Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019130934 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Marjan Van der Auwera met als adres Hoogstraat 286 te 2570 Duffel |
Ligging van het project: |
Pompstraat 16 te 2000 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 4sectie D nr. 2858B |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een meergezinswoning met 3 appartementen en uitbreiden met een nieuw dakvolume |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 27/12/1968: vergunning (18#51670) voor een meergezinswoning.
Vergunde/vergund geachte toestand
- meergezinswoning met 3 entiteiten van ca. 48,5m² netto-vloeroppervlakte;
- gesloten bebouwing bestaande uit 4 bouwlagen onder plat dak;
- volume:
- gevel:
Huidige toestand
- meergezinswoning met 3 entiteiten;
- gesloten bebouwing bestaande uit 4 bouwlagen onder plat dak
- intern:
- volume:
Gewenste toestand
- meergezinswoning met 3 entiteiten.
- gesloten bebouwing bestaande uit 4 bouwlagen en een dakvolume (totale bouwhoogte 15m);
- bouwdiepte:
- indeling:
- lift en liftkoker vanop gelijkvloerse verdieping tot 3de verdieping;
- gevel:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het gebouw met een extra dakvolume;
- creëren van een duplex-appartement door toevoeging van een trap tussen niveau 3 en het nieuwe dakvolume;
- afbreken van de niet-vergunde uitbreiding achteraan op niveau 1;
- regularisatie van het dichtbouwen van de vergunde terrasjes achteraan;
- wijzigen van de verticale circulatie door toevoegen van een lift;
- de netto-vloeroppervlakte van de appartementen op +1 en +2 verkleint tot 46,10 m2.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
12 november 2019 |
11 december 2019 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie |
12 november 2019 |
2 december 2019 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
12 november 2019 |
25 november 2019 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: culturele, historische en/of esthetische waarde en artikel 1: zone voor wonen - (wo1).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
- artikel 28 Minimale oppervlakte buitenruimte:
de inpandige terrassen aan de appartementen werden dichtgebouwd en opgenomen binnen het volume. De appartementen op +1 en +2 beschikken niet over een terras, wat in strijd is met de voorschriften.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat de verbouwing van een meergezinswoning, zonder wijzigingen van het aantal woonentiteiten in het pand. De woonbestemming blijft dus behouden, wat vanzelfsprekend functioneel inpasbaar is in de omgeving Sint-Andries.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag geen vermeerdering van het aantal woongelegenheden ten opzichte van de bestaande en vergunde situatie inhoudt.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
Het gebouw maakt deel uit van een eenheidsbebouwing van 4 panden met eenzelfde typologie en opbouw van 4 bouwlagen onder een plat dak. Het ontwerp voorziet in een bijkomende bouwlaag inclusief dakterras. Door de uitwerking van de nieuwe verdieping als een dakvolume boven de bestaande kroonlijst, wordt de eenheidsbebouwing niet verstoord. Het bijkomende volume heeft bovendien geen onaanvaardbare impact op de zonlichttoetreding en de ruimtelijke kwaliteit van de andere panden in de omgeving en dus stedenbouwkundig aanvaardbaar.
Visueel-vormelijke elementen
De nieuwe dakverdieping wordt uitgevoerd met een licht hellend voorgevelvlak en bekleed met grijze leien. De typologie verwijst naar een mansardeverdieping, wat op zich niet vreemd is binnen de betreffende historische context. Raamopeningen in historische mansardedaken vertrekken kenmerkend vanop de kroonlijst. De afstand tussen de kroonlijst en de raamopening (blind vlak van 70 cm) in voorliggend ontwerp resulteert in zeer gesloten en massief dakvolume en doet afbreuk aan de beeldkwaliteit. Als voorwaarde bij de vergunning wordt daarom opgelegd om de raamopening te vergroten zoals in rood aangeduid op de plannen.
Cultuurhistorische aspecten
Gezien de ligging van het pand in een gebied met culturele, historische en/of esthetische waarde, dient de impact van de wijzigingen op de erfgoedwaarde van de omgeving te worden beoordeeld.
Het pand zelf heeft geen erfgoedwaarde. Mits een aanpassing van de raamopening in het nieuwe dakvlak (voorwaarde), doet de uitbreiding geen afbreuk aan de waardevolle CHE-omgeving en wordt de beeldkwaliteit gegarandeerd.
