Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2018097158 |
Gegevens van de aanvrager: |
Otsu Verdonckt met als adres Luchtvaartstraat 28 te 2140 Antwerpen en de heer Thomas Hoedelmans met als adres Luchtvaartstraat 28 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Luchtvaartstraat 28 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 26sectie B nr. 848X13 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
uitbreiden van een eengezinswoning met een extra bouwlaag en het regulariseren van wijzigingen doorgevoerd zonder vergunning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 12/07/1954: toelating (179#2862) voor een nieuwbouw;
- 13/11/2015: vergunning met voorwaarden (20152246) voor het verbouwen van een eengezinswoning;
Vergunde/vergund geachte toestand
- vaststelling (ID: 11206) van de woning De Roover-Braem als bouwkundig element;
- eengezinswoning in gesloten bebouwing met drie bouwlagen onder plat dak;
- kroonlijsthoogte van ca. 8,50 m;
- bouwdiepte van ca. 13,20 m;
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- gewijzigde raamindeling;
- constructieve werken zijgevel benedenverdieping niet uitgevoerd.
Gewenste toestand
- eengezinswoning in gesloten bebouwing met vier bouwlagen onder plat dak;
- bouwhoogte van ca. 11,30 m, kroonlijsthoogte ongewijzigd;
- bouwdiepte conform vergunde toestand;
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van een eengezinswoning met een extra bouwlaag vormgegeven als teruggetrokken dakverdieping;
- ophogen van de scheidingsmuren;
- regulariseren van:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
FOD Mobiliteit en Vervoer - Dienst Luchtvaart |
3 december 2019 |
Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag |
Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
3 december 2019 |
13 januari 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar PLANNING > Plannen > Bestemmingsplan > Gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
De bureauruimte op het gelijkvloers heeft geen toegang die voldoet aan de normen, opgesomd in artikels 10, §1, artikel 12 tot en met 14, artikel 16, 18, 19, artikel 22 tot en met 25 en artikel 33. De inkom moet immers drempelloos (max. 2 cm hoogteverschil tussen binnen en buiten) worden uitgevoerd; de inkomdeur moet voldoende breed zijn en over voldoende draai- en manoeuvreerruimte beschikken, alsook voldoende opstelruimte aan de zijde van de klink (en dit zowel buiten als binnen). Dit was ook opgenomen als voorwaarde bij de vergunning dd.13/11/2015 bij de omvorming van de garage naar bureau.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
De voorgestelde bouwhoogte en het oprichten van een vierde bouwlaag is bijgevolg niet kenmerkend;
Enkel de toegang tot de woning mag worden verhard, de rest van de voortuin dient overwegend groen te worden ingericht. Dit was opgenomen als voorwaarde bij de vergunning dd.13/11/2015 bij de omvorming van de garage naar bureau.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aanvraag voorziet in het toevoegen van een bijkomende bouwlaag waardoor het pand vier bouwlagen telt. Dit is niet kenmerkend voor de Luchtvaartstraat, waar de panden kenmerkend uit twee en drie bouwlagen bestaan.
In de voorliggende aanvraag wordt verwezen naar de woning in de Luchtvaartstraat met nummer 24. Voor deze woning werd in 2018 een extra bouwlaag vergund. Deze woning heeft echter slechts drie bouwlagen en is daarmee in overeenstemming, voor wat betreft het aantal lagen, met de kenmerkende woningen in de straat.
De kroonlijst van de woning in de Luchtvaartstraat met nummer 24 werd verhoogd tot 9m90. Op de plannen wordt foutief weergegeven dat de kroonlijsthoogte 10m20 is.
De voorliggende aanvraag voorziet in een kroonlijsthoogte die ongeveer 1,4m hoger is dan bovenvermelde kroonlijsthoogte.
Het uitbreiden van de woning is aanvaardbaar tegen de reeds bestaande blinde scheimuren (achteraan links) in plaats van deze muren vrij te laten en bijkomende blinde scheimuren creëren.
Op deze manier zouden deze verschillen worden weggewerkt, wat onder andere energetisch performanter is, in plaats van dat er bijkomende verschillen worden gecreëerd.
