Terug
Gepubliceerd op 18/09/2020

2020_CBS_07503 - Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1ste semester 2020. - Kennisneming

college van burgemeester en schepenen
vr 11/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07503 - Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1ste semester 2020. - Kennisneming 2020_CBS_07503 - Meerjarenplan 2020-2025 - Opvolgingsrapportering 1ste semester 2020. - Kennisneming

Motivering

Gekoppelde besluiten

Argumentatie

Alle raadsleden krijgen een aantal maal per jaar een rapportering over de beleidsdoelstellingen en de uitvoering ervan: 
1. bij de aanpassing(en) van het meerjarenplan 
2. bij de vaststelling van de jaarrekening (in het voorjaar) 
3. bij de tussentijdse opvolgingsrapportering (in september)

De tussentijdse rapporteringsverplichting  geldt ook voor de districten, de autonome gemeentebedrijven en de welzijnsverenigingen. Zij rapporteren aan hun districtsraad respectievelijk raad van bestuur.

Juridische grond

Artikel 263 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur (DLB) bepaalt dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering over het eerste semester van het boekjaar moet worden voorgelegd aan de gemeenteraad.

Artikel 143, 241 en 489 DLB bepalen dat de verplichte opvolgingsrapportering in artikel 263 DLB ook van toepassing is op respectievelijk de districten, de autonome gemeentebedrijven en de welzijnsverenigingen. 

Artikel 29 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen (BBC 2020) bepaalt dat de opvolgingsrapportering minstens volgende elementen bevat:

1° een stand van zaken van de prioritaire acties of actieplannen van het meerjarenplan;
2° een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar;
3° in voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan of de aanpassing ervan;
4° in voorkomend geval, de wijzigingen in de financiele risico's.

Aanleiding en context

Vanaf 1 januari 2020 voorziet het Decreet Lokaal Bestuur dat er minstens voor het einde van het derde kwartaal een opvolgingsrapportering, met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan, over het eerste semester van het boekjaar wordt voorgelegd.

Het college keurde in de zitting van 27 maart 2020 (jaarnummer 2852) de werkwijze van opvolgingsrapportering goed.

Het college van burgemeester en schepen keurde in de zitting van 26 juni 2020 (jaarnummer 5640) de timing van de opvolgingsrapportering goed.

Beleidsdoelstellingen

8 - Sterk bestuurde stad
2SBS04 - Financiën
2SBS0401 - Financiële administratie
2SBS040103 - Meerjarenplan

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen legt het volgende voor aan de gemeenteraad:

Artikel 1

De gemeenteraad neemt kennis van de opvolgingsrapportering over het eerste semester 2020 van meerjarenplan 2020-2025.

Artikel 2

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.