Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020052991 |
Gegevens van de aanvrager: | de heer Benjamine vleugels met als contactadres Statiestraat_BE 20 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Ligging van het project: | Statiestraat_BE 20 te 2600 Berchem (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 21 sectie B nrs. 36L8 en 36Z8 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | verbouwen van een gelijkvloerse handelsfunctie met bovenliggende woning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- Daenenstraat 49:
- Statiestraat 20:
Vergunde/vergund geachte toestand
- Vermoeden van vergunning: op basis van de aangeleverde informatie en het kadaster wordt volgend advies gegeven:
- Daenenstraat 49:
- Statiestraat 20:
Huidige toestand
- Gelijkvloers:
- Daenenstraat 49:
- verbindende achterbouw tussen Daenenstraat 49 en Statiestraat 20 met twee bouwlagen onder plat dak;
- gevel Statiestraat 20:
Gewenste toestand
- Gelijkvloers:
- Daenenstraat 49 conform bestaande toestand;
- gevel Statiestraat 20:
Inhoud van de aanvraag
- gelijkvloers:
- Statiestraat 20:
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 5 juni 2020 | 15 juni 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 5 juni 2020 | 16 juni 2020 |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie | 5 juni 2020 | 18 juni 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 5 juni 2020 | 18 juni 2020 |
stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund | 5 juni 2020 | 22 juni 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
{overeenstemming hemelwater: schrappen wat niet past}
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
Indien de gelijkvloerse functiewijziging aanvaard wordt, dan wijkt de aanvraag af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgende punten:
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
Bouwcode: Artikel 15:
- Het betreft hier een dak dat in de bestaande vorm (vooraan beperkte helling en achteraan grote helling over een volledige verdieping) al afwijkt van een klassieke schuine dakvorm. Gelet op het feit dat deze omgeving hoofdzakelijk gekenmerkt wordt door platte daken en gelet op het feit dat de visuele kwaliteit van de woning hierdoor niet gehinderd wordt, kan deze afwijkende dakvorm (vooraan beperkt hellend schuin dak en achteraan plat dak) positief geadviseerd worden.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het wijzigen van de gelijkvloerse functie en het uitbreiden van de woonentiteit op de verdiepingen langs de Statiestraat.
Het pand is gelegen in kernwinkelgebied Driekoningenstraat-Statiestraat. Omwille van de commerciële functie werd een advies gevraagd aan de stedelijke dienst business en innovatie. Zij waarderen in hun advies dat de gelijkvloerse ruimte niet wordt omgevormd naar een woning of een andere niet-commerciële functie. Op deze manier behoudt het kernwinkelgebied immers zijn aantrekkelijkheid.
Het is uit de aanvraag niet volledig duidelijk of het gelijkvloers als 2 afzonderlijke functies voorzien zal worden of dat het magazijn/werkplaats een nevenfunctie blijft van de hoofdfunctie langs de Statiestraat. De plannen tonen dat er een fysieke scheiding voorzien wordt (in de vorm van een glazen wand) binnen de bestaande handelsfunctie (met achterliggend magazijn als nevenfunctie). Hierdoor zouden 2 afzonderlijk functionerende entiteiten ontstaan. De glazen wand is echter onvoldoende om als volwaardige scheiding te fungeren. Bijkomend is de wand gelegen onder de bebouwing van de Statiestraat (het entresolvolume komt voorbij deze afscheiding). Om een logische opsplitsing te krijgen van de gebouwen zou een eventuele wand tussen afzonderlijke functies voorzien moeten worden ter hoogte van het binnengebied. Het eventueel opsplitsen van de gelijkvloerse functie wordt uitgesloten uit de vergunning. Er dient een fysieke verbinding (eventueel in de vorm van een schuifraam) voorzien te worden tussen beide delen.
De plannen tonen dat de handelsfunctie omgevormd wordt naar een ‘kantoor- of handelsruimte’. Dit zijn echter twee verschillende functies, waarbij de omvorming tussen beide vergunningsplichtig is. Een eventuele functiewijziging naar kantoor wordt uitgesloten uit de vergunning. Omwille van deze uitsluiting wordt het gebrek aan 20% open ruimte, die conform artikel 27 van de bouwcode bij functiewijziging dient voorzien te worden, niet meer aan de orde.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Het bestaande tweeslaapkamerappartement (zonder buitenruimte) langs de kant van de Statiestraat wordt vergroot en de indeling wordt gewijzigd. Het aantal slaapkamers blijft ongewijzigd.
Het links gelegen entresolvolume over twee bouwlagen tot een bouwdiepte van circa 14,0 meter blijft behouden. De uitbreiding van dit volume blijft beperkt tot het toevoegen van 12 centimeter gevelisolatie.
Rechts achteraan wordt het volume over twee bouwlagen rechtgetrokken en uitgebreid. De nieuwe bouwdiepte van de verdiepingen betreft hier circa 10,3 meter. Het nieuwe volume is inpasbaar in de omgeving.
Visueel-vormelijke elementen
De plint van het gelijkvloers langs de kant van de Statiestraat wordt maximaal opengewerkt en voorzien als een vitrine (links) en inkomdeur (rechts) in zwart aluminium. De verdiepingen worden voorzien van grijze crepi met betonlook en voorzien in zwart aluminium schrijnwerk (conform gelijkvloers). Dit geheel geeft een logisch opgebouwd gevelontwerp in hedendaagse stijl. Gelet op de ligging in de winkelstraat en de verscheidenheid aan gevelontwerpen in de Statiestraat is dit aanvaardbaar.
De achtergevel en gevels van het entresolvolume (bebouwing langs de Statiestraat) wordt voorzien van grijze crepi met betonlook met zwart aluminium schrijnwerk, conform de voorgevel. Gelet op de stedelijke context van de achtergevel is dit aanvaardbaar.
De gevels langs de kant van de Daenenstraat blijven ongewijzigd en maken geen onderdeel uit van de aanvraag.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
De eventuele gelijkvloerse functiewijziging wordt uitgesloten (zie hierboven). Onderstaande beoordeling van de parkeerbehoefte is afhankelijk van deze uitsluiting.
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. er dient een volwaardige gelijkvloerse verbinding voorzien te worden tussen het gedeelte langs de statiestraat (handelsruimte) en het gedeelte langs de Daenenstraat (magazijn/atelier);
3. het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Uitsluitingen
5. eventuele functiewijziging of opsplitsing van de gelijkvloerse handelsruimte (met magazijn/atelier als nevenfunctie) wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 7 mei 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 5 juni 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 4 augustus 2020 |
Verslag GOA | 17 juli 2020 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. er dient een volwaardige gelijkvloerse verbinding voorzien te worden tussen het gedeelte langs de statiestraat (handelsruimte) en het gedeelte langs de Daenenstraat (magazijn/atelier);
3. het gedeelte van de scheidingsmuren dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);
4. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen;
Uitsluitingen
5. eventuele functiewijziging of opsplitsing van de gelijkvloerse handelsruimte (met magazijn/atelier als nevenfunctie) wordt uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.µ