Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020056778 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | Katholiek Onderwijs Bisdom Antwerpen Metropool vzw, Nooitrust 4 te 2390 Malle |
Ligging van het project: | Gustaaf Garittestraat 1 te 2600 Berchem-Antwerpen, Gustaaf Garittestraat 17, Keizershoevestraat 15-17 te 2610 Wilrijk-Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 23 sectie C nrs. 0, 293F3, 293G3, afdeling 42 sectie B nrs. 373K7 en 373L7 |
Inrichtingsnummer: | 20191220-0023 (Sint-Stanislascollege) |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen, Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | het slopen van oude en het realiseren van nieuwe klaslokalen en de exploitatie van een stookinstallatie |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 17/04/2020: vergunning (20194201) voor het wijzigen van de functie, het verbouwen van het hoofdgebouw en het exploiteren van een schoolgebouw;
- 06/03/2020: vergunning (20194055) voor aanpassingswerken en verdere exploitatie van een school;
- 05/07/2019: bespreking project op de welstandscommissie;
- 07/06/2019: bespreking project op de welstandscommissie;
- 29/09/2017: bespreking project op de welstandscommissie;
- 09/10/1996: vergunning (961#1495) voor het bijbouwen van een noodtrap;
- 18/12/1981: vergunning (961#2202) voor het uitbreiden van een school door het bouwen van een refter en 4 klaslokalen;
- 17/08/1966: vergunning (957#1759) voor het aanbouwen van een bestaand schoolgebouw;
- 23/10/1963: vergunning (957#1136) voor het oprichten van schoollokalen.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie: schoolgebouwen (Sint-Stanislascollege);
- bouwvolume:
- gevelafwerking: bruin gevelmetselwerk met grijs aluminium buitenschrijnwerk.
Huidige toestand
- niet relevant gezien de aanvraag handelt over een sloop en nieuwbouw.
Gewenste toestand
- functie: ongewijzigd (school);
- bouwvolume:
- gevelafwerking: donkergrijze vezelcementbeplating en lichtgrijze aluminium gevelbeplating met lichtgrijze raamprofielen.
Inhoud van de aanvraag
- het slopen van de bestaande bebouwing en nieuwbouw van een school.
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 6 maart 2020 werd een vergunning verleend aan vzw Katholiek Onderwijs Bisdom Antwerpen Metropool (KOBAM) met referentie OMV_2018143791 voor de eerste fase van de verbouwingswerken en exploitatie. De tweede fase werd vergund op 17 april 2020 (referentie OMV_2019158787).
Inhoud van de aanvraag
De aanvraag betreft de sloop van bestaande klaslokalen met nadien de bouw van nieuwe lokalen en de exploitatie hiervan.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
3.2.2.a | het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | +135 m³/jaar |
43.1.1.b | het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas. | 315 kW |
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 8 juli 2020 | 20 juli 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie | 8 juli 2020 | 28 juli 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ energie en milieu Antwerpen/ luchtkwaliteit en geluid | 8 juli 2020 | 27 juli 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 8 juli 2020 | 27 juli 2020 |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ archeologie | 8 juli 2020 | 27 juli 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening hemelwater op volgend(e) punt(en):
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend(e) punt(en):
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Archeologienota: overeenkomstig artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 moet aan bepaalde aanvragen een archeologienota worden toegevoegd waarvan akte werd genomen.
Van de archeologienota werd akte genomen door het agentschap Onroerend Erfgoed op 02/09/2019.
De nota toont gemotiveerd aan dat er geen verder archeologisch onderzoek moet plaatsvinden.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het Rooilijndecreet.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Het perceel is gelegen in woongebied. De aanvraag betreft de afbraak en nieuwbouw van een bestaande school. De capaciteit wordt hierbij met circa 25% vergroot. Dit heeft een positieve impact op de schaal van de woonwijk. Dit is aanvaardbaar.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het nieuwbouwvolume wordt voorzien over twee bouwlagen betreft in grote lijnen de footprint van de bestaande bebouwing in binnengebied en het bestaande hoofdgebouw langs de Gustaaf Garittestraat. Hierbij worden alle schoolgebouwen met elkaar verbonden tot één samenhangend geheel. Het dak van de eerste verdieping heeft hierdoor een doorlopende oppervlakte van circa 1.330 m² en beschikt over het gehele gebouw over een kroonlijsthoogte van circa 7,7 meter. Gelet op de schaal van het totale project is dit in grote lijnen inpasbaar in de omgeving. Het voorzien van een samenhangend geheel in vormentaal wordt positief geadviseerd.
