Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020077321 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw An Eycken met als adres Begijnhoeve 18 te 2040 Antwerpen |
Ligging van het project: | Ringlaan 33 te 2170 Merksem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 41 sectie B nr. 363S |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | wijzigen van functie op de gelijkvloerse- en eerste verdieping van naar wonen (2 nieuwe woonentiteiten, totaal 3) |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 09/06/1994: vergunning (1974#9052) voor het bouwen van een handelsruimte met kantoren;
- 05/03/1974: vergunning (103#8493) voor het oprichten van een appartementsgebouw.
Vergunde/vergund geachte toestand
- gebouw met gemengd gebruik, in rijbebouwing, van 3 bouwlagen onder plat dak met daarin op de gelijkvloerse verdieping een handelsruimte, op de eerste verdieping kantoren en op de tweede verdieping een woonentiteit
- de gevels bestaan uit resuplan-platen en blauwe hardsteen, met grijsblauw schrijnwerk, aan de voorzijde en uit rode kempische gevelsteen met zwarte aluminium ramen achteraan.
Huidige toestand
- conform vergunde toestand, uitgezonderd de aan de achtergevel aangebrachte terrassen (+1 en +2), een ander materiaalgebruik aan de voorzijde (beige-kleurige gevelsteen) en een geheel verharde tuinzone.
Gewenste toestand
- meergezinswoning van 3 bouwlagen onder plat dak in rijbebouwing met 3 wooneenheden:
Inhoud van de aanvraag
- wijzigen van functie op de gelijkvloerse- en eerste verdieping van handel en kantoor naar wonen (2 nieuwe woonentiteiten, in totaal 3);
- regulariseren van een aantal zonder vergunning uitgevoerde wijzigingen, zoals aangebrachte terrassen en een gewijzigde kleur van gevelsteen.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 7 juli 2020 | 20 juli 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 7 juli 2020 | 23 juli 2020 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie | 7 juli 2020 | 23 juli 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 7 juli 2020 | 23 juli 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
elke ruimte dient over voldoende lichtinval te beschikken, dewelke door middel van verticale glasvlakken wordt toegelaten. De indeling van de gelijkvloerse wooneenheid laat door zijn specifieke planvorm, met inspringende elementen, en maatvoering van nagenoeg 12 m niet toe dat het achterste gedeelte van de leefruimte over voldoende daglicht kan beschikken;
§2 De tuin moet zoveel mogelijk als onverharde ruimte ingericht worden en als groene ruimte worden aangeplant. De tuin wordt opgetekend als tuinzone zonder verharding en dient ook als dusdanig te worden aangelegd: groen en grotendeels onverhard; gelet op de grootte ervan mag maximaal 20 m² verhard worden. In de huidige toestand is de tuin volledig verhard.
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Er is geen gegronde reden om af te wijken van de geldende voorschriften.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag beoogt de omvorming van handels-/kantoorgebouw naar meergezinswoning met 3 wooneenheden en gelet op de ligging van het pand in kwestie in een voldoende ontwikkeld woongebied is er in deze dan ook effectief sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
Er worden geen volumetrische wijzigingen voorzien ten opzichte van de vergunde toestand waardoor het advies inzake schaal en ruimtegebruik zonder meer gunstig is.
Visueel-vormelijke elementen
De gehanteerde materialisatie, beige en rode gevelsteen en donker schrijnwerk, is enerzijds aanvaardbaar voor dit type van bebouwing en anderzijds visueel ingepast in zijn gebouwde context. Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is bijgevolg eenduidig gunstig.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De te regulariseren en destijds zonder vergunning aangebrachte terrassen aan de achterzijde van het gebouw zijn strijdig met de wetgeving inzake privacy, aangezien zijdelings niet de minimaal vereiste afstand van 1,90 m wordt gerespecteerd en dit ten opzichte van beide perceelgrenzen. Mogelijke aanpassingen aan betreffende kunnen desgewenst worden opgenomen in de voorwaarden bij een gunstig eindadvies.
De nieuwe gelijkvloerse wooneenheid wordt aan de voorzijde betreden, rechtstreeks vanop het openbaar domein, en dit via de behouden winkeletalage. Zowel deze directe toegang als de grote raampartij tot op vloerniveau zorgen voor een beperking van de privacy van de erachter gesitueerde leefruimte. Ook de insnoering van de leefruimte door de fietsenberging ter hoogte van de keuken, wordt als weinig kwaliteitsvol beoordeeld. De achterliggende woonruimte heeft onvoldoende licht en lucht om als kwalitatieve verblijfsruimte beschouwd te kunnen worden. Bijgevolg is de woonkwaliteit van deze nieuwe woonunit onvoldoende en ondermaats te noemen.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.
De aanvraag betreft het omvormen van de gelijkvloerse handelsfunctie en de bureelfunctie op de eerste verdieping naar 2 woningen. Dit brengt het totaal aantal woningen in dit bouwblok naar 3.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de functiewijziging.
Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1 per woning. Er komen 2 woningen bij. De parkeerbehoefte bedraagt 2.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0.
In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om volgende stedenbouwkundige redenen niet (volledig) gerealiseerd worden:
‘Voorliggende aanvraag heeft betrekking op een pand met een perceelsbreedte van minder dan of gelijk aan 8 m. Volgens artikel 12, §3, 1° (Levendige plint) van de bouwcode is een toegangspoort voor een autobergplaats niet toegelaten.’
|
Het (bijgestelde) aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2 – 1 = 1.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2 – 0 = 2. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
Echter kan de berekende parkeerbehoefte van het nieuwe project worden verminderd met het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein. Dit op voorwaarde dat realisatie niet mogelijk is. Bijgevolg kan de parkeerbehoefte van de vergunde toestand in mindering gebracht worden voor 1 parkeerplaats.
De huidige functie op de eerste verdieping is een bureel van +/- 80 m². Voor een kantoorfunctie wordt de parkeernorm 1,55 plaatsen/100 m² genomen.
Het aantal parkeerplaatsen van de laatst vergunde toestand dat reeds afgewenteld werd op het openbaar domein is 1.
De handelszaak op het gelijkvloers heeft geen parkeerbehoefte.
Het bijgestelde aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 2 – 1 = 1.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 1 plaats.
|
Woninggrootte
Oppervlakte vs. aantal slaapkamers
Om het ruimtecomfort van een woning te bewaken is het belangrijk dat het aantal slaapkamers in verhouding staat met het aantal beschikbare vierkante meters leefruimte per bewoner. Dit is niet het geval in het voorliggend project, waardoor de woongelegenheden onvoldoende wooncomfort bieden.
Het nieuwe appartement op de eerste verdieping beschikt over 1 slaapkamer en 1 bureauruimte maar aangezien laatstgenoemde zich naast de slaapkamer bevindt en groter is dan 7 m² kan worden aangenomen dat deze zonder omwegen als extra slaapkamer kan worden aangewend. Om echter geen extra fietsstalplaatsen en buitenruimte te moeten voorzien, zal dan ook worden opgelegd dat de bureauruimte zonder meer niet als slaapkamer dienst mag doen, dit aangezien op een oppervlakte kleiner dan 80 m² onvoldoende woonkwaliteit wordt gerealiseerd voor een twee-slaapkamerappartement. Deze oppervlakte (vanaf 60 m²) kan hoogstens een eenslaapkamerappartement herbergen.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van:
- onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften van de Antwerps bouwcode;
- een goede ruimtelijke ordening.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 17 juni 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 7 juli 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 5 september 2020 |
Verslag GOA | 14 augustus 2020 |
naam GOA | Gerd Cryns |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.