Terug
Gepubliceerd op 18/09/2020

2020_CBS_07269 - Omgevingsvergunning - OMV_2020083455. Maria Van Sinaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 04/09/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Tom Meeuws, schepen; Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07269 - Omgevingsvergunning - OMV_2020083455. Maria Van Sinaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_07269 - Omgevingsvergunning - OMV_2020083455. Maria Van Sinaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.   de gemeentelijke projecten;

2.   andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020083455

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

NV REGATTA-L.O. met als contactadres Leopold de Waelplaats 26 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

Maria Van Sinaplein zonder nummer (zn) te 2050 Antwerpen

Kadastrale gegevens:

afdeling 13 sectie N nrs. 204R2, 204Z16, 204C14, 204S19, 204K23, 204G11, 204W10, 204X10, 204Y10 en 204Z10

Inrichtingsnummer:

20191219-0097 (Bronbemaling project MINT (wijk 6))

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Voorwerp van de aanvraag:

een uitbreiding van de bemaling die noodzakelijk is voor de aanleg van de ondergrondse parkeergarage

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 13 maart 2020 werd er door het college een vergunning toegekend voor de exploitatie van een bronbemaling voor het project ‘Mint’ op Linkeroever voor de periode van één jaar vanaf de start van de werken (OMV_2019158891).

 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag betreft een uitbreiding van de reeds vergunde bemaling voor de realisatie van een ondergrondse parking die deel uitmaakt van een complex van drie meergezinswoningen met in het totaal 36 appartementen en vijf eengezinswoningen aan het Maria Van Sinaplein.

 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

+15 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

+15 m³/uur

52.2.2°

indirecte lozing van bedrijfsafvalwater in grondwater, buiten de waterwingebieden en de beschermingszones type I, II en III;

+15 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

+75.595 m³/jaar

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

Vlaamse Milieumaatschappij, afvalwater en lucht

13 juli 2020

5 augustus 2020

Voorwaardelijk gunstig

Vlaamse Milieumaatschappij, grondwaterbeheer

13 juli 2020

Geen advies ontvangen bij opmaak van dit verslag

Geen tijdig advies ontvangen waardoor het geacht wordt gunstig te zijn

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Galgenweel Oost, goedgekeurd op 9 augustus 2012.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een bufferzone. De bufferzones dienen in hun staat bewaard te worden of als groene ruimte ingericht te worden, om te dienen als overgangsgebied tussen gebieden waarvan de bestemmingen niet met elkaar te verenigen zijn of die ten behoeve van de goede plaatselijke ordening van elkaar moeten gescheiden worden. (Artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard. (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor stedelijke ontwikkeling. Dit gebied is bestemd voor industriële, ambachtelijke en agrarische activiteiten, kantoren, kleinhandel, dienstverlening, recreatie, wonen, verkeer en vervoer, openbaar nut en gemeenschapsvoorzieningen, en dit voor zover deze functies verenigbaar zijn met hun onmiddellijke multifunctionele stedelijke omgeving. De stedenbouwkundige aanleg van het gebied, de bijhorende voorschriften betreffende terreinbezetting, vloeroppervlakte, hoogte, aard en inplanting van de gebouwen met bijhorende voorzieningen, en de verkeersorganisatie in relatie met de omringende gebieden, worden vastgesteld in een bijzonder plan van aanleg vooraleer het gebied kan ontwikkeld worden. Ook het wijzigen van de functie van bestaande gebouwen kan pas na goedkeuring van een bijzonder plan van aanleg.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA Galgenweel-Borgerweert, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 2 mei 2007. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor gemengde bestemming ga (bestemmingszone rand blancefloerlaan), zone voor wonen w (bestemmingszone wijk), zone voor park pa (bestemmingszone galgenweelpark), zone voor park pc (bestemmingszone park midden), zone voor openbare wegenis ow, zone voor gemengde bestemming gc (bestemmingszone rand insteekdok), zone voor wonen en groen  w/gra (bestemmingszone parkrand west), zone voor wonen en groen w/grb (bestemmingszone parkrand oost), zone voor gemengde bestemming gc (bestemmingszone rand insteekdok) en zone voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen w/gm (bestemmingszone parkrand midden).

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) en bijzondere plannen van aanleg (BPA's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

 

Omgevingstoets

 


Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening


Het aangevraagde is verenigbaar met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening gezien er geen stedenbouwkundige handelingen mee gepaard gaan.


Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu


De grondwaterverlaging als gevolg van de geplande bemaling op de site van een nieuw gebouw met ondergrondse parkeergarage is gesimuleerd met behulp van een grondwatermodel.

