  • wit geglazuurde gevelsteen;
  • buitenschrijnwerk in wit pvc.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van de woning met een extra bouwlaag en het omvormen van het zadeldak naar een plat dak;

-          regulariseren van de gewijzigde bouwdiepte op de verschillende verdiepingen;

-          doorvoeren van constructieve werken aan de achtergevel;

-          aanpassen en deels regulariseren van het buitenschrijnwerk.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

 

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:

 

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    De scheidingsmuren moeten voorzien worden van een minimale opstand van 0,30 m ten opzichte van het hoogst aangrenzende dakvlak. Er werd echter onvoldoende informatie aangeleverd om na te gaan of deze opstand behouden blijft na de aanleg van het groendak.
     

Sectorale regelgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

 

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

 

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen is van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

De aanvraag omvat het uitbreiden van de woning door het omvormen van het dakvolume en het regulariseren van gewijzigde bouwdieptes. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Ter Heydelaan.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

De bouwdiepte wordt op het gelijkvloers perceelsbreed uitgevoerd op 17 m. Deze bouwdiepte is kenmerkend in de omgeving van het pand en bijgevolg aanvaardbaar.

 

De maximale bouwdiepte op de 1ste verdieping bedraagt ongeveer 13 m, net zoals voorzien bij de rechterbuur (nr. 119). Echter het dakterras op de 1ste verdieping overschrijdt de toelaatbare bouwdiepte. Een bouwdiepte van 17 m op de verdieping is vanuit stedenbouwkundig oogpunt onaanvaardbaar. Bijkomend genereert dit dakterras inkijk naar de zijdelingse buren (zie verder hinderaspecten). Het dakterras achteraan op de 1ste verdieping en aansluitend aan slaapkamer 2 is niet vatbaar voor vergunning en wordt bijgevolg uitgesloten uit de vergunning.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De voorgevel wijzigt door het zadeldak om te vormen naar een plat dak, waarbij de kroonlijst van de rechterbuur wordt doorgetrokken. In de huidige situatie is de bovenste bouwlaag voorzien van een zadeldak aan de voorzijde en een plat dak aan de achterzijde. Dit is qua vorm niet aanvaardbaar omdat de zuivere dakvorm niet meer leesbaar is. In de voorliggende aanvraag wordt het plat dak doorgetrokken en het zadeldak verwijderd. Vanuit visueel en vormelijk aspect betreft het uitzuiveren van de dakvorm een verbetering.

 

De gevel wordt verder afgewerkt in een gevelsteen in wit glazuur, zoals de gelijkvloerse verdieping. In voorliggende aanvraag is er tegenspraak inzake de achtergevel. De intekening van de gevel geeft duidelijk een gevelsteen weer in halfsteensverband. De legende geeft echter aan dat de achtergevel in ceder wordt uitgevoerd, zoals in de bestaande toestand. Aangezien de achtergevels in de Ter Heydelaan voornamelijk opgebouwd zijn in een rode of witte kleurstelling wordt in voorwaarde opgenomen om de achtergevel uit te voeren in een gevelsteen met een rode of witte kleurtint.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

Via het dakterras op de 1ste verdieping zijn er zijdelingse en rechtstreekse zichten mogelijk op zowel de linker- als rechterbuur. De scheidingsmuur heeft vanop het dakterras slechts een hoogte van 1,80 m, waardoor een rechtstreeks zicht is naar de buren. Deze hoogte dient minimaal 1,90m te bedragen, om zo rechtstreekse zichten te vermijden. Vanuit de balustrade is er een zijdelings zicht mogelijk op de tuin van de buren. Een afstand van minimaal 0,60 m, zoals opgelegd in het burgerlijk wetboek, is hier niet voorzien. Het dakterras kan niet worden toegelaten wegens hinder inzake privacy, maar ook uit stedenbouwkundig oogpunt (zie boven) en wordt uitgesloten van vergunning.

 

Inzake (brand)veiligheid is het onduidelijk of ook na aanleg van het groendak een opstand van minimaal 0,30 m wordt gewaarborgd conform artikel 34 van de bouwcode. Omdat de (brand)veiligheid van levensbelang is, wordt in voorwaarde opgelegd om tussen de scheidingswand en de vegetatie van het groendak een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) te voorzien van minstens 0,30 m breed. Zo kan de (brand)veiligheid ook na de aanleg van het groendak gegarandeerd worden.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      tussen de scheidingswand en de vegetatie van het groendak op de bovenste daklaag een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) voorzien van minstens 0,30 m breed;

2.      de achtergevel voorzien van een gevelsteen in een rode of witte kleurtint;

3.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Uitsluitingen

Het dakterras op de 1ste verdieping achteraan, aansluitend aan slaapkamer 2.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

26 september 2019

Volledig- en ontvankelijk

24 oktober 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

23 december 2019

Verslag GOA

4 december 2019

naam GOA

Katrine Leemans

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

De algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      tussen de scheidingswand en de vegetatie van het groendak op de bovenste daklaag een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) voorzien van minstens 0,30 m breed;

2.      de achtergevel voorzien van een gevelsteen in een rode of witte kleurtint;

3.      na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Uitsluitingen

Het dakterras op de 1ste verdieping achteraan, aansluitend aan slaapkamer 2.

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.