Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om advies uit te brengen.
Projectnummer: |
OMV_2019149677 |
Gegevens van de aanvrager: |
NV VALKENIERSNATIE STORAGE met als adres Luithagen-Haven 9 te 2030 Antwerpen |
Gegevens van de exploitant: |
NV VALKENIERSNATIE STORAGE met als adres Luithagen-Haven 9 te 2030 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Antwerpsebaan 25 te 2040 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 18 sectie C nr. 29V |
Inrichtingsnummer: |
20190924-0058 (Magazijn Poland) |
Vergunningsplichten: |
Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten. |
Voorwerp van de aanvraag: |
Een verandering van de exploitatie |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 20 mei 2009 verleende de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning voor het verder exploiteren en veranderen van een magazijnencomplex, voor een termijn verstrijkend op 20 mei 2029.
Inhoud van de aanvraag
Het voorwerp van de aanvraag betreft een uitbreiding met een dieseltank, een verdeelslang, airco’s en houtopslag.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek |
Omschrijving |
Gevraagd voor |
6.5.1° |
brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen; |
+1 verdeelslang |
16.3.2°a) (voorheen 16.3.1.1.a) |
koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; |
+4 kW |
17.3.2.1.1.1°b) (voorheen 17.3.6.2) |
opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; |
-57 ton |
19.6.1°c) |
opslagplaatsen van hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), gelegen in industriegebied, met een capaciteit van meer dan 400 m³ in een lokaal; |
-22.368 m³ in een lokaal |
19.6.1°d) |
opslagplaatsen in openlucht van hout of soortgelijke producten in industriegebied met een capaciteit van meer 1.600 m³; |
8.680 m³ in openlucht |
23.3.1°c) |
opslag in industriegebied van meer dan 200 ton kunststoffen of voorwerpen uit kunststof in een lokaal; |
-22.368 ton in een lokaal |
33.4.1°c) |
opslag van papierdeeg, papier, karton en van waren uit papier en karton, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, met een capaciteit van meer dan 200 ton in een lokaal, als de inrichting volledig in een industriegebied ligt; |
-22.368 ton in een lokaal |
36.4.1° |
opslagplaatsen voor rubber en voor rubberen voorwerpen met een capaciteit van meer dan 10 ton in een lokaal; |
-22.368 ton in een lokaal |
41.5. |
opslagplaats voor textiel en voor textielwaren met een capaciteit van meer dan 10 ton; |
-22.368 ton |
48.1.2. |
doorvoeropslagplaatsen gelegen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen. |
-22.368 ton |
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Havenbedrijf Antwerpen - milieu |
19 december 2019 |
/ |
geen advies uitgebracht |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het goed is gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening zeehavengebied Antwerpen (Besluit van de Vlaamse regering van 30 april 2013), binnen de afbakeningslijn.
De gebieden binnen de afbakeningslijn behoren tot het zeehavengebied Antwerpen.
Met uitzondering van de deelgebieden waarvoor in dit plan voorschriften werden vastgelegd, blijven de op het ogenblik van de vaststelling van dit plan bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften onverminderd van toepassing.
Het goed is volgens voornoemd gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bestemd als Gebied voor zeehaven- en watergebonden bedrijven.
Zulk gebied is bestemd om te functioneren als Vlaams havengebied als onderdeel van de haven van Antwerpen. Het is bestemd voor zeehavengebonden en zeehavengerelateerde industriële en logistieke activiteiten en distributie-, opslag- en overslagactiviteiten die gebruikmaken van en aangewezen zijn op de zeehaveninfrastructuur.
Alle handelingen die nodig of nuttig zijn voor de realisatie van de bestemming en voor de exploitatie van de haven en de bedrijven zijn toegelaten.
Daartoe worden ook de volgende werken, handelingen, voorzieningen, en wijzigingen gerekend:
- de aanleg en het onderhoud van infrastructuur die nodig is voor de toegankelijkheid of voor verbindingen langs de waterzijde en langs de landszijde;
- het laguneren of op een andere wijze bergen of verwerken van baggerspecie.
Daarnaast is de ontwikkeling, het herstel en de instandhouding van tijdelijke ecologische infrastructuur toegelaten.
In het gebied zijn eveneens gebouwen of lokalen voor bewakingspersoneel toegelaten.
In het gebied zijn kantoorgebouwen niet toegelaten, tenzij ze noodzakelijk zijn voor en een inherent onderdeel zijn van de exploitatie van haven en industriële activiteiten. De bestaande kantoorgebouwen kunnen behouden blijven binnen het bestaande bouwvolume op het moment van definitieve vaststelling van dit gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Uitbreidingen zijn niet toegelaten.
De aanvraag dient beoordeeld te worden aan de hand van de voorschriften van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is in overeenstemming met de bestemming en de voorschriften van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.
Voor een straal van 500 meter rond het goed is het voormelde GRUP tevens van toepassing. Hier gelden voornamelijk de bestemmingsvoorschriften Gebied voor Zeehaven- en watergebonden bedrijven en – voor de R2 en de Kruisweg ten zuiden van het goed – Gebied voor verkeers- en vervoersinfrastructuur. Ten zuiden van de Kruisweg loopt evenwijdig een overdruk met als aanduiding Verbinding voor fietsers.
Binnen de straal van 500 meter is tevens het GRUP Liefkenshoek spoortunnel (Besluit van de Vlaamse regering van 9 mei 2008) van toepassing, met als bestemmingen Gebied voor spoorinfrastructuur en Gebied voor ongelijkvloerse verkeers- en vervoersinfrastructuur.
Binnen de straal van 500 meter is verder nog het GRUP Hoogspanningslijn Zandvliet – Lillo – Liefkenshoek van toepassing (Besluit van de Vlaamse regering van 1 juli 2016). Volgens dit GRUP loopt een overdruk ten noorden van de R2, op circa 350 meter van de aanvraag, met als aanduiding Hoogspanningsleiding. Aan beide zijden van de hoogspanningsleiding is een zone aangeduid met als overdruk Gebied met overdruk gebruiksbeperkingen.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
Hemelwater: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De gewestelijke verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
Toegankelijkheid: Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.
De gewestelijke verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Er wordt van uitgegaan dat het magazijncomplex hoofdzakelijk stedenbouwkundig vergund is, doch er kon niet voor alle onderdelen worden nagegaan of deze degelijk vergund zijn. Er is sprake van een luifel in de aanvraag, waaronder een tankplaats wordt voorzien dewelke zich tegen een bestaand kantoorgebouw lijkt te situeren. De plaatsing van airco’s is slechts binnen bepaalde randvoorwaarden vrijgesteld van de vergunningsplicht voor stedenbouwkundige handelingen. Het lijkt raadzaam dat de exploitant de stedenbouwkundige vergunningstoestand zo nodig actualiseert.
Bij verwijdering van constructies zijn ook steeds alle bijbehorende ondergrondse constructies af te breken, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen moeten worden weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen moeten tevens uit de ondergrond worden verwijderd.
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Valkeniersnatie Storage baat aan de Antwerpsebaan een magazijnencomplex uit. Met onderhavige aanvraag wenst men een nieuwe dieseltank met verdeelslang, een aantal airco’s en bijkomende houtopslag te laten vergunnen.
De nieuwe dieseltank van 9.000 liter met verdeelslang wordt voorzien in functie van de bevoorrading van de stackers. Het betreft een dubbelwandige, bovengrondse houder die onder een luifel wordt geplaatst zodat er geen hemelwater op de tankpiste kan terecht komen. De tankpiste wordt vloeistofdicht uitgevoerd en er worden spillkits voorzien zodat er bij calamiteiten snel kan ingegrepen worden.
In het dossier wordt vermeld dat twee ondergrondse stookolietanks van 40.000 en 10.000 liter buiten gebruik werden gesteld door middel van opschuiming. Een bovengrondse dieseltank van 10.000 liter werd verwijderd.
Er worden een aantal airco’s bijgeplaatst en vervangen waardoor de geïnstalleerde drijfkracht uitbreidt met 4 kW tot een totaal van 32 kW.
Verder voorziet men de opslag van 8.680 m³ hout (verpakkingsmateriaal) in open lucht en onder een luifel.
Men is reeds vergund voor de opslag van 78.368 ton hout. Ingevolge van een wijziging van de indelingslijst wordt momenteel een onderscheid gemaakt tussen binnen- en buitenopslag en wordt er gebruik gemaakt van m³ als eenheid.
De binnenopslag van verscheidene goederen zoals hout, kunststoffen, papier, rubberen en elastomeren, garen en andere dan IDMG goederen wordt verminderd van 78.368 ton tot 56.000 ton.
Gelet op de aard van de voorliggende beperkte verandering wordt er geen bijkomend risico voor de mens of het milieu verwacht, bovendien wordt er geoordeeld dat de hinder niet vergroot ten opzichte van de vergunde situatie.
Advies van het college
Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning, onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
- De opgeschuimde tanks zijn bij stopzetting van de hoofdactiviteit te verwijderen, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen moeten worden weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken leidingen moeten uit de ondergrond worden verwijderd.
- Bij de verwijderde bovengrondse tank moeten ook alle bijbehorende ondergrondse constructies afgebroken worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen moeten worden weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen moeten uit de ondergrond worden verwijderd.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek |
Omschrijving |
Geadviseerd voor |
6.5.1° |
brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen; |
+1 verdeelslang |
16.3.2°a) (voorheen 16.3.1.1.a) |
koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; |
+4 kW |
17.3.2.1.1.1°b) (voorheen 17.3.6.2) |
opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; |
-57 ton |
19.6.1°c) |
opslagplaatsen van hout (hout, houtschors, riet, vlas (houtachtig gedeelte), stro of soortgelijke producten), gelegen in industriegebied, met een capaciteit van meer dan 400 m³ in een lokaal; |
-22.368 m³ in een lokaal |
19.6.1°d) |
opslagplaatsen in openlucht van hout of soortgelijke producten in industriegebied met een capaciteit van meer 1.600 m³; |
8.680 m³ in openlucht |
23.3.1°c) |
opslag in industriegebied van meer dan 200 ton kunststoffen of voorwerpen uit kunststof in een lokaal; |
-22.368 ton in een lokaal |
33.4.1°c) |
opslag van papierdeeg, papier, karton en van waren uit papier en karton, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, met een capaciteit van meer dan 200 ton in een lokaal, als de inrichting volledig in een industriegebied ligt; |
-22.368 ton in een lokaal |
36.4.1° |
opslagplaatsen voor rubber en voor rubberen voorwerpen met een capaciteit van meer dan 10 ton in een lokaal; |
-22.368 ton in een lokaal |
41.5. |
opslagplaats voor textiel en voor textielwaren met een capaciteit van meer dan 10 ton; |
-22.368 ton |
48.1.2. |
doorvoeropslagplaatsen gelegen in zeehavengebieden voor andere dan IMDG-goederen. |
-22.368 ton |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Ontvangst adviesvraag |
16 december 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste adviesdatum |
15 januari 2020 |
De aanvraag moet niet onderworpen worden aan een openbaar onderzoek.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
- De opgeschuimde tanks zijn bij stopzetting van de hoofdactiviteit te verwijderen, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen moeten worden weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken leidingen moeten uit de ondergrond worden verwijderd.
- Bij de verwijderde bovengrondse tank moeten ook alle bijbehorende ondergrondse constructies afgebroken worden, met inbegrip van de funderingszolen. Funderingspalen moeten worden weggebroken tot op tenminste 2 meter onder de paalkop. De niet meer te gebruiken rioleringen en andere leidingen moeten uit de ondergrond worden verwijderd.
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
SW/V | Het advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft. |