Echter wordt er onvoldoende rekening gehouden met de privacy van de meergezinswoningen in de Hendrik Marckstraat. De uitbreiding over twee bouwlagen betreft een aanvaardbare volume op voorwaarde dat de inkijk door klaslokaal 1.11 en 1.12 verminderd wordt door het gebruik van lamellen.
Visueel-vormelijke elementen
De voorgevel wordt voorzien in donkergrijze gevelcementplaten en aluminium gevelbeplating. Dit is niet in harmonie met de steenachtige materialiteit (hoofdzakelijk baksteen) die kenmerkend zijn binnen deze stedelijke omgeving. De gekozen materialen zijn onvoldoende kwalitatief en niet inpasbaar binnen een kwalitatieve stedelijke omgeving.
Bij de welstandscommissie kreeg dit project in 2019 een voorwaardelijk gunstig advies met als voorwaarden een minerale uitwerking van de voorgevel.
Door de kwaliteitskamer architectuur werd het ingediende project op 28/08/2020 beoordeeld en ook hier werd een voorwaardelijk gunstig advies gegeven. Het gaat hier om een publiek gebouw, waardoor een duurzamer materiaal bij de voorgevel noodzakelijk is. Mogelijks kan dit door beton of betonharspanelen in een lichte kleur te gebruiken. Met betrekking tot de gevel in het binnengebied dient de gevel in massa uitgewerkt te worden als massa met openingen en niet als gevelhoge openingen of ramen. Het plaatmateriaal dient vervangen te worden door een robuuster materiaal dat mooi verouderd. De invul-schrijnwerkpanelen moeten voorzien worden conform de massieve delen van de gevel.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De aanvraag voldoet op verschillende punten niet aan de verordening toegankelijkheid. Deze zaken worden integraal in voorwaarden opgenomen.
Meer dan 1/3de van het onbebouwde deel van het perceel wordt verhard ingericht. Dit is echter een enorme verbetering ten opzichte van de laatst vergunde toestand (bijna volledig verhard terrein). Deze afwijking op artikel 27 van de bouwcode is aanvaardbaar.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 2 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en/of functiewijziging. Deze aanvraag is het vervolg op de vorige aanvragen waarin refter, lerarenkamer, sanitair, fietsestalling, etc. werd aangepast. Deze aanvraag handelt over de leslokalen zelf. De 3e kleuters van de in de buurt gelegen kleuterschool komen over naar deze site en zullen verder doorstromen naar de hoofdschool. Er gebeurt een modernisering van de klassen en een kleine uitbreiding met 3 klaslokalen (van 16 naar 19 klaslokalen). De parkeerbehoefte wordt bepaald op deze uitbreiding. Voor 3 bijkomende klassen is er een parkeerbehoefte van 3 x 0,75 = 2,25 afgerond 2 parkeerplaatsen. De werkelijke parkeerbehoefte is 2 parkeerplaatsen.
|
De plannen voorzien in 2 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden 3 plaatsen in de voortuin voorzien. Niet helemaal zoals normaal mag, want als er geen poort/inrit is kan parkeren in de voortuin niet. Op dit moment is parkeren voor dit huisnummer in een parkeerstrook niet mogelijk door een uitstulping, waardoor het niet tot parkeerverlies op het openbaar domein zou leiden of een onduidelijke situatie naar de weggebruiker toe. Waar geen rekening mee gehouden is, is dat er een verlichtingspaal precies in het midden voor het gebouw staat. De middelste parkeerplaats is daardoor niet te realiseren. Aantal nuttige plaatsen is dan 2.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 2.
Dit is toereikend.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 0.
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. In deze aanvraag is dit dus van toepassing op 0 plaatsen.
|
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Voor dit project werden reeds vergunningen afgeleverd voor interne verbouwingswerken in het gebouw aan de Keizerhoevestraat en voor een functiewijziging en interne verbouwing aan de Gustaaf Garittestraat. Deze vergunningsaanvraag betreft dan ook een derde deel van de verbouwingswerken waarbij het bestaande gebouw aan de Gustaaf Garittestraat 1 wordt afgebroken en een nieuwbouw in de plaats komt. Er wordt een brandweg gerealiseerd langsheen deze nieuwbouw. Bijkomend worden de bestaande achterbouw aan de Keizerhoevestraat en de prefabklassen afgebroken en vervangen door een nieuwbouw. De werken zullen in fases uitgevoerd worden zodat de werking van de school kan blijven doorgaan.