Indien een bijkomende laag mogelijk zou zijn, dient deze (los van cultuurhistorische aspecten) gepositioneerd te worden op de gevellijn, in plaats van te worden teruggetrokken, wat een aanvaardbare aansluiting bij een eventuele bijkomende laag bij de buren zou genereren.
De extra bouwlaag wordt voorzien in donker verticaal hout. Het gevelplan is onduidelijk hoe dit wordt voorzien.
Cultuurhistorische aspecten
De werken zijn gesitueerd in een pand dat is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vastgesteld bij besluit van de administrateur-generaal van 28 november 2014. Om deze reden werd het advies ingewonnen van de stedelijke dienst monumentenzorg. Dit advies luidt alsvolgt in de afweging: ‘Men wenst de eengezinswoning te verbouwen. Er wordt een extra bouwlaag voorzien, bekleed met grijze leien. De bouwlaag wordt 1 meter teruggetrokken voorzien tov de voorgevel.
In deze aanvraag wenst men ook de wijzigingen aan het buitenschrijnwerk te regulariseren.
Een aantal functies wijzigen tov de vorige aanvraag, deze functiewijzigingen hebben geen impact op de erfgoedwaarde van het pand.
De gevelplannen zijn zeer summier en onduidelijk. Een nieuw aangeleverd plan biedt weinig of geen extra info om de impact op de gevel te kunnen beoordelen.
Het is ook niet duidelijk welke impact de toevoeging heeft op het interieur, aangezien dit enkel op plan beoordeelbaar is wegens het ontbreken van fotomateriaal.‘
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De intere wijzigingen in het bestaande volume komen het gebruiksgenot van de woning ten goede. Deze zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar.
De voorwaarden opgelegd in vorige vergunning worden opnieuw opgenomen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de voortuin overwegend groen in te richten en enkel de toegang naar de woning te verharden;
2. het rioolstelsel gescheiden aan te bieden aan de straat;
3. een septische put te voorzien die voldoende groot is volgens de voorschriften opgelegd in de bouwcode;
4. de inkom van de bureauruimte op het gelijkvloers aanpassen zodat deze voldoet aan de volgende artikels van de verordening toegankelijkheid: art. 10, §1, artikel 12 tot en met 14, artikel 16, 18, 19, artikel 22 tot en met 25 en artikel 33. De inkom moet immers drempelloos (max. 2 cm hoogteverschil tussen binnen en buiten) worden uitgevoerd; de inkomdeur moet voldoende breed zijn en over voldoende draai- en manoeuvreerruimte beschikken, alsook voldoende opstelruimte aan de zijde van de klink (en dit zowel buiten als binnen);
5. de fietsen in het bureau achteraan in de ruimte te voorzien en het bureaugedeelte vooraan;
6. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Uitsluitingen
7. de bijkomende bouwlaag.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
12 november 2019 |
Volledig- en ontvankelijk |
3 december 2019 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
1 februari 2020 |
Verslag GOA |
15 januari 2020 |
naam GOA |
Wim Van Roosendael |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften |
Petitielijsten |
Digitale bezwaarschriften |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de voortuin overwegend groen in te richten en enkel de toegang naar de woning te verharden;
2. het rioolstelsel gescheiden aan te bieden aan de straat;
3. een septische put te voorzien die voldoende groot is volgens de voorschriften opgelegd in de bouwcode;
4. de inkom van de bureauruimte op het gelijkvloers aanpassen zodat deze voldoet aan de volgende artikels van de verordening toegankelijkheid: art. 10, §1, artikel 12 tot en met 14, artikel 16, 18, 19, artikel 22 tot en met 25 en artikel 33. De inkom moet immers drempelloos (max. 2 cm hoogteverschil tussen binnen en buiten) worden uitgevoerd; de inkomdeur moet voldoende breed zijn en over voldoende draai- en manoeuvreerruimte beschikken, alsook voldoende opstelruimte aan de zijde van de klink (en dit zowel buiten als binnen);
5. de fietsen in het bureau achteraan in de ruimte te voorzien en het bureaugedeelte vooraan;
6. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Uitsluitingen
7. de bijkomende bouwlaag.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.