Terug
Gepubliceerd op 17/08/2020

2020_CBS_06767 - Omgevingsvergunning - OMV_2020064652. Cliviastraat 18. District Wilrijk - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 14/08/2020 - 09:00 digitaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Anne Baré, Waarnemend algemeen directeur

Afwezig

Annick De Ridder, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur; Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Anne Baré, Waarnemend algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_06767 - Omgevingsvergunning - OMV_2020064652. Cliviastraat 18. District Wilrijk - Goedkeuring 2020_CBS_06767 - Omgevingsvergunning - OMV_2020064652. Cliviastraat 18. District Wilrijk - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020064652

Gegevens van de aanvrager:

de heer Koen Cochet met als adres Cliviastraat 18 te 2610 Antwerpen en mevrouw Natalie Heireman met als adres Cliviastraat 18 te 2610 Antwerpen

Ligging van het project:

Cliviastraat 18 te 2610 Wilrijk (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 43 sectie A nr. 134H8

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

uitbreiden van een eengezinswoning door middel van een nieuwe bouwlaag

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.

Vergunde toestand/Geacht vergunde toestand

-          er werd geen relevante vergunning/toelating teruggevonden.

Huidige toestand

-          eengezinswoning van 2 bouwlagen onder plat dak in gesloten bebouwing;

-          gevelafwerking in bruine gevelsteen met gevelelementen in beton;

-          wit buitenschrijnwerk (materiaal niet gekend).

Gewenste toestand

-          uitbreiding van de woning met een extra bouwlaag onder mansardedak om twee bijkomende slaapkamers in te richten;

-          nieuwe daklaag in grijsbruine vezelcement leien en buitenschrijnwerk in wit pvc.

Inhoud van de aanvraag

-          bijbouwen van een derde bouwlaag uitgewerkt als mansardedak om twee bijkomende slaapkamers te realiseren;

-          afwerken van de bijkomende bouwlaag met vezelcement gevelleien – grijsbruin en wit PVC buitenschrijnwerk;

-          aanleggen van het nieuwe platte dak als een groendak.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

  • Artikel 15: in- en uitsprongen aan daken: De in- en uitsprongen mogen de kroonlijst niet onderbreken. De dakkapel in de nieuwe daklaag achteraan doorbreekt de kroonlijst;
  • Artikel 34: stabiliteit en scheidingsmuren: De nieuwe daklaag is niet voorzien van een opstand van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak.

 

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag omvat geen functiewijziging. De eengezinswoning blijft behouden waardoor de functionele inpasbaarheid gegarandeerd wordt.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag beoogt het uitbreiden van een eengezinswoning met een daklaag opgevat als een mansardedak. De straat kenmerkt zich door eengezinswoningen met zowel 2 bouwlagen als 3 bouwlagen, hetzij als daklaag, hetzij als volwaardige bouwlaag. Gezien de context is een 3de bouwlaag bijgevolg stedenbouwkundig aanvaardbaar.

 

Visueel-vormelijke elementen

In voorbespreking werd er geadviseerd om de 2 slaapkamers in de daklaag eenzijdig naar de voor- en achtergevel te richten zodat de dakkapel aan de straatzijde als 1 geheel kan voorzien worden. In voorliggende aanvraag worden de 2 slaapkamers echter naar de straatzijde gericht maar de dakkapel wordt als 1 geheel geconcipieerd. De uitwerking doet geen afbreuk aan de beeldkwaliteit van de straat. Het beoogde dakmateriaal (gevelleien in vezelcement)is stedenbouwkundig aanvaardbaar. Het nieuwe schrijnwerk moet worden uitgevoerd in hetzelfde materiaal als het bestaande schrijnwerk. Aangezien dit niet duidelijk naar voren komt in de aanvraag, wordt dit mee opgenomen als voorwaarde bij deze vergunning.

De dakkapel aan de achterzijde is echter in strijd met artikel 15 van de bouwcode dat stelt dat in- en uitsprongen aan daken de kroonlijst niet mogen onderbreken. Tevens wordt de uitsprong voorzien van een schuifraam tot op het niveau van het plat dak van de achterbouw. In voorwaarde bij deze vergunning wordt opgenomen om de dakkapel uit te voeren zonder het doorbreken van de kroonlijst. Tevens wordt er opgenomen om het plat dak van de achterbouw niet als terras in te richten of te gebruiken.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De uitbreiding van de woning zorgt er voor dat het gebruiksgenot en de woonkwaliteit verhoogt. Tevens wordt, door de uitbreiding van het hoofdvolume, de tuinruimte gevrijwaard wat eveneens een positief effect heeft op de woonkwaliteit van de woning en de omgeving. De nieuwe daklaag heeft geen opstand van minimum 0,30 meter ten opzichte het aangrenzende dakvlak. In voorwaarde bij deze vergunning wordt er opgenomen om een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed te voorzien tussen het groendak en de scheidingswand.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van:

-          een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2.      de dakkapel uit te voeren conform artikel 15 van de bouwcode (zoals in rood aangeduid op het plan nieuwe toestand van de achtergevel);

3.      het plat dak van de achterbouw ter hoogte de nieuwe daklaag niet in te richten en te gebruiken als dakterras (zoals aangeduid op het grondplan niveau 2 nieuwe toestand);

4.      het nieuwe schrijnwerk moet worden uitgevoerd in hetzelfde materiaal als het bestaande schrijnwerk;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

3 juni 2020

Volledig en ontvankelijk

22 juni 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

21 augustus 2020

Verslag GOA

4 augustus 2020

naam GOA

Gerd Cryns

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak, te voorzien van:

-          een niet-brandbare strook (reactie bij brand van minimum klasse A2FL-s2) van minstens 30 cm breed voorzien tussen het groendak en de scheidingswand;

2.      de dakkapel uit te voeren conform artikel 15 van de bouwcode (zoals in rood aangeduid op het plan nieuwe toestand van de achtergevel);

3.      het plat dak van de achterbouw ter hoogte de nieuwe daklaag niet in te richten en te gebruiken als dakterras (zoals aangeduid op het grondplan niveau 2 nieuwe toestand);

4.      het nieuwe schrijnwerk moet worden uitgevoerd in hetzelfde materiaal als het bestaande schrijnwerk;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.