Er werd een sloop- en asbestinventaris aan de aanvraag toegevoegd. De aanbevelingen hierin vermeld dienen strikt opgevolgd te worden.
Er worden twee rubrieken aangevraagd namelijk het lozen van huishoudelijk afvalwater en een stookinstallatie van 315 kW. Beide rubrieken werden reeds opgenomen in het vergunde dossier OMV_2018143791. Aan het vermogen van de stookinstallatie wijzigt niets waardoor deze rubriek zonder voorwerp zal verklaard worden.
Het leerlingenaantal verhoogt zodat ook de lozing van het huishoudelijk afvalwater zal stijgen tot 963,56 m³/jaar (toename met 311,06 m³/jaar ten opzichte van vergunde toestand). Er werd in een bijkomende nota meegegeven dat het reeds vergunde debiet een onderschatting was van het werkelijke debiet. Dit wordt met deze nota gecorrigeerd.
De ingedeelde inrichtingen of activiteiten zijn louter en alleen in de derde klasse ingedeeld, de exploitatie ervan is dus meldingsplichtig.
Er wordt voldaan aan artikel 5.4.3, §3 van het DABM betreffende verbods- en afstandsregels.
De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de bijgevoegde voorwaarde van de Astrid Veiligheidscommissie strikt na te leven;
3. volgende zaken met betrekking tot de verordening toegankelijkheid in orde te brengen:
- de toegangsdeur vooraan de Gustaaf Garittestraat 1 moet voorzien worden van een helling, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
- de eerste zijdeuren naar het kleurterklaslokaal moet voorzien worden van een helling, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
- het tussenbordes van de trap aan de straatzijde Gustaaf Garittestraat moet over een diepte van minimaal 1 meter beschikken, conform artikel 20 van de verordening toegankelijkheid;
- de liften moeten voorzien worden als type 2, EN 81-70, conform artikel 21 van de verordening toegankelijkheid;
- de deur in de zijgevel van het gelijkvloerse kleuterklaslokaal aan de straatzijde van de Gustaaf Garittestraat 1 te verbreden, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
- minimaal één van de deurbladen van de dubbele deur van de refter naar de speelplaats moet over een minimale breedte van 98 beschikken, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
- minimaal één van de deurbladen van de dubbele deur van de doorgang van de traphal naar de liftsas en gang in de achterbouw van de Keizerstraat moet over een minimale breedte van 98 beschikken, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
4. klaslokaal 1.11 en 1.12 te voorzien van lamellen;
5. de voorgevel van de Gustaaf Garittestraat 1 te voorzien in beton- of betonharspanelen in een lichte kleur;
6. bij de gevels in het binnengebied het aluminiumplaatmateriaal te vervangen door een beton- of betonharspanelen in een lichte kleur, conform het gekozen voorgevelmateriaal uit bovenstaande voorwaarde;
7. bij de gevels in het binnengebied de delen in lichtgrijze invul-schrijnwerkpanelen te vervangen door de massieve delen van de gevel van het volume in binnengebied;
8. een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;
9. de voortuinstrook in de Gustaaf Garittestraat enkel te verharden ter hoogte van de 2 parkeerplaatsen en de inrit noodzakelijk voor de hulpdiensten en de overige delen groen te voorzien conform artikel 27 van de bouwcode;
Uitsluitingen
10. de middelste parkeerplaats in de Gustaaf Garittestraat.
Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt positief advies gegeven de vergunning te verlenen.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
3.2.2.a | het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | +135 m³/jaar |
43.1.1.b | het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas. | reeds vergund |
Gecoördineerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2.a | het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 963,56 m³/jaar |
43.1.1.b | het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas. | 315 kW |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 juni 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 8 juli 2020 |
Start openbaar onderzoek | 18 juli 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 16 augustus 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 20 oktober 2020 |
Verslag GOA | 1 oktober 2020 |
naam GOA | Wim Van Roosendael en Bieke Geypens |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
18 juli 2020 | 16 augustus 2020 | 1 | 0 | 0 | 5 |
Bespreking van de bezwaren
1. Milieuaspecten: Hinder van afbraak en afvoer van afvalmaterialen, waaronder asbest, met onvermijdelijke stof- en lawaaihinder;
Beoordeling: De milieuvoorwaarden waaraan de exploitant zich dient te houden wat beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken betreft, staan vermeld in Vlarem II Hoofdstuk 6.12. Wat de beheersing van asbest betreft, staan de milieuvoorwaarden beschreven in hoofdstuk 6.4 van Vlarem II. De voorwaarden dienen, indien van toepassing, strikt nageleefd te worden zodat de hinder naar de buurt beperkt blijft;
2. Andere plannen: De bezwaarindiener verwijst naar het bestaan van plannen met een andere gewenste inplanting dan de voorliggende aanvraag;
Beoordeling: Enkel de plannen en documenten die onderdeel uitmaken van dit dossier worden bij deze aanvraag beoordeeld. Het bezwaar is ongegrond;
3. Daglichttoetreding: Het bezwaar van meerdere bezwaarindieners dat door de aansluiting van het bouwvolume van 2 bouwlagen in binnengebied met het hoofdgebouw van de Gustaaf Garittestraat, de daglichttoetreding van de omliggende meergezinswoningen langs de Hendrik Marckstraat gehinderd wordt;
Beoordeling: De uitbreiding ter hoogte van de Hendrik Marckstraat van twee bouwlagen heeft een kroonlijsthoogte van circa 7,7 meter en bevindt zich (op het dichtstbijzijnde stuk) op 4 meter van de perceelgrens. Het klopt dat de daglichttoetreding van de kleine achtertuinen van de appartementsgebouwen te Hendrik Marckstraat nr. 8 en 10 hierdoor gehinderd wordt. De totale aaneengesloten bouwdiepte van het volume op de eerste verdieping wordt door de uitbreiding namelijk voorzien tot circa 32 meter ten opzichte van de Gustaaf Garittestraat.
De voorziene afname is echter niet van zulke aard dat de bewoonbaarheid van de appartementen op aanpalend perceel, waar het gebouw op circa 3m tot 9m van afstand van de perceelgrens staat in het gedrang komt. Het bezwaar is ongegrond;
4. Verlies van privacy: Het bezwaar tegen inkijk bij de appartementen langs de Hendrik Marckstraat;
Beoordeling: Wonen in een stad betekent een hoge densiteit op een kleine oppervlakte, wat inkijk niet kan tegenhouden. Dit staat goed nabuurschap niet in de weg. Voor de specifieke appartementen blijft de rechtstreekse inkijk omwille van de schuine inplanting ten opzichte van de achtergevels beperkt, maar kan verminderd worden door het gebruik van lamellen. Het bezwaar is deels gegrond;
5. Overlast door de werken: Het bezwaar tegen geluidsoverlast en stofhinder tijdens de uitvoer van de werken en de vraag om een algemene vergadering te organiseren tussen de bouwheer en buurtbewoners;
Beoordeling: De realisatie van elk bouwproject veroorzaakt een zekere overlast naar zijn omgeving. Geluidshinder is een noodzakelijk kwaad met een tijdelijke dimensie, die bovendien politioneel is geregeld. Een beperkte stofontwikkeling behoort tot de normale hinder bij realisatie van een project, indien alle nodige voorzorgen worden genomen om deze hinder te beperken. Dit aspect vormt geen beletsel om de aanvraag te weigeren. Uiteraard betekent het verkrijgen van een vergunning geen vrijgeleide voor de aanvrager/bouwheer zich te ontzien van burgerrechtelijke afspraken vóór en tijdens de uitvoer der werken. Het bezwaar is ongegrond. Het organiseren van een algemene vergadering met de buurt is niet verplicht en niet van stedenbouwkundige aard. Dit kan niet opgelegd worden als voorwaarde van een vergunning;
6. Vervangen haag: De bezwaarindiener vraagt de haag achteraan te tuin te vervangen door een stevige constructie over dezelfde hoogte en lengte als de bestaande haag;
Beoordeling: Het vervangen van deze natuurlijke afsluiting door een andere afsluiting is niet in harmonie met tuinafsluitingen in de omgeving. Het voorstel van de bezwaarindiener is vanuit stedenbouwkundig oogpunt niet aanvaardbaar. De bestaande haag dient intact te blijven. Het bezwaar is ongegrond;
7. Waardeverlies: De realisatie van het project vermindert het groene uitzicht van de eigendom van de bezwaarindiener wat de waarde van de omliggende eigendommen verminderen.
