Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
AQUAFIN NV |
25 oktober 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
25 oktober 2019 |
26 november 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator |
25 oktober 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
PROXIMUS |
25 oktober 2019 |
4 november 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
autonoom gemeentebedrijf vastgoed en stadsprojecten Antwerpen |
25 oktober 2019 |
19 november 2019 |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam |
25 oktober 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen |
25 oktober 2019 |
7 november 2019 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit |
25 oktober 2019 |
8 november 2019 |
stadsontwikkeling/ ontwerp en uitvoering/ ontwerpers |
25 oktober 2019 |
8 november 2019 |
stadsontwikkeling/ team stadsbouwmeester - welstandscommissie |
25 oktober 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Galgenweel Oost, goedgekeurd op 9 augustus 2012.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een bufferzone. De bufferzones dienen in hun staat bewaard te worden of als groene ruimte ingericht te worden, om te dienen als overgangsgebied tussen gebieden waarvan de bestemmingen niet met elkaar te verenigen zijn of die ten behoeve van de goede plaatselijke ordening van elkaar moeten gescheiden worden. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard. (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor stedelijke ontwikkeling. Dit gebied is bestemd voor industriële, ambachtelijke en agrarische activiteiten, kantoren, kleinhandel, dienstverlening, recreatie, wonen, verkeer en vervoer, openbaar nut en gemeenschapsvoorzieningen, en dit voor zover deze functies verenigbaar zijn met hun onmiddellijke multifunctionele stedelijke omgeving. De stedenbouwkundige aanleg van het gebied, de bijhorende voorschriften betreffende terreinbezetting, vloeroppervlakte, hoogte, aard en inplanting van de gebouwen met bijhorende voorzieningen, en de verkeersorganisatie in relatie met de omringende gebieden, worden vastgesteld in een bijzonder plan van aanleg vooraleer het gebied kan ontwikkeld worden. Ook het wijzigen van de functie van bestaande gebouwen kan pas na goedkeuring van een bijzonder plan van aanleg.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Galgenweel-Borgerweert, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 2 mei 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor wonen w (bestemmingszone wijk).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) en bijzondere plannen van aanleg (BPA) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt in de verkaveling AN/2017/V/0025, goedgekeurd op 8 juni 2018, meer bepaald in lot(en) W6.39/4 en W6.39/7.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van aanleg op volgend punt:
- Artikel 2.1.4 Bebouwing: de som van de kroonlijsthoogtes mag niet groter zijn dan de tussenafstand tussen de woningen.
De som van de kroonlijsthoogte bedraagt in voorliggende aanvraag 13,60 meter, terwijl de tussenafstand tussen de woningen slechts 12 meter bedraagt.
De aanvraag wijkt af op de verkavelingsvoorschriften op volgend punt:
- Artikel 2.1B Inplanting: de som van de kroonlijsthoogtes mag niet groter zijn dan de tussenafstand tussen de woningen.
De som van de kroonlijsthoogte bedraagt in voorliggende aanvraag 13,60 meter, terwijl de tussenafstand tussen de woningen slechts 12 meter bedraagt.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De woningen die afwijken van de BGO Wonen zijn in overeenstemming met de VMSW-normen.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Strijdig met het BPA en de verkavelingsvoorschriften is de som van de kroonlijsthoogtes groter dan de tussenafstand tussen de woningen. Dit bouwvoorschrift heeft tot doel de privacy en behoorlijke bezonning van elke woning te garanderen. De afwijking in kroonlijsthoogte bedraagt slechts 80 cm en is dus eerder beperkt. Deze minimale afwijking hindert de bezonning op de aanpalende percelen niet. De afwijking kan hierom dan ook worden toegestaan.
Functionele inpasbaarheid
Het bouwen van twee ééngezinswoningen is in overeenstemming met de bestemming van het perceel en de aanwezige woonfuncties op de omliggende percelen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen. Het BPA legt boven- en ondergrenzen op aan het aantal te realiseren bestemmingsparkings. De parkeernormen zijn een evenwicht tussen ogenschijnlijk tegengestelde beleidsopties: - enerzijds, het aantal parkings beperken om het gebruik van andere modi (fiets, openbaar vervoer) aan te moedigen; - anderzijds, voldoende parkings te voorzien om een afwenteling van het bestemmingsparkeren op het openbaar domein te voorkomen. Uitgangspunt is dat alle bestemmingsverkeer voor de nieuwe ontwikkelingen op het privaat domein moet worden opgevangen. Dit is essentieel om het openbaar domein optimaal af te stemmen op de verblijfsfunctie. De gehanteerde parkeernormen houden rekening met de goede bediening van de site met het openbaar vervoer (i.c. hoogfrequente tramlijnen in vrije bedding op de Blancefloerlaan). Anderzijds kan niet voorbij gegaan worden aan de maatschappelijke realiteit dat het bezit en het gebruik van de auto algemeen aanvaard is. Voor wonen wordt de vork relatief ruim genomen: tussen 0,8 en 1,2 parkings per woongelegenheid. Volgens de geldende afspraken wordt gestreefd naar een parkeernorm van 1,2. De parkeerbehoefte wordt bepaald op de 2 woningen: - 2 wooneenheden met parkeernorm 1,2 = 2,4 De werkelijke parkeerbehoefte is 2. |
De plannen voorzien in 2 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen. In wijk 6 is er een collectieve parkeergarage voorzien onder het binnenplein met 113 autoparkeerplaatsen (dossier 20191160). Voor deze nieuwe eengezinswoningen is plaats voorzien in deze parking. Van de 113 autoparkeerplaatsen werden er 100 nuttige rechtstreeks bereikbare autostal- en autoparkeerplaatsen en 13 achterliggende parkeerplaatsen. Parkeerbehoefte vorige aanvraag (20191160): 49 parkeerplaatsen. Parkeerbehoefte huidige aanvraag: 2 parkeeplaatsen. In totaal worden er met deze aanvraag 51 (= 49 + 2) parkeerplaatsen van de 113 parkeerplaatsen benut.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2. Dit aantal is toereikend. Het plan voorziet in het aantal te realiseren plaatsen in parkeergarages in de wijk.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0. Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen van 5 juni 2017. In deze aanvraag is dit dus niet van toepassing.
|
Fietsvoorzieningen:
Voor de 2 eengezinswoningen met 3 slaapkamers wordt een fietsenberging voor 4 fietsen voorzien in de tuin.
Deze zijn bereikbaar via tuinpoorten.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag betreft 2 eengezinswoningen met elk 2 bouwlagen. De volumetrie van deze gebouwen komen voort uit de geldende verkavelingsvoorschriften van het gebied. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. De geplande werken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Visueel-vormelijke elementen
In aanloop van de vergunningsaanvraag werd het gehele project, waar deze twee woningen naadloos op aansluiten en ondertussen vergund zijn (dossier 20191160), voorbesproken met de Welstandscommissie.
De woningen worden voorzien in een witte en grijze gevelsteen in wildverband in combinatie met grijzen aluminimum ramen. De voorgestelde materialisatie zijn aanvaardbaar gezien de stedelijke context van de gebouwen.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De voorwaarden uit de voorwaardelijk gunstig adviezen van Proximus en Brandweer worden integraal overgenomen als voorwaarden bij het afleveren van vergunning.
De aanvraag dient ingepast te worden in het lopende uitvoeringsdossier infrastructuur. De aanvrager zal aanpassingen aan in uitvoering zijnde openbaar domein bekijken met ontwerpers en uitvoerders. Er dient vooraf hydraulisch advies aangevraagd te worden bij de rioolbeheerder Stad Antwerpen
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woningen aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
27 september 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
25 oktober 2019 |
Start openbaar onderzoek |
4 november 2019 |
Einde openbaar onderzoek |
3 december 2019 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
7 februari 2020 |
Verslag GOA |
10 december 2019 |
naam GOA |
Katrijn Apostel |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het intergraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
4 november 2019 |
3 december 2019 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019117922 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV REGATTA-L.O. met als adres Leopold de Waelplaats 26 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Regatta - Wijk 6 - kavels 39/4 - 39/7 |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 13 sectie N nr. 204R19 |
Vergunningsplichten: |
stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
bouwen van twee eengezinswoningen lot 39/4 en lot 39/7 in wijk 6 van Regatta |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 29/8/2014: vergunning (20141363) voor wegen - en rioleringswerken op de verkaveling Regatta (fase Zenith);
- 15/4/2016: vergunning (20152783) voor wegen- en rioleringswerken op de verkaveling Regatta (fase Ga3).
- 23/08/2019: vergunning (20191160) voor bouwen van 3 meergezinswoningen en 5 eengezinswoningen op ondergrondse parkeergarage en keldering in wijk 6 van Regatta.
Vergunde/vergund geachte toestand/ Huidige toestand
- braakliggend, verkaveld terrein voorzien voor appartementen en eengezinswoningen.
Gewenste toestand
- 2 eengezinswoningen in halfopen bebouwing met drie slaapkamers en een netto vloeroppervlakte van 110 m²;
- 2 bouwlagen onder een plat dak;
- tuin van 60 m² met tuinberging van 8 m²;
- gevels uitgevoerd in witgrijze gevelsteen en grijs aluminium buitenschrijnwerk;
- plat dak wordt voorzien als groendak.
Inhoud van de aanvraag
- bouwen van twee eengezinswoningen in halfopen bebouwing.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.