Terug
Gepubliceerd op 23/03/2020

2020_CBS_02599 - Omgevingsvergunning - OMV_2019125750. Wagenparking, fietsparking en 2 tunnelkokers onder het Operaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 20/03/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Glenn Verspeet, plaatsvervangend korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_02599 - Omgevingsvergunning - OMV_2019125750. Wagenparking, fietsparking en 2 tunnelkokers onder het Operaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring 2020_CBS_02599 - Omgevingsvergunning - OMV_2019125750. Wagenparking, fietsparking en 2 tunnelkokers onder het Operaplein zonder nummer (zn). District Antwerpen - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2019125750

Gegevens van de aanvrager:

zie exploitant

Gegevens van de exploitant:

AUTOGEMB Mobiliteit en Parkeren Antwerpen  Stad Antwerpen, Grote Markt 1 te 2000 Antwerpen

Ligging van het project:

- wagenparking onder het Operaplein

- twee tunnelkokers van de Maria-Theresialei tot aan de Violierstraat

- fietsparking onder de Teniersplaats

Kadastrale gegevens:

afdeling 2 sectie B, afdeling 3 sectie C, afdeling 5 sectie E en afdeling 8 sectie H, openbaar domein

Inrichtingsnummer:

20191008-0062 (parking Operaplein)

Vergunningsplichten:

Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Voorwerp van de aanvraag:

het exploiteren van:

- wagenparking onder het Operaplein

- twee tunnelkokers van de Maria-Theresialei tot aan de    Violierstraat

- fietsparking onder de Teniersplaats

 

Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten

 

Voorgeschiedenis

Op 24 september 2015 werd door de deputatie van de provincie Antwerpen een milieuvergunning klasse 1 (MLAV1/2015 -0172) verleend aan het Gemeentelijk Autonoom Parkeerbedrijf Antwerpen voor exploitatie van een ondergrondse parking gelegen op openbaar domein met name onder het Operaplein zn te 2000 Antwerpen. Aangezien deze vergunning niet binnen de drie jaar na vergunningverlening in gebruik genomen werd, verviel deze vergunning van rechtswege op 25 september 2018. 

Inhoud van de aanvraag

De aanvraag omvat een nieuwe vergunningsaanvraag voor exploitatie van een wagenparking onder het Operaplein, twee tunnelkokers van de Maria-Theresialei tot aan de Violierstraat en een fietsparking onder de Teniersplaats. De vergunning wordt gevraagd voor onbepaalde duur. 

Aangevraagde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Gevraagd voor

12.1.2.2°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 200 kW tot en met 10.000 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

400,00 kW

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

2x 1.250,00 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

10.000,00 VAh

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

20,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

5,00 ton

31.1.1°b)

stationaire motoren en gasturbines met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 500 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied.

400,00 kW

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Externe adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Advies

brandweer/ risicobeheer/ preventie

20 december 2019

24 februari 2020

Voorwaardelijk gunstig

lokale politie/ verkeerspolitie (LP/VK/SE)

19 december 2019

20 december 2019

Geen bezwaar

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

stadsontwikkeling/ mobiliteit

19 december 2019

23 december 2019

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 7 zone voor publiek domein - (pu).

 

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Binnenstad, goedgekeurd op 26 april 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel  8:   zone voor publiek domein - (pu).

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied met culturele, historische en/of esthetische waarde. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.) In gebieden en plaatsen van culturele, historische en/of esthetische waarde wordt de wijziging van de bestaande toestand onderworpen aan bijzondere voorwaarden, gegrond op de wenselijkheid van het behoud. (Artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Indien er vergunningsplichtige stedenbouwkundige wijzigingen zijn gebeurd ten opzichte  van de vergunde toestand zal hiervoor een omgevingsvergunning moeten worden bekomen. Dit is niet duidelijk op basis van de beschikbare gegevens in het dossier.