 

In het eerste bemalingsadvies opgemaakt door Antea Group was geen rekening gehouden met opbarstgevaar omdat in een recente naburige werf (600 m ten westen van MINT) geen opbarstgevaar was vastgesteld. In een recenter bemalingsadvies waarbij wél rekening gehouden wordt met mogelijk opbarstgevaar blijkt dat een extra pompdebiet van 10,4 m³/uur ten opzichte van de oorspronkelijke 16,26 m³/uur noodzakelijk zal zijn. Op basis van een proefbemaling die recent werd uitgevoerd door de bemalingsfirma is gebleken dat een extra pompdebiet voor de filters van 15 m³/uur meer realistisch is dan 10,4 m³/uur althans bij de opstart van de bemaling.

 

In het totaal zal 161.352 m³ grondwater opgepompt worden gedurende de gehele periode van de werkzaamheden. Dat betekent een uitbreiding van het netto opgepompt debiet met 75.595 m³/jaar ten opzichte van het vergund netto opgepompt debiet van maximaal 85.757 m³/jaar.

 

Het te verwachten bemalingsdebiet bedraagt: 

-     voor de bemaling van de bouwput: 750,24 m³/dag of 31,26 m³/uur;

-     voor de bemaling van de liftputten: 105,28 m³/dag of 4,38 m³/uur;

-     voor de tijdelijke bemaling van de pompputten: 21,47 m³/dag of 0,89 m³/uur.

 

Het weggepompte volume uit de bouwput kan worden geschat op: 210 dagen x 750,24 m³/dag = 157.550 m³. Het weggepompte volume uit de liftputten en pompputten kan worden geschat op: 30 dagen x (105,28 + 21,47) m³/dag = 3.802 m³.

 

Het bemalingsconcept blijft hetzelfde als in de reeds vergunde bemaling (OMV_2019158891). Er werd afgesproken met de exploitant dat de lozing van het bemalingswater niet zal gebeuren in de wadi ten oosten van het projectgebied maar in de RWA-leiding nabij de Blancefloerlaan. Deze RWA-leiding komt uit in de Middenvijver.

 

Het bemalingswater wordt geacht niet verontreinigd te zijn. De OVAM-databank werd geraadpleegd. Hieruit blijkt dat het projectgebied deel uitmaakte van een oriënterend bodemonderzoek (dossiernummer 92). Uit dit onderzoek bleek dat er geen aanwijzingen voor een ernstige bodemverontreiniging zijn. Er wordt echter rekening gehouden met het feit dat eventuele grondwaterverontreiniging afkomstig van de historische verontreiniging op het terrein zou kunnen aangetrokken worden. Daarom wordt het exploiteren van een mobiele waterzuiveringsinstallatie voorzien. Er wordt een verhoogde lozingsnorm voor de parameter arseen aangevraagd (300 µg/liter na zuivering). Het indelingscriterium voor arseen is echter 5 µg/liter. De aangevraagde lozingsnorm ligt 60 keer hoger. VMM afvalwater adviseert als volgt:


parameter (µg/l)

IC

gevraagd

advies VMM

arseen

5

300

50 (= 10*IC)

 

De bijzondere voorwaarden uit vergunning OMV_2019158891 blijven geldig maar worden aangepast voor deze aanvraag.

 

De vergunning kan verleend worden voor een termijn van één jaar. Aangezien de bemaling reeds opgestart is en het geen verlenging maar uitbreiding betreft start de vergunning vanaf de collegedatum.

 

MER-screening

Aangezien de omgevingsvergunningsaanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse Regering de dato 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening, werd het aanvraagdossier tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid. Hierbij werd geoordeeld dat het project niet MER-plichtig is.

 

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen.

 

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

+15 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

+15 m³/uur

52.2.2°

indirecte lozing van bedrijfsafvalwater in grondwater, buiten de waterwingebieden en de beschermingszones type I, II en III;

+15 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

+75.595 m³/jaar

 

Gecoördineerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

36,53 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

36,53 m³/uur

52.2.2°

indirecte lozing van bedrijfsafvalwater in grondwater, buiten de waterwingebieden en de beschermingszones type I, II en III;

36,53 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

161.352 m³/jaar 

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.

de dienst van VMM bevoegd voor grondwater (grondwater.ant@vmm.be) en de afdeling omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be met vermelding van OMV_2020083455) dienen op de hoogte gebracht te worden van de start en de stopzetting van de bemaling;

2.

er moeten zettingsbakens geplaatst worden bij de meest nabije zettingsgevoelige objecten aan de oostzijde van de bemaling. Van zodra de bemaling wordt opgestart, moeten de zettingen opgevolgd worden. De monitoring gebeurt met volgende frequentie:

  • voor het opstarten van de bemaling: 1 zettingsmeting (nulmeting);
  • week 1 na opstarten bemaling: dagelijkse zettingsmeting;
  • week 2: om de twee dagen zettingsmeting;
  • vanaf week 3: 1 keer per week een zettingsmeting. 