Archeologie
Het projectgebied bevindt zich binnen een archeologisch vastgestelde zone. Het projectgebied is gelegen binnen woon- en recreatiefgebied met een oppervlakte onder 300 m² (74 m²) en ingreep in de bodem onder 100 m² (ca. 5 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor geen archeologienota verplicht.
Gezien de beperkte ingreep in de bodem (liftschacht) worden er door de dienst archeologie van de stad Antwerpen geen voorwaarden opgelegd.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Naast de uitbreiding van het pand met een dakverdieping en de inrichting van een duplexappartement op +3 en +4, omvat de aanvraag eveneens de implementatie van een lift en de herinrichting van de bestaande appartementen op +1 en +2.
Het aantal woningen in het pand blijft ongewijzigd en dankzij het ruimere appartement op +3 en +4 met aansluitend terras, garandeert het aangevraagde programma een kwaliteitsvolle mix van 1 ruimer en 2 kleinere appartementen. Op zich wordt de toegankelijkheid van de woning verbeterd door de plaatsing van een lift. Echter, omwille van belangrijke tekortkomingen qua inrichting bij de twee kleinere 1-slaapkamerappartementen, wordt geadviseerd om de herinrichting van deze appartementen en de plaatsing van een lift in het gebouw uit te sluiten van vergunning. Dit wordt hieronder toegelicht.
De laatst vergunde toestand van het pand toont een inrichting van de verdiepingen als éénslaapkamer-appartementen en een kleine buitenruimte (inpandig terrasje) achteraan.
De aangevraagde wijzigingen ten opzichte van het vergunde ontwerp omvatten het supprimeren van de buitenruimte en het implementeren van een liftschacht in de bestaande slaapkamer, waardoor de netto-vloeroppervlakte van deze ruimte aanzienlijk verkleint. De bestaande configuratie wordt gewijzigd, waarbij de bestaande keuken wordt ingericht als dressing bij de slaapkamer en afzonderlijke badkamer wordt voorzien. In de bestaande leefruimte, wordt nu ook een keuken geplaatst.
Er wordt opgemerkt dat de leefruimte van de 1-slaapkamerappartementen niet in verhouding is ten opzichte van de andere vertrekken. Hierdoor zijn deze appartementen weinig flexibel qua inrichting en dreigt dit een structurele tekortkoming te zijn voor de woningen op zich en het gebouw in het algemeen. De oppervlakte leefruimte bedraagt slechts 24 m2 en omvat de woonkamer, eetkamer en keuken. Bovendien wordt de oppervlakte van de slaapkamer gereduceerd tot minder dan 9 m2, een ruimte die zelfs niet voldoet aan de minimale eisen van de sociale woningbouw (VMSW). De kleine afmetingen van deze verblijfsruimtes staan niet in verhouding tot de afmetingen van de dressing, de hal en het sanitair. De aangevraagde wijzigingen ten opzichte van de laatst vergunde toestand resulteren dus in een beperken van de oppervlakte van de verblijfsruimtes en het supprimeren van de buitenruimte en kunnen bezwaarlijk als een verbetering van de woonkwaliteit worden beschouwd.
Om deze discrepantie bij te sturen zijn ingrijpende verschuivingen nodig, die niet als voorwaarde kunnen opgenomen worden in deze vergunning. Het supprimeren van de terrassen op +1 en +2 en de plaatsing van een liftschacht worden om die reden uitgesloten van vergunning.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de raamopening in het voorste dakvlak te vergroten zoals in rood aangeduid op de plannen;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
4. geen vergunning wordt verleend voor de plaatsing van een liftschacht;
5. geen vergunning wordt verleend voor het supprimeren van de terrassen achteraan op +1 en +2.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
18 oktober 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
12 november 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
11 januari 2020 |
Verslag GOA |
27 december 2019 |
naam GOA |
Katrine Leemans |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de raamopening in het voorste dakvlak te vergroten zoals in rood aangeduid op de plannen;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
4. geen vergunning wordt verleend voor de plaatsing van een liftschacht;
5. geen vergunning wordt verleend voor het supprimeren van de terrassen achteraan op +1 en +2.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.