Beoordeling: Het bezwaar is niet van stedenbouwkundige aard. Het bezwaar is ongegrond;
8. Parkeerplaaten in de voortuin: Het bezwaar van meerdere bezwaarindieners dat het groen en de bankjes in de tuinzone verdwijnen door het voorzien van de drie extra parkeerplaatsen voor het nieuwe gebouw van de Gustaaf Garittestraat 1;
Beoordeling: Een groene voortuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat of binnen in een bouwblok en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Door de tuin niet volledig te bebouwen of te verharden blijft een deel beschikbaar voor natuurlijke infiltratie van regenwater in de bodem, zodat de openbare riolering minder belast wordt en het risico op problemen met de waterhuishouding vermindert. Bovendien is elke tuin, hoe klein ook een natuurlijke oase in de bebouwing voor vogels, insecten,… en zorgt ze ervoor dat de opwarming van de stedelijke omgeving licht verminderd wordt. Het bezwaar is gegrond, de autostalplaatsen zullen deels uitgesloten worden uit de vergunning;
9. Parkeerdruk: Het bezwaar dat de parkeerdruk (door de toename van de school met 25%) zal toenemen;
Beoordeling: De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op deze uitbreiding. Voor 3 bijkomende klassen is er een parkeerbehoefte van 3 x 0,75 = 2,25 afgerond 2 parkeerplaatsen. Indien dus minstens 2 parkeerplaatsen worden voorzien, zal de parkeerdruk niet toenemen. Het bezwaar is ongegrond;
10. Parkeergedrag ouders: Het bezwaar dat ouders zich op dit moment met de auto of fiets parkeren op de stoep, aan de overkant van de straat, voor garages en voor opritten en de vrees dat dit zal verergeren na uitbreiding van de school;
Beoordeling: Het niet respecteren van de verkeerswetgeving door de pendelende ouders is niet van stedenbouwkundige aard. Het bezwaar ongegrond;
11. Bestaande parkeerdruk: Het bezwaar dat ouders zich in bestaande toestand tijdens de openingsuren parkeren in de omgeving van de school, waardoor de bezwaarindiener op dat moment de eigen wagen niet kan parkeren;
Beoordeling: De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en of functiewijziging.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op deze uitbreiding. Voor 3 bijkomende klassen is er een parkeerbehoefte van 3 x 0,75 = 2,25 afgerond 2 parkeerplaatsen. Indien dus minstens 2 parkeerplaatsen worden voorzien, zal de parkeerdruk niet toenemen. Het bezwaar is ongegrond;
12. Verkleinen speelplaats: Het bezwaar dat de speelplaats kleiner wordt terwijl het aantal leerlingen toeneemt;
Beoordeling: Het inplantingsplan toont een speelplaats van circa 1.360 m² (waarvan 1.091 m² in waterdoorlatende verharding). Dit is voldoende voor een school van deze schaal. Het bezwaar is ongegrond;
13. Timing openbaar onderzoek: Het bezwaar dat niet iedereen een bezwaar kon indienen omdat het openbaar onderzoek plaats vond tijdens een vakantieperiode, waarin 10 weekenddagen, een wettelijke feestdag en een brugdag vielen;
Beoordeling: Het bezwaar is niet van stedenbouwkundige aard. Het openbaar onderzoek is volgens de juridische context correct verlopen;
14. Verstoring van het straatbeeld: Het bezwaar dat de nieuwe voorgevel langs de Gustaaf Garittestraat het straatbeeld en uitzicht van omwonenden stoort;
Beoordeling: De voorgevel wordt voorzien van donkergrijze vezelcementbeplating en licht grijze aluminium gevelbeplating. Deze materialisatie is niet inpasbaar in het straatbeeld en niet kenmerkend binnen een stedelijke context. Het bezwaar is gegrond;
15. Openingsuren verschillende scholen: Het bezwaar dat de school dezelfde openingsuren heeft als enkele scholen in de omgeving;
Beoordeling: De openingsuren van de verschillende scholen betreft geen stedenbouwkundig aspect. Het bezwaar is ongegrond;
16. Ander project: Het bezwaar dat het ook het vergunde appartementsgebouw op de hoek van de Hendrik Marckstraat een parkeernood met zich meebrengt;
Beoordeling: Dit maakt geen onderdeel uit van deze aanvraag. Het bezwaar is ongegrond;
17. Vermoeden: Het vermoeden van een bezwaarindiener uit de Gustaaf Garittestraat dat de bewoners van Keizerhoevestraat en omliggende appartementen niet opgezet zijn met de uitbreiding en de vrees dat deze niet op de hoogte zijn van het project;
Beoordeling: Dit is speculatief en niet van stedenbouwkundige aard. Het bezwaar is ongegrond;
18. Geluidshinder speelplaats: Het bezwaar tegen de geluidshinder van kinderen tijdens de speeltijd en de vrees voor bijkomende geluidsoverlast bij uitbreiding van de school;
Beoordeling: De bestaande functie ‘school’ is reeds vergund, inpasbaar in het woongebied en vanuit stedenbouwkundig standpunt aanvaardbaar. Het bezwaar tegen onaanvaardbare geluidoverlast bij uitbreiding betreft een subjectief element en is niet van stedenbouwkundige aard. Vanuit een goed nabuurschap is het evident dat overlast, van welke aard dan ook, steeds beperkt wordt. Het bezwaar is ongegrond.