De metingen op de zettingen mogen stopgezet worden van zodra deze niet meer wijzigen. Indien er een absolute zetting van 15 mm of meer gemeten wordt ter hoogte van een zettingsgevoelige constructie wordt de bemaling bijgestuurd. Vanaf 20 mm wordt ze stilgelegd. Er dient technisch een terugvalscenario voorzien te worden dat dit mogelijk maakt;

3.

de eigenlijke ontgraving tot een niveau dieper dan het grondwaterpeil gemeten voor de start van de bemaling, kan pas opgestart worden zodra blijkt dat er geen risico is op schade door zettingen. De beslissing om over te gaan tot de ontgraving, dieper dan het grondwaterpeil gemeten voor de start van de bemaling, wordt aan de gemeente gemeld (milieuvergunningen@antwerpen.be, met vermelding van OMV_2020083455) en gestaafd aan de hand van de uitgevoerde grondwaterpeilmetingen en zettingsmetingen;

4.

de kwaliteit van het bemalingswater dient minstens gemonitord te worden op de parameter As:

  • de eerste dag, de eerste week en daarna maandelijks zolang de bemaling actief is. De lozingsnorm van 50 µg/liter mag niet overschreden worden. Bij overschrijding van deze norm wordt de bemaling onmiddellijk stilgelegd en een waterzuivering geplaatst.

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

3 juli 2020

Volledig en ontvankelijk

13 juli 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

11 september 2020

Verslag GOA

 27 augustus 2020

naam GOA

Bieke Geypens

 

Onderzoek

Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

de dienst van VMM bevoegd voor grondwater (grondwater.ant@vmm.be) en de afdeling omgeving van de stad Antwerpen (milieuvergunningen@antwerpen.be met vermelding van OMV_2020083455) dienen op de hoogte gebracht te worden van de start en de stopzetting van de bemaling;

2.

er moeten zettingsbakens geplaatst worden bij de meest nabije zettingsgevoelige objecten aan de oostzijde van de bemaling. Van zodra de bemaling wordt opgestart, moeten de zettingen opgevolgd worden. De monitoring gebeurt met volgende frequentie:

  • voor het opstarten van de bemaling: 1 zettingsmeting (nulmeting);
  • week 1 na opstarten bemaling: dagelijkse zettingsmeting;
  • week 2: om de twee dagen zettingsmeting;
  • vanaf week 3: 1 keer per week een zettingsmeting.

De metingen op de zettingen mogen stopgezet worden van zodra deze niet meer wijzigen. Indien er een absolute zetting van 15 mm of meer gemeten wordt ter hoogte van een zettingsgevoelige constructie wordt de bemaling bijgestuurd. Vanaf 20 mm wordt ze stilgelegd. Er dient technisch een terugvalscenario voorzien te worden dat dit mogelijk maakt:

3.

de eigenlijke ontgraving tot een niveau dieper dan het grondwaterpeil gemeten voor de start van de bemaling, kan pas opgestart worden zodra blijkt dat er geen risico is op schade door zettingen. De beslissing om over te gaan tot de ontgraving, dieper dan het grondwaterpeil gemeten voor de start van de bemaling, wordt aan de gemeente gemeld (milieuvergunningen@antwerpen.be, met vermelding van OMV_2020083455) en gestaafd aan de hand van de uitgevoerde grondwaterpeilmetingen en zettingsmetingen;

4.

de kwaliteit van het bemalingswater dient minstens gemonitord te worden op de parameter As:

  • de eerste dag, de eerste week en daarna maandelijks zolang de bemaling actief is. De lozingsnorm van 50 µg/liter mag niet overschreden worden. Bij overschrijding van deze norm wordt de bemaling onmiddellijk stilgelegd en een waterzuivering geplaatst.

 

Artikel 3

De vergunning omvat thans volgende rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

3.4.2°

het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater;

36,53 m³/uur

3.6.3.2°

afvalwaterzuiveringsinstallaties, met inbegrip van het lozen van het effluentwater en het ontwateren van de bijhorende slibproductie voor de behandeling van bedrijfsafvalwater met een effluent van meer dan 5 m³/uur tot en met 50 m³/uur;

36,53 m³/uur

52.2.2°

indirecte lozing van bedrijfsafvalwater in grondwater, buiten de waterwingebieden en de beschermingszones type I, II en III;

36,53 m³/uur

53.2.2°b)2°

bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen van onbehandeld en niet-verontreinigd grondwater in dezelfde watervoerende laag, die technisch noodzakelijk is voor ofwel de verwezenlijking van bouwkundige werken, ofwel de aanleg van openbare nutsvoorzieningen gelegen in een ander gebied dan de gebieden vermeld in punt 1 met een netto opgepompt debiet van meer dan 30.000 m³ per jaar en de verlaging van het grondwaterpeil bedraagt meer dan vier meter onder het maaiveld.

161.352 m³/jaar 

Artikel 4

Het college beslist dat de vergunning ingaat vanaf de start van de vergunning voor een periode van één jaar.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.