Terug
Gepubliceerd op 01/07/2019

2019_CBS_05278 - Omgevingsvergunning - OMV_2019042839. Moretuslei 46. District Ekeren - Weigering

college van burgemeester en schepenen
vr 28/06/2019 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Tom Meeuws, schepen; Fons Duchateau, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Ludo Van Campenhout, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2019_CBS_05278 - Omgevingsvergunning - OMV_2019042839. Moretuslei 46. District Ekeren - Weigering 2019_CBS_05278 - Omgevingsvergunning - OMV_2019042839. Moretuslei 46. District Ekeren - Weigering

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019042839

Gegevens van de aanvrager:

mevrouw Hannelore Knaepen met als contactadres Moretuslei 46 te 2180 Ekeren (Antwerpen) en de heer Stefan Braem met als contactadres Moretuslei 46 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Ligging van het project:

Moretuslei 46 te 2180 Ekeren (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 35sectie F nr. 72H12

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen.

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          12 november 1998: vergunning (872#2248 en 872#1275) voor het vernieuwen van het dak en het plaatsen van dakramen.

Vergunde/vergund geachte toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak met een gelijkvloerse aanbouw en veranda in gesloten bebouwing.

Huidige toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak met een gelijkvloerse aanbouw en veranda in gesloten bebouwing.

Gewenste toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder zadeldak met een vernieuwde en verlengde gelijkvloerse aanbouw onder plat dak in gesloten bebouwing.

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van een eengezinswoning;

-          de bestaande aanbouw en veranda worden vervangen door een nieuwe gelijkvloerse aanbouw onder plat dak, tot een bouwdiepte van 18,55 m;

-          beide scheidingsmuren worden een beetje verhoogd;

-          de voorgevel in rode baksteen en donkergrijs buitenschrijnwerk blijft ongewijzigd.

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing voorschriften

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling. 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Overwelven waterlopen: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het overwelven of inbuizen van niet geklasseerde waterlopen en waterlopen van 3de categorie (verder genoemd verordening overwelven waterlopen), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 26 januari 2009 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 4 juni 2009.
(De verordening overwelven waterlopen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘overwelven waterlopen’)
De verordening overwelven waterlopen is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘bouwcode’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 10  – Inplanting, bouwhoogte en bouwdiepte: de bouwdiepte van de achterbouw is niet afgestemd op gelijkaardige constructies uit de onmiddellijke omgeving;
  • Artikel 38 – Groendaken: het nieuwe platte dak, dat in oppervlakte groter is dan 20 m², wordt niet als groendak aangelegd en er wordt tevens geen hemelwaterput voorzien;
  •  Artikel 43 – Septische putten: er wordt geen septische put voorzien.
     

Sectorale wetgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Beoordeling afwijkingen van de voorschriften

Er werden in de aanvraag geen te motiveren afwijkingen vastgesteld.

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag beoogt louter de verbouwing en uitbreiding van een bestaande en vergunde eengezinswoning en gelet op de ligging in een voldoende ontwikkeld woongebied is er sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid

Het gelijkvloers van het pand beschikt in bestaande toestand over een bouwdiepte van 16,35 m, dit exact gelijk met beide buurpanden; hierdoor resteert ook nog voldoende vrije en onbebouwde tuinruimte op dit qua diepte eerder beperkte perceel. Na de uitvoering van de werken zal deze maat echter 18,55 m bedragen, ruim 2 m meer dus. Algemeen wordt als maximale bouwdiepte voor een gelijkvloers in rijbebouwing een maximum van 17 m gehanteerd; op deze manier kan aan beide zijden, zowel voor- als achteraan, voldoende lichtinval gecreëerd en gegarandeerd worden doorheen verticale vlakken, zonder enkel te moeten terugvallen op dakopeningen. Van deze richtlijn kan worden afgeweken indien bijvoorbeeld halverwege het gebouw een patio voorzien wordt of er sprake is van een getrapte bouwdiepte (minder dan 17 m aan één zijde, meer aan de andere kant) waardoor in se 3 gevels worden gecreëerd. Het laatste is hier echter geenszins het geval ook al verwijst de voorgestelde bouwdiepte hoogstwaarschijnlijk naar het pand met huisnummer 42 waar een gelijkaardige maat werd gehanteerd. Na controle van de vergunning van het bewuste pand is hier echter effectief sprake van een patio, met een maatvoering van ruwweg 3 op 2 m, die de geformuleerde doelstellingen voldoende onderschrijft. Gelet op het feit dat de aanvraag noch aan vermelde richtlijn noch aan de afwijkingsvoorwaarden voldoet, is het advies inzake schaal en ruimtegebruik dan ook zonder meer ongunstig.

 

Visueel-vormelijke elementen

De werken vinden geheel plaats aan de achterzijde waardoor geen wijzigingen zichtbaar zijn vanop het openbaar domein. Desalniettemin zijn de aan de achterzijde gehanteerde materialen, witte bepleistering en donkergrijs schrijnwerk, geheel in overeenstemming en in harmonie met de te behouden delen van de woning in kwestie en met het uitzicht van de aanpalende bebouwing. Bovendien zijn vermelde grondstoffen veelvuldig gebruikt voor dit type van bebouwing. Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg dan ook gunstig.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, hoofdzakelijk omwille van:

-          strijdigheid met de voorschriften en richtlijnen inzake bouwdiepte en inplanting, waardoor de referentiediepte ruim overschreden wordt en niet de vereiste woonkwaliteit oplevert.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

23 april 2019

Volledig- en ontvankelijk

10 mei 2019

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

9 juli 2019

Verslag GOA

18 juni 2019

naam GOA

Brenda Dierckx

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.

Artikel 3

De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.