Het college sluit zich integraal aan bij:
- de bespreking van de ingediende bezwaren zoals geformuleerd in het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt deze beoordeling tot zijn eigen standpunt;
- het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. de bijgevoegde voorwaarde van de Astrid Veiligheidscommissie strikt na te leven;
3. volgende zaken met betrekking tot de verordening toegankelijkheid in orde te brengen:
- de toegangsdeur vooraan de Gustaaf Garittestraat 1 moet voorzien worden van een helling, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
- de eerste zijdeuren naar het kleurterklaslokaal moet voorzien worden van een helling, conform artikel 18 van de verordening toegankelijkheid;
- het tussenbordes van de trap aan de straatzijde Gustaaf Garittestraat moet over een diepte van minimaal 1 meter beschikken, conform artikel 20 van de verordening toegankelijkheid;
- de liften moeten voorzien worden als type 2, EN 81-70, conform artikel 21 van de verordening toegankelijkheid;
- de deur in de zijgevel van het gelijkvloerse kleuterklaslokaal aan de straatzijde van de Gustaaf Garittestraat 1 te verbreden, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
- minimaal één van de deurbladen van de dubbele deur van de refter naar de speelplaats moet over een minimale breedte van 98 beschikken, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
- minimaal één van de deurbladen van de dubbele deur van de doorgang van de traphal naar de liftsas en gang in de achterbouw van de Keizerstraat moet over een minimale breedte van 98 beschikken, conform artikel 22 van de verordening toegankelijkheid;
4. klaslokaal 1.11 en 1.12 te voorzien van lamellen;
5. de voorgevel van de Gustaaf Garittestraat 1 te voorzien in beton- of betonharspanelen in een lichte kleur;
6. bij de gevels in het binnengebied het aluminiumplaatmateriaal te vervangen door een beton- of betonharspanelen in een lichte kleur, conform het gekozen voorgevelmateriaal uit bovenstaande voorwaarde;
7. bij de gevels in het binnengebied de delen in lichtgrijze invul-schrijnwerkpanelen te vervangen door de massieve delen van de gevel van het volume in binnengebied;
8. een afvalberging te voorzien conform artikel 26 van de bouwcode;
9. de voortuinstrook in de Gustaaf Garittestraat enkel te verharden ter hoogte van de 2 parkeerplaatsen en de inrit noodzakelijk voor de hulpdiensten en de overige delen groen te voorzien conform artikel 27 van de bouwcode;
Uitsluitingen
10. de middelste parkeerplaats in de Gustaaf Garittestraat.
Brandweervoorwaarden
de brandweervoorwaarden uit het verslag met kenmerk BW/RVDE/2020/G.00723.BE.0009, die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.
De vergunning omvat thans volgende rubrieken:
Rubriek | Omschrijving | Gecoördineerd |
3.2.2.a | het lozen van meer dan 600 m³ per jaar huishoudelijk afvalwater, niet afkomstig van woongelegenheden, wanneer het lozingspunt gelegen is in een centraal gebied en/of een collectief geoptimaliseerd en individueel te optimaliseren buitengebied en/of buiten het zoneringsplan; | 963,56 m³/jaar |
43.1.1.b | het stoken in installaties, met uitzondering van stationaire motoren en gasturbines, met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 2.000 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk gelegen is in een ander gebied dan industriegebied en gestookt wordt met aardgas. | 315 kW |
Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 9 oktober 2020 voor onbepaalde duur.