Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019128635 |
Gegevens van de aanvrager: |
Fenneke Immerzeel met als adres Grétrystraat 23 bus 1 te 2018 Antwerpen |
Ligging van het project: |
Juliaan Dillensstraat 35 te 2018 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 10sectie K nr. 1921E2 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 03/03/2017: vergunning (20162806) voor het bepleisteren van de voorgevel.
Vergunde/vergund geachte toestand
- eengezinswoning;
- 3 bouwlagen en een schuin dak;
- de voorgevel heeft originele neoclassicistische stijlelementen en is opgenomen op de inventaris Onroerend Erfgoed.
Huidige toestand
- eengezinswoning;
- 3 bouwlagen en een schuin dak;
- het gelijkvloers heeft een bouwdiepte van 18,11 m;
- de eerste verdieping heeft een bouwdiepte van 16,36 m;
- de tweede verdieping heeft een bouwdiepte van 13,21 m;
- de voorgevel is bepleisterd en is niet meer opgenomen op de inventaris Onroerend Erfgoed.
Gewenste toestand
- eengezinswoning;
- 3 bouwlagen en een schuin dak;
- een perceelsbrede achterbouw over 2 bouwlagen
- de tweede verdieping heeft een bouwdiepte van 12,36 m;
- een dakterras op de nieuwe achterbouw;
- het buitenschrijnwerk van de gevels wordt vervangen.
Inhoud van de aanvraag
- slopen van de bestaande achterbouwen
- bouwen van een perceelsbrede achterbouw over 2 bouwlagen;
- het aanleggen van een dakterras op de nieuwe achterbouw;
- het inrichten van de tuinzone;
- gevelwijziging:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
10 december 2019 |
7 januari 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Er is geen gegronde reden om gemotiveerd af te wijken van de geldende voorschriften.
Functionele inpasbaarheid
De bestaande eengezinswoning blijft behouden en deze functie blijft dan ook functioneel inpasbaar in de omgeving.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De omgeving van de Juliaan Dillenstraat wordt in hoofdzaak gekenmerkt door aaneengesloten burgerwoningen met 3 bouwlagen onder zadel- of mansardedak. Daarachter zijn er entresols en achterbouwen over de helft van de perceelbreedte te vinden, daarachter bevinden zich hoofdzakelijk tuinen.
De aanvraag wenst de bestaande aaneenschakeling van achterbouwen en koterijen te verwijderen en een nieuwbouwvolume te plaatsen. Hierdoor ontstaat er opnieuw een tuinzone en kunnen de verschillende tuinmuren in de omgeving verlaagd worden. Binnen het gabarit van de achterbouw van de linkerbuur wordt een nieuwe dubbelhoge achterbouw perceelbreed voorzien. De scheidingsmuur met de rechterbuur dient hierdoor opgehoogd te worden. Deze volumetoename is verdedigbaar gelet op het feit dat een aanzienlijke volumevermindering wordt voorgesteld die een positieve invloed heeft op de panden en eigendommen in de omgeving.
De voorgestelde handelingen, werken en wijzigingen zijn in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats en zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De tuinzone achteraan wordt volledig verhard en is net groter dan 20 m². De open ruimte neemt toe, maar om de infiltratie en volle grond op het terrein de versterken wordt opgelegd om minstens 1/3e van de tuinzone onverhard te laten.
Visueel-vormelijke elementen en cultuurhistorische aspecten
De gevel is voorzien van aluminium schrijnwerk en de houten originele deur werd gerestaureerd.
Aan de stedelijke dienst monumentenzorg werd advies gevraagd:
‘De aanvraag heeft betrekking op een zwaar verbouwde recent bepleisterde lijstgevel van twee traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak. De ramen werden vervangen. De houten kroonlijst alsook de oorspronkelijke voordeur bleven bewaard.
Het object/ complex is beeldondersteunend.
Men wenst het schrijnwerk in de voorgevel te vervangen en de achterbouw te slopen en te herbouwen.
Vanuit oogpunt monumentenzorg geen bezwaar op voorwaarde dat het schrijnwerk wordt uitgevoerd met t-profilering (twee vleugels en een vast bovenlicht). Dit zal het beeldondersteunend karakter van de gevel en de beeldondersteunde functie die het pand heeft in het straatbeeld versterken. Schrijnwerk is immers een erfgoedkenmerk bij uitstek dat bijdraagt aan de belevingswaarde van de gevel.
Gelet op bovenstaande argumenten wordt over deze aanvraag een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht.’
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt wordt dit advies bijgetreden. Indien het schrijnwerk voldoet aan de in voorwaarden opgelegde profilering en indeling, zijn de wijzigingen aan de voorgevel aanvaardbaar.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Het dakterras op de nieuwe achterbouw houdt voldoende afstand van de rechterbuur en voorziet een groenbuffer zodat inkijk en privacyhinder tot een minimum worden herleid.
De voorgestelde handelingen, werken en wijzigingen vormen een algemene verbetering voor de woonkwaliteit van de eengezinswoning.
Het is onduidelijk of de aanvraag voldoet aan artikel 43 omdat er geen septische put werd opgetekend. In voorwaarden wordt daarom opgelegd om te voldoen aan artikel 43 van de bouwcode. Ook is er geen droogwaterafvoer (DWA) en regenwaterafvoer (RWA) op de plannen opgetekend. Hierdoor is het onduidelijk of de aanvraag voldoet aan artikel 40 en 41 van de bouwcode. In voorwaarden is daarom opgenomen om te voldoen aan artikel 40 en 41 van de bouwcode.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. De aanvraag conform artikel 40, 41 en 43 van de bouwcode uit te voeren;
2. het schrijnwerk in de voorgevel moet uitgevoerd worden met t-profilering (2 opengaande vleugels en een vast bovenlicht);
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
18 november 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
10 december 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
8 februari 2020 |
Verslag GOA |
23 januari 2020 |
naam GOA |
Brenda Dierckx |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. De aanvraag conform artikel 40, 41 en 43 van de bouwcode uit te voeren;
2. het schrijnwerk in de voorgevel moet uitgevoerd worden met t-profilering (2 opengaande vleugels en een vast bovenlicht);
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.