 

Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen of activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu

 

Het project Noorderlijn faciliteert een vlotte tramverbinding tussen het centrum van de stad, het Eilandje en het noorden van Antwerpen. Als onderdeel van dit project kregen ook de noordelijke leien, de Rooseveltplaats en het Operaplein een facelift. Het stuk leien van de De Keyserlei tot aan de Rooseveltplaats is een autoluw plein geworden. Voetgangers en fietsers krijgen hier alle ruimte. Bovengronds is er enkel nog een tramhalte en een parallelweg voor lokaal verkeer. Ondergronds werd het bestaande premetrostation Opera vernieuwd en uitgebreid. Naast het premetrostation werd er gewerkt aan een autotunnel, een ondergrondse parking en een fietsenstalling die samen één architecturaal geheel vormen. Deze werken werden gestart in 2015 en zullen volgens de huidige planning afgerond worden in april 2020. De opening van de parking is alleszins voorzien voor april 2020. De tunnel wordt eerder in gebruik genomen.

In totaal zijn er drie ondergrondse verdiepingen. De IIOA’s bevinden zich op verdieping -1. Er is een noodgenerator met een vermogen van 800 kW. Deze zal voorzien in de simultane voeding van de veiligheidsverlichting, de sprinklerpomp, het rook- en warmteafvoersysteem, de lift voor personen met een beperkte mobiliteit en de slagbomen. Een dieseltank met een inhoud van 5.600 liter diesel is eveneens voorzien.  Het betreft een enkelwandige tank in een inkuiping. In het hoogspanningslokaal bevinden zich twee oliegekoelde transformatoren met elk een vermogen van 1.250 kVA. In het wachterslokaal wordt een airconditioningsinstallatie met een vermogen van 20 kW voorzien. Verder is er nog een UPS (uninterruptible power supply system) voor de tunnel en een UPS voor de parking. Enkel de transformatoren en de elektriciteitsproductie (noodgenerator) zijn IIOA’s van tweede klasse.

Er worden voldoende maatregelen genomen om emissies van verontreinigende stoffen naar bodem en grondwater in de vorm van diesel en olie te voorkomen. Keuringsrapporten van het noodstroomaggregaat en de hoogspanningscabine werden toegevoegd evenals een technische fiche van de UPS. Een indienststellingsattest of keuringsattest van de dieseltank dient nog aangeleverd te worden. Dit wordt opgelegd als bijzondere voorwaarde. Aangezien alle installaties zich ondergronds en volledig binnen een gebouw bevinden, bovendien gelegen onder een drukke rijweg, wordt er geen hinder verwacht met betrekking tot geluid en trillingen.

Bij het aanvraagdossier werd een MOBER gevoegd. Vanaf 200 parkeerplaatsen dient een MOBER opgemaakt te worden. De nieuwe ondergrondse parking die het voorwerp uitmaakt van onderhavige aanvraag, zal 342 parkeerplaatsen bevatten en valt dus onder de MOBER-plicht. De aanleg van deze nieuwe parking maakt onderdeel uit van de realisatie van de nieuwe tramverbinding “Brabo 2”. Hiervoor werd een project-MER opgemaakt waarin onder andere de effecten op de discipline Mobiliteit beschreven werden. Het MOBER vat de mobiliteitsaspecten samen die betrekking hebben op de ondergrondse parking ter hoogte van het Operaplein.

De herinrichting van de leien en het Operaplein brengt het doorgaand verkeer op de leien ondergronds waarbij bovengronds enkel een lokale doorgaande beweging van noord naar zuid mogelijk blijft. Hierdoor ontstaat op het maaiveld een ruim plein dat volop plaats biedt aan voetgangers en fietsers. Daarnaast ontstaat ook een vrije trambedding over het plein. Er zijn geen bovengrondse parkeerplaatsen meer voorzien. De ruimte voor alternatieve vervoerswijzen neemt dus toe bij deze herinrichting.

In de parking maakt het doorgaand verkeer gebruik van de linkerrijstrook, het verkeer naar de parking toe maakt gebruik van de rechterrijstrook die rechtstreeks de parking inloopt. Bij het verlaten van de parking komt men opnieuw op de rechtse rijstrook terecht. De parking is in eerste instantie bedoeld voor kortparkeerders met een bestemming in het centrum. De bedoeling is de parkeerdruk en het parkeerzoekverkeer op de leