2020_CBS_00042 - Omgevingsvergunning - OMV_2019131040. IJzerlaan 40 en 46, Bredastraat 120. District Antwerpen - Goedkeuring

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorgeschiedenis

Op 29 september 2017 verleende het college een stedenbouwkundige vergunning aan ATLANTA EUROPE voor het afbreken van bestaande bebouwing en het bouwen van 40 appartementen, een handelsruimte en een ondergrondse parking voor 29 wagens (AN9/B/digitaal/20171709).

Inhoud van de aanvraag

Het nieuwbouwproject “Residentie De Kempenaar” omvat 40 woonunits met ondergrondse parkeergarage en commercieel gelijkvloers. Onderhavige aanvraag betreft de bemaling die noodzakelijk is voor het realiseren van de twee ondergrondse bouwlagen.

Aangevraagde rubrieken

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Dam-West, goedgekeurd op 6 januari 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor wonen-art. 1 en zone voor publiek domein-art. 7.

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

Omgevingstoets

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

Het nieuwbouwproject “Residentie De Kempenaar” omvat 40 woonunits met ondergrondse parkeergarage en commercieel gelijkvloers. Onderhavige aanvraag betreft de bemaling die noodzakelijk is voor het realiseren van de twee ondergrondse bouwlagen.

Ter hoogte van de hoek van de IJzerlaan en de Bredastraat te Antwerpen is een nieuwbouwproject gepland waarbij twee ondergrondse parkeerverdiepingen worden voorzien. Hiervoor is een uitgraving tot circa 6,9 m-mv noodzakelijk. Lokaal dient er dieper uitgegraven te worden voor het plaatsen van de liftputten. Het grondwater bevindt zich op 1,54 m-mv. De bodemopbouw bestaat uit een venige kleilaag met een variabele dikte bovenop een watervoerende tertiaire zandlaag. Op een diepte van circa 27 m-mv wordt de Boomse Klei aangetroffen. De bouwput heeft een onregelmatige vorm met een maximale lengte en breedte van circa 47 meter bij 20 meter. De omtrek van de bouwput bedraagt circa 120 meter met een oppervlakte van circa 670 m².

Het bodemonderzoek toonde aan dat de ondergrond erg zettingsgevoelig is. Door de aanwezigheid van veen in de ondergrond zijn de voorspelde theoretische absolute zettingen dan ook zeer hoog. Invloedswerende maatregelen zijn bijgevolg noodzakelijk om onaanvaardbare zettingen te vermijden gedurende de bemaling. Er zal gebruik gemaakt worden van waterkerende wanden tot in de Boomse Klei die voorkomt in het projectgebied vanaf 27 m-mv. Deze wanden dienen met een overdiepte van minstens één meter te worden aangezet wat neerkomt op wanden tot 28 m-mv.

De veenhoudende en zandige ondergrond wordt hydraulisch afgesloten met waterremmende wanden met een weerstand van 500 dagen. De bemaling dient dan enkel het geborgen water, het instromende neerslagwater en het lekdebiet doorheen de wanden uit de bouwput weg te pompen. Door het afsluitende karakter van de Boomse Klei wordt er geen lek doorheen deze kleilaag verwacht. De invloedstraal van de bemaling beperkt zich tot de contouren van de bouwput aangezien deze hydraulisch is afgesloten met waterkerende wanden.

De bemalingsduur wordt geschat op acht maanden. Het bemalingsdebiet bij opstart bedraagt 4,23 m³/uur en evolueert naar een stationair debiet van 1,55 m³/uur. Hierop wordt een buffer genomen van 25% om rekening te houden met onvoorziene werfomstandigheden, onzekerheden op de doorlatendheid van de ondergrond enzovoort. Dit resulteert in een aan te vragen maximaal debiet van 5,3 m³/uur of 127 m³/dag en een totaal bemalingsvolume van 12.000 m³.

Aangezien de bemaling wordt uitgevoerd binnen waterkerende wanden tot in de klei, wordt er geen relevante invloed van de bemaling op de omgeving verwacht. In het projectgebied werd echter een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd (dossier 6904). Bij dit onderzoek werden concentraties arseen gerapporteerd tot 30 µg/liter. Er werd aangegeven dat deze hoge concentraties een regionale oorsprong hadden. In het rapport werd besloten dat deze verontreiniging geen gevaar vormt voor mens of milieu. Wel is het mogelijk dat er in het bemalingswater concentraties arseen gemeten worden die hoger zijn dan het indelingscriterium. Bijgevolg worden er verhoogde lozingsnormen aangevraagd, evenals rubriek 3.4.2.

Het opgepompte bemalingswater wordt geloosd in de openbare riolering in de Bredastraat. De motivatie van de aanvrager hiervoor is de volgende: “Aangezien er geen ruimte is voor retourbemaling en er in de omgeving geen oppervlaktewater aanwezig is, zal het bemalingswater worden geloosd op de riolering. In de IJzerlaan of de andere omliggende straten, is er enkel een gemengde riolering aanwezig.”

De exploitant vraagt volgende bijzondere lozingsnorm aan:

VMM afdeling bevoegd voor het lozen van afvalwater en de emissie van afvalgassen in de atmosfeer, adviseert deze bijzondere lozingsnorm gunstig voor de aangevraagde debieten en tijdsduur.

Om te weten of er een waterzuiveringsinstallatie dient geplaatst te worden, moet de kwaliteit van het bemalingswater opgevolgd worden. Ongeveer dertig minuten na opstart van de bemaling, dient er een staal genomen te worden van het bemalingswater. De bemaling dient te worden stilgelegd tot de resultaten van de analyse bekend zijn. Indien het bemalingswater concentraties bevat die hoger zijn dan de lozingsnormen, dient er een waterzuiveringsinstallatie geplaatst te worden die het water zuivert alvorens het geloosd wordt in de riolering.

Aangezien de omgevingsvergunningsaanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening, werd het aanvraagdossier tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst  aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid. Hierbij werd geoordeeld dat het project niet MER-plichtig is. De beschrijving van de “Effecten op de omgeving” in het Omgevingsloket werd aanvaard.

De vergunningsaanvraag heeft geen betrekking op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht in de zin van het decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed.

Uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets blijkt dat de gevraagde activiteiten niet van aard zijn dat ze een invloed hebben op het watersysteem. Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen opgenomen in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

Advies aan het college

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de algemene, sectorale en opgelegde bijzondere vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

Geadviseerde rubrieken

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden