Terug
Gepubliceerd op 31/08/2020

2020_CBS_07098 - Omgevingsvergunning - OMV_2019110160. Schotensesteenweg 333 . District Deurne - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 28/08/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_07098 - Omgevingsvergunning - OMV_2019110160. Schotensesteenweg 333 . District Deurne - Goedkeuring 2020_CBS_07098 - Omgevingsvergunning - OMV_2019110160. Schotensesteenweg 333 . District Deurne - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019110160

Gegevens van de aanvrager:

Caroline Van Doren met als adres Alfons Schneiderlaan 48 bus 2 te 2100 Antwerpen

Ligging van het project:

Schotensesteenweg 333 te 2100 Deurne (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 30 sectie A nr. 483X

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis 

-          27/01/1961: toelating (627#20280 ) oprichten van een huis.

 

Vergunde/vergund geachte toestand 

-          functie en bouwvolume:

  • eengezinswoning in gesloten bebouwing bestaande uit 3 bouwlagen onder een plat dak;
  • de bouwdiepte van de gelijkvloerse verdieping bedraagt 9,85m;
  • de bouwdiepte van de verdiepingen bedraagt 9m.

-          gevelafwerking: witte gevelsteen en houten ramen en deuren;

-          inrichting: voortuin/oprit van 5m diep.

 

Huidige toestand

-          functie en bouwvolume: conform de vergunde toestand;

-          gevelafwerking: geel genuanceerd gevelsteen en witte houten buitenschrijnwerk;

-          inrichting: conform de vergunde toestand.

 

Gewenste toestand

-          functie en bouwvolume:

  • eengezinswoning in gesloten bebouwing bestaande uit 3 bouwlagen onder een plat dak;
  • de bouwdiepte van de gelijkvloerse verdieping uitgebreid tot 15m;
  • de verdiepingen uitgebreid tot 15m diep;

-          gevelafwerking:

  • voorgevel:
    • wit geschilderde gevelsteen;
    • zwartbruin aluminium buitenschrijnwerk;
    • zwartbruin aluminium kroonlijst;
  • achtergevel:
    • beigebruine gevelsteen;
    • zwartbruin aluminium buitenschrijnwerk;
    • zwartbruin aluminium kroonlijst;

-          inrichting:

  • voorzien van zonnepanelen op het plat dak;
  • plaatsen van een tuinhuis achteraan de tuin;
  • voortuin/oprit van 5m diep.
  • terras van 22,40m² achteraan het gelijkvloerse niveau.

 

Inhoud van de aanvraag

-          uitbreiden van een eengezinswoning;

-          voorzien van interne verbouwingswerken;

-          wijzigen van de voorgevel;

-          plaatsen van een tuinhuis;

-          plaatsen van zonnepanelen.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

Er werden geen adviezen gevraagd.

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup.  Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)


De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
 

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)


De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)


De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:

 

  • artikel 27 Open ruimte:

de voortuin wordt volledig verhard;

  • artikel 34 Stabiliteit en scheidingsmuren:
    het gedeelte van de scheidingsmuur tussen buur nr. 331 heeft geen dakopstand van 30cm;
  • artikel 36 zonnepanelen en zonnecollectoren:
    het is onduidelijk hoe hoog de zonnepanelen uitsteken ten opzichte van het dakrand. De maximale hoogte is beperkt tot 1,50 meter.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.


Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

 

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.


Het perceel ligt in mogelijk overstromingsgevoelig gebied van de Kleine Schijn, maar bevindt zich niet in een risicozone voor overstromingen. Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

 

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)


De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

 

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)


Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)


De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

 De aanvraag omvat het uitbreiden van een eengezinswoning achteraan op elk van de drie bouwlagen. Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Schotensesteenweg.

 

Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid

 Het pand bestaat uit drie bouwlagen met een plat dak waarbij aan de achterzijde een uitbreiding voorzien wordt. Op elke bouwlaag wordt de bouwdiepte vermeerderd tot 15 m, wat gelijk is aan de bouwdiepte van de rechter buur. Daardoor ontstaat een aaneengesloten en eenvoudig bouwvolume, zoals de naastliggende panden die ook op elke bouwlaag dezelfde bouwdiepte hebben. De bouwdieptes gelijk trekken tot een diepte van 15 m is vanuit het oogpunt schaal en ruimtegebruik stedenbouwkundig aanvaardbaar. De bouwhoogte van de aanvraag blijft ongewijzigd. De bestaande bouwhoogtes worden gewoon doorgetrokken over de uitbreiding heen.

 

Achteraan wordt in de hoek van het perceel een tuinhuis gebouwd. Het tuinhuis heeft een hoogte van 2,50 m en zorgt niet voor storende effecten voor de nabijgelegen percelen. De achtertuin blijft voldoende groot in oppervlakte om een kwalitatieve achtertuin te voorzien. Het tuinhuis is inzake schaal en ruimtegebruik aanvaardbaar.

 

De voortuin wordt op de plannen in de voorliggende aanvraag volledig verhard. Dit is strijdig met artikel 27 van de bouwcode. Een groene tuin heeft een aangenamer uitzicht in de straat of binnen in een bouwblok en bevordert daarom de leefkwaliteit van bewoners en omwonenden. Door de tuin niet te bebouwen of te verharden blijft een deel beschikbaar voor natuurlijke infiltratie van regenwater in de bodem, zodat de openbare riolering minder belast wordt en het risico op problemen met de waterhuishouding vermindert. Bovendien is elke tuin, hoe klein ook, een natuurlijke oase in de bebouwing voor vogels, insecten,… en zorgt ze ervoor dat de opwarming van de stedelijke omgeving licht verminderd wordt. Omwille van de vele voordelen wordt in de vergunning opgelegd om de tuin te ontharden, zoals opgetekend in de plannen van de bestaande toestand en zichtbaar is op de bijgevoegde foto’s. Aan de linkerzijde van de voortuin is een groenvak aanwezig met een breedte van 2,50 m en een diepte van 3,40 m. Het groenvak dient minstens even groot te zijn en wordt groen voorzien.

 

Visueel-vormelijke elementen

 Het gevelparement van de voorgevel blijft behouden maar wordt wit geschilderd. De naastgelegen voorgevels aan de linkerzijde zijn ook opgetrokken uit een lichte kleurstelling. Bovendien wordt een lichte kleurstelling omwille van stedelijke opwarming, de beeldkwaliteit en de historische waarde stedenbouwkundig positief beoordeeld. De beige breuksteen op de plint blijft behouden in de voorliggende aanvraag. Het buitenschrijnwerk wordt voorzien in zwartbruin aluminium, ook voor de garagepoort.

De achtergevel wordt voorzien in een beige-bruin gevelparement met aan de ramen een stapelverband. Het buitenschrijnwerk is hetzelfde dan voorzien in de voorgevel.

 

Het is onduidelijk in welke materialen het tuinhuis achteraan wordt opgericht. De materialen staan niet aangeduid op de plannen, worden niet weergegeven in de legende en staan niet vermeld in de bijgevoegde verantwoordingsnota. In voorwaarden wordt opgelegd om het tuinhuis in neutrale en duurzame materialen te voorzien die in harmonie zijn met de materialen van het hoofdvolume en zijn omgeving. Bij voorkeur wordt het tuinhuis in een houten afwerking voorzien die typerend is voor een tuinhuis.

 

Mits voldaan aan de opgestelde voorwaarden kan er worden ingestemd met de gewenste materialen in de voorliggende aanvraag.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen 

De keuken en eetkamer worden op het gelijkvloers geplaatst. Een groot raam zorgt voor goed contact met de achtertuin wat de woonkwaliteit ten goede komt. Boven de eetkamer wordt een vide voorzien die de woning van daglicht voorziet en die zorgt voor contact met de boven gelegen ruimten (bureau en leefruimte). Op de bovenste verdieping worden in totaal 4 slaapkamers voorzien die voorzien worden van voldoende daglicht.

 

Achteraan wordt over een diepte van 1,40 m geen opstand van 30 cm gegarandeerd tegenover de buur nr. 331. Omwille van (brand)veiligheid kan hiervan niet worden afgeweken. Deze opstand is echter niet vereist indien aan een van de volgende voorwaarden voldaan is: de dakbekleding valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen. Dit wordt opgelegd als voorwaarde in de vergunning.

 

Op de snedes en de plannen is het onduidelijk hoe hoog de zonnepanelen uitsteken ten opzichte van de dakrand. Bijgevolg wordt er in voorwaarden opgesteld om te voldoen aan artikel 36 van de bouwcode en de maximale hoogte te beperken tot 1,50 m.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

 Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

 

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.

 

Advies aan het college 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

 

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

 1.      het tuinhuis achteraan in de hoek dient te worden opgericht in materialen die neutraal zijn, duurzaam zijn en in harmonie zijn met de materialen van het hoofdvolume en zijn omgeving;

2.      de voortuin ontharden zoals opgetekend op de plannen van de bestaande toestand en zichtbaar op de bijgevoegde foto’s met minimale afmetingen van 2,50 m x 3,40 m, conform artikel 27 van de bouwcode. Dit groenvak dient groen voorzien;

3.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak conform artikel 34 van de bouwcode, te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

4.      de zonnepanelen op het platte dak conform artikel 36 van de bouwcode te plaatsen en maximaal 1,50 m hoog uit te voeren;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

14 juni 2020

Volledig en ontvankelijk

8 juli 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

6 september 2020

Verslag GOA

19 augustus 2020

naam GOA

Katrine Leemans

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

 

1.      het tuinhuis achteraan in de hoek dient te worden opgericht in materialen die neutraal zijn, duurzaam zijn en in harmonie zijn met de materialen van het hoofdvolume en zijn omgeving;

2.      de voortuin ontharden zoals opgetekend op de plannen van de bestaande toestand en zichtbaar op de bijgevoegde foto’s met minimale afmetingen van 2,50 m x 3,40 m, conform artikel 27 van de bouwcode. Dit groenvak dient groen voorzien;

3.      het gedeelte van de scheidingsmu(u)r(en) dat geen opstand heeft van minimaal 0,30 meter ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak conform artikel 34 van de bouwcode, te voorzien van: dakbekleding die valt onder brandreactie klasse BROOF (t1) of voorkomt op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden; geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen (leien van leisteen of natuursteen, dakpannen van natuursteen, beton, terracotta, keramiek of staal, vlakke en geprofileerde platen of leien uit met vezels versterkt cement, geprofileerde of vlakke metalen platen, eindlaag van los aangebracht grind met een dikte van ten minste 50 mm enz.);

4.      de zonnepanelen op het platte dak conform artikel 36 van de bouwcode te plaatsen en maximaal 1,50 m hoog uit te voeren;

5.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.