Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020052000 |
Gegevens van de aanvrager: | mevrouw Els Verbaenen met als adres Jozef Ickxstraat 86 te 2180 Antwerpen en de heer Tom Daelemans met als adres Jozef Ickxstraat 86 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Ligging van het project: | Marcel De Backerstraat ZN te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 35 sectie F nr. 173T |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | bouwen van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 10/04/2020: weigering (20194108) voor het bouwen van een eengezinswoning;
- 29/06/2018: vergunning 2018494) voor het regulariseren van het vellen van bomen;
- 02/08/2016: vergunning (2016555) voor het vellen van vier hoogstammige bomen.
Vergunde en huidige toestand
- braakliggend perceel met bomen, gelegen binnen een van kracht zijnde verkaveling.
Gewenste toestand
- eengezinswoning met 3 slaapkamers met een netto vloeroppervlakte van circa 209 m² in open bebouwing van 2 bouwlagen onder teruggetrokken zadeldak met gevelafwerking in lichtgrijze gevelsteen en zwart aluminium buitenschrijnwerk.
Inhoud van de aanvraag
- het bouwen van een eengezinswoning;
- het verharden van de voortuin, doorlopend over de volledige breedte van de voorgevel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 8 mei 2020 | 3 juni 2020 |
stadsbeheer/ groen en begraafplaatsen | 8 mei 2020 | 3 juni 2020 |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ dienst milieuvergunningen | 8 mei 2020 | 11 mei 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Mariaburg, goedgekeurd op 26 februari 2018. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 2: zone voor wonen - woonpark (wo2).
(Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt in de verkaveling EK/1979/V/0182/WV, goedgekeurd op 12 maart 1979, meer bepaald in lot(en) 1.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend(e) punt(en):
1. Algemene voorschriften, 1.3. Harmonieregel en referentiebeeld, 7. Dakvorm:
de dakvorm wordt bepaald door degene aanwezig in het referentiebeeld – in dit geval is een eenduidig en royale hellende dakvorm aanwezige, zonder uitzondering, bij alle woningen in betreffende straat. In de aanvraag wordt slechts een beperkt in omvang en nauwelijks als dusdanig waarneembaar teruggetrokken zadeldak voorzien;
2. Bijzondere voorschriften, artikel 2. – Zone voor wonen – woonpark (Wo2), 2.2. Inrichting: 3° Voortuinen van percelen met een woonfunctie zijn vrij van verhardingen en constructies, met uitzondering van tuinafsluitingen en brievenbussen. Enkel de strikt noodzakelijke toegangen mogen verhard worden:
- in dit geval wordt een oprit voorzien met een breedte, uitwaaierend van 5 tot 7,60 m, ruim meer dan de toegang naar de voordeur en de garage vereisen..
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verkavelingsvergunning op volgend(e) punt(en):
- 2.03 – Bouwvrije voortuinstrook, 2° Welstand: behoudens de toegangen tot de gebouwen dient de strook als tuin te worden aangelegd en als dusdanig gehandhaafd. In dit geval wordt een oprit voorzien met een breedte, uitwaaierend van 5 tot 7,60 m, ruim meer dan de toegang naar de voordeur en de garage vereisen (beide kunnen bijvoorbeeld gecombineerd worden in één aaneensluitende verharding van slechts ± 4 m breed).
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag is in overeenstemming met de verordening hemelwater.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Er is geen gegronde reden om af te wijken van de geldende voorschriften.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag beoogt louter het optrekken van een eengezinswoning in een van kracht zijnde verkaveling en gelet op de overeenstemming van laatstgenoemde functie met de specifieke bestemmingsvoorschriften van betreffende verkaveling is er in deze dan ook sprake van een correcte functionele inpasbaarheid.
Schaal - ruimtegebruik – bouwdichtheid
De geplande volumetrie van de woning is grotendeels ingepast binnen de richtlijnen ter zake van de van kracht zijnde verkaveling en het Ruimtelijk Uitvoeringsplan, voornamelijk inzake inplanting, maatvoering en bouwhoogte. Echter is er sprake van een afwijking ten opzichte van de voorgeschreven dakvorm, die volgens de voorschriften hellend dient te zijn (tussen 10 en 60°) maar eveneens qua verschijningsvorm in accordantie met die van de meerderheid van de gebouwen in de omgeving, dewelke het referentiebeeld uitmaken. In deze is dit ontegensprekelijk een in omvang ruim hellend dak, aanwezig bij alle woningen in betreffende straat. De huidige aanvraag voorziet slechts een beperkt in maatvoering en nauwelijks zichtbaar teruggetrokken zadeldak; het is bovendien teruggetrokken aan alle zijden – zowel de basis als de zijdelingse gevels ervan springen terug ten opzichte van de eronder gesitueerde gevels en bouwvolumes, zodat dit gebouwdeel ternauwernood waarneembaar is als dusdanig en dient geconcludeerd te worden dat de aanvraag wat dit aspect betreft niet voldoet aan de opgestelde richtlijnen en de geest van het uitvoeringsplan.
Het advies inzake schaal en ruimtegebruik is bijgevolg eenduidig ongunstig.
Visueel-vormelijke elementen
De te hanteren materialen, lichtgrijze gevelsteen en zwart schrijnwerk, zijn aanvaardbaar voor dit type van bebouwing, visueel ingepast in hun gebouwde omgeving en daardoor in overeenstemming met de richtlijnen dienaangaande van de van kracht zijnde verkaveling en het Ruimtelijk Uitvoeringsplan.
Het advies voor dit deelaspect van de aanvraag is dan ook zonder meer gunstig.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 1 parkeerplaats.
Voor projecten tot en met 5 wooneenheden geldt een parkeerbehoefte van 1 plaats per wooneenheid. Aangezien betreffende aanvraag het optrekken van louter 1 eengezinswoning betreft, is de werkelijke parkeerbehoefte hier dan ook 1 plaats.
|
De plannen voorzien in 1 nuttige autostal- en autoparkeerplaats.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 1.
Dit aantal is toereikend.
|
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van:
- onverenigbaarheden met de stedenbouwkundige voorschriften van het Ruimtelijk Uitvoeringsplan en de verkavelingsvoorschriften.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 22 april 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 8 mei 2020 |
Start openbaar onderzoek | 19 mei 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 17 juni 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 20 oktober 2020 |
Verslag GOA | 28 september 2020 |
naam GOA | Gerd Cryns |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
19 mei 2020 | 17 juni 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.