Artikel 56, §3, 5° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 stelt dat het college bevoegd is voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip dagelijks bestuur.
De inschrijvers tonen hun technische bekwaamheid aan door het aanleveren van minimaal één referentie, uitgevoerd in de laatste 3 jaar, met betrekking tot het onderhoud van een meetpunt en de opvolging van de meetresultaten, met een minimale waarde van 10.000,00 EUR.
De opdracht wordt gegund aan de inschrijver die de economisch meest voordelige offerte heeft ingediend, rekening houdend met de volgende gunningscriteria:
In toepassing van artikel 41, §1, 1° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, zal deze opdracht gegund worden bij vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking omdat het geraamde bedrag van de opdracht (zonder belasting over de toegevoegde waarde) lager ligt dan de door het artikel 11, eerste lid, 3° van het Koninklijk Besluit Plaatsing van 18 april 2017 bepaalde drempel van 214.000 EUR.
Overeenkomstig en binnen de grenzen van artikel 71 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten legt de aanbestedende overheid aan de kandidaten of inschrijvers selectiecriteria op als voorwaarde voor deelname.
In toepassing van artikel 81 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, baseert de aanbestedende overheid de gunning van de overheidsopdracht op de economisch meest voordelige offerte. De economisch meest voordelige offerte uit het oogpunt van de aanbestedende overheid wordt vastgesteld rekening houdend met de gunningscriteria. Ze vermeldt de gunningscriteria in de aankondiging van de opdracht of in een ander opdrachtdocument.
In 2013 werd een eerste opdracht ‘Opmaak van een hittekaart en studie van het stedelijk hitte-eilandeffect voor Antwerpen’ gelanceerd om de uitdagingen van de stedelijke opwarming op het Antwerpse grondgebied te onderzoeken (2013_CBS_05694).
Uit deze studie blijkt dat het temperatuurverschil tussen de stad en het platteland in de zomermaanden kan oplopen tot + 8 à 9 graden Celsius. De studie voorspelt ook dat dit temperatuurverschil tegen 2030 zal stijgen met ongeveer 50% bovenop de gemiddelde opwarming ten gevolge van de klimaatverandering. Dit fenomeen is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de warmteaccumulatie in de bebouwde en verharde omgeving, die vertraagd wordt afgegeven tijdens de nacht. Dit heet het stedelijk hitte-eilandeffect. Hittegolven kunnen dus méér voorkomen óf langer duren in een verstedelijkte omgeving dan voorspeld wordt door het KMI in Ukkel (2014_CBS_01019).
Dit kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid van de stadsbewoners. Tijdens een hittegolf wordt hittestress ervaren, wat vooral voor jonge kinderen, ouderen en mensen met medische problemen (cardiovasculair en respiratoir) nefast kan zijn. Volgens berekeningen van het Milieurapport Vlaanderen (MIRA) vielen er tijdens de hittegolven van 2003 en 2010 respectievelijk 2300 en 2400 extra doden ten gevolge van hitte in ons land.
Voor Antwerpen zijn er geen concrete cijfers beschikbaar, maar we weten wel dat door het stedelijk hitte-eilandeffect stadsbewoners extra kwetsbaar zijn voor hittestress. Daarom besliste het stadsbestuur in 2014 om een opdracht te lanceren voor een lokaal hittemeetpunt met een hittevoorspelling en –waarschuwing. Deze opdracht werd in 2014 aan VITO nv gegund (2014_CBS_08433). Er werd een hitte-meetpunt op het terrein van het EcoHuis in Borgerhout geïnstalleerd. Gedurende 4 jaar werd op basis van deze data een lokale hittevoorspelling gemodelleerd. In 2018 werd voor de wijk Sint-Andries ook gestart met de opmaak van de “Hitteverklikker”, een smart city project dat dienst doet als waarschuwingstool bij hittegolven in Antwerpen (https://hitteverklikker.antwerpen.be/). Deze hitteverklikker gebruikt als basis ook de data en voorspellingsgegevens die afkomstig zijn van het lokale meetpunt in Borgerhout.
Eind 2019 liep het huidige contract af. Stad Antwerpen wil ook de komende jaren blijven inzetten op lokale hittevoorspelling. Deze opdracht gaat over het verdere onderhoud van het lokale meetpunt en de continuïteit van de hittevoorspelling de aankomende zomers. De Gemeenschappelijke Aankoopcentrale stelt voor om hiervoor vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekenmaking GAC_2019_01033 uit te schrijven.
De looptijd van de overeenkomst wordt bepaald op 72 maanden. Het meetstation dient minimaal zes jaar operationeel te blijven op de huidige locatie. Hierna zal de aanbestedende overheid overgaan tot een evaluatie van het meetstation en een beslissing nemen over het verdere verloop van dit project. Deze mogelijke voorzetting, mogelijks in een andere vorm of invulling, zal onderdeel zijn van een nieuwe overheidsopdracht.
Het college keurt bestek GAC_2019_01033 voor de lokale hittevoorspelling en onderhoud van het meetpunt goed en keurt eveneens goed dat hiervoor een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking wordt uitgeschreven.
De financieel directeur verleent zijn visum en regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving |
Bedrag |
Boekingsadres |
Bestelbon |
Lokale hittevoorspelling en onderhoud meetpunt in 2020 |
|
budgetplaats:5152500000 |
met orderbons |
Lokale hittevoorspelling en onderhoud meetpunt in 2021 tot en met 2026 |
budgetplaats:5152500000 |
met orderbons |