Terug
Gepubliceerd op 05/08/2019

2019_CBS_06293 - Omgevingsvergunning - OMV_2019055183. Trompetvogelstraat 89. District Merksem - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 02/08/2019 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Ludo Van Campenhout, schepen; Fons Duchateau, schepen; Anne Baré, waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_06293 - Omgevingsvergunning - OMV_2019055183. Trompetvogelstraat 89. District Merksem - Goedkeuring 2019_CBS_06293 - Omgevingsvergunning - OMV_2019055183. Trompetvogelstraat 89. District Merksem - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019055183

Gegevens van de aanvrager:

de heer Yoeri Schoepen met als adres Trompetvogelstraat 89 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Ligging van het project:

Trompetvogelstraat 89 te 2170 Merksem (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 39sectie A nr. 0

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

aanbouwen van een terras op de eerste verdieping en verhogen van de scheidingsmuur

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

 

Voor dit pand:

-          15 januari 1965: vergunning (1974#4936) voor het bouwen van een woning;

-          13 oktober 2006: vergunning (3166#88) voor het schilderen van de gevel.

 

Voor het rechts aanpalend pand:

-          15 januari 1665: vergunning (1974 # 4946) voor het bouwen van een woning.

 

Vergunde en huidige toestand

 

-          een eengezinswoning met drie bouwlagen en een plat dak;

-          type bel-etage woning;

-          de woning heeft een bouwdiepte van 9,14m en een bouwhoogte van 9m;

-          de gevels van de woning zijn in een witte kleur geschilderd.

 

Gewenste toestand

 

-          aanbouwen van een terras op de eerste verdieping;

-          het terras heeft een bouwdiepte van 3,30m, op gelijke diepte met de rechterbuur;

-          tegen de scheidingsmuur met de linkerbuur wordt een trap geplaatst vanuit de tuin naar het terras op de eerste verdieping;

-          de scheidingsmuur met de linkerbuur moet hierdoor verhoogd worden tot een hoogte van 4,57m;

-          tegen de scheidingsmuur met de rechterbuur wordt een plantenbak geplaatst van 60cm breed om te voldoen aan artikel 679 van het burgerlijk wetboek ivm. lichten en zichten;

-          de post onder het linkse raam in de achtergevel ter hoogte van de eerste verdieping wordt naar beneden uitgebroken om een deurgat naar het terras te kunnen plaatsen.

Inhoud van de aanvraag

 

-          kaleien van voorgevel

-          aanbouwen van een terras op de eerste verdieping;

-          plaatsen van een buitentrap tegen de scheidingsmuur met de linkerbuur;

-          verhogen van de scheidingsmuur met de linkerbuur tot een hoogte van 4,57m;

-          plaatsen van een plantenbak van 60cm breed tegen de scheidingsmuur met de rechterbuur;

-          uitbreken van de post onder het linkse raam in de achtergevel ter hoogte van de eerste verdieping om een deurgat naar het terras te kunnen plaatsen.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Provincie Antwerpen

11 juni 2019

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

De aanvraag ligt in de verkaveling ME/1962/V/VII/82, goedgekeurd op 15 oktober 1962, meer bepaald in lot(en) S37.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en met de verkavelingsvergunning.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

 

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

 

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014, goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014, en herzien op 1 maart 2018.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

 

Sectorale wetgeving

 

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
De aanvraag komt niet voor op de bijlage van het MER-besluit. Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project ligt in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied, maar heeft geen bijkomende verharde oppervlakte, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
 

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee verenigbaar met de kenmerkende woonfuncties in de Trompetvogelstraat.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie, de bebouwde oppervlakte en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

Ook voor het overige heeft het terras geen impact op de mobiliteit.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

 

Achteraan op de eerste verdieping wordt een terras aangebouwd. De nieuwe bouwdiepte van ca. 12.4 m is conform de verkavelingsvoorschriften en is dus stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

 

De bouwheer wenst eveneens de voorgevel te kaleien. De feitelijke toestand van de omgeving wijst uit dat de Trompetvogelstraat gekenmerkt wordt door gevels in gevelbakstenen, waarvan sommige al gekaleid zijn.

De arrière corps is een veel voorkomend detail bij aaneengesloten bebouwing. Ter hoogte van de perceelsgrens springt het gevelvlak terug, en dit over de volledige gevelhoogte. Dit levert een verticale ritmering op die percelering in het straatbeeld nuanceert. Het is wenselijk om dit detail eigen aan de stedelijke context te behouden.

Bij het kaleien wordt er in de eventuele vergunning opgelegd dat bestaande elementen in natuursteen (raamdorpel, plint, deksteen…) behouden blijven of worden vervangen door nieuwe elementen in natuursteen. Deze details hebben immers ook een functie. Zo beschermt de plint tegen beschadigingen. De natuurstenen voorgevel/plint van de gelijkvloerse verdieping blijft behouden en is dus stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

 

De aanvraag voldoet aan de linkerzijde aan de wetgeving op lichten en zichten. De linkse scheimuur wordt immers opgetrokken tot min 1,9m boven de vloerpas van het terras.

Echter voldoet de aanvraag aan de rechterzijde niet aan de wetgeving op lichten en zichten. In de aanvraag wordt een ontoegankelijke plantenbak van 60cm, gemeten vanaf de rechter perceelsgrens, geplaatst, wat onvoldoende is. Conform de wetgeving op lichten en zichten moet dit minimum 1,9m zijn of dient deze scheimuur ook te worden verhoogd tot 1,9m.

Omdat er bij de rechterbuur een raamopening van een veranda in de gemene muur zit, is het niet mogelijk om de bestaande scheimuur te verhogen zonder aan deze constructie te raken. Er is echter geen vergunning voor deze veranda gekend, zodat de rechterbuur hier geen rechten qua lichten en zichten uit kan putten en dus geen zicht mag nemen op het aanpalend perceel.

De aanvrager bouwt daarentegen wel volledig binnen de contouren van de verkavelingsvergunning en zou deze rechter muur mogen ophogen tot de verdiepingshoogte. In plaats van een muur tegen deze ramen te plaatsen, wordt daarom voorgesteld om als vergunningsvoorwaarde op te nemen dat de ramen in de gemene rechter muur in samenspraak met de rechterbuur moeten worden voorzien van ondoorzichtig (maar wel lichtdoorlatend) glas.

 

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie;

2.      de ramen in de gemene rechter muur moeten in samenspraak met de rechterbuur worden voorzien van ondoorzichtig glas;

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

15 mei 2019

Volledig- en ontvankelijk

11 juni 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

10 augustus 2019

Verslag GOA

23 juli 2019

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en de vergunning af te leveren aan de aanvrager, die ertoe gehouden is volgende voorwaarden strikt na te leven:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de arrière-corps te behouden en vrij te laten van materiaal en isolatie;

2.      de ramen in de gemene rechter muur moeten in samenspraak met de rechterbuur worden voorzien van ondoorzichtig glas;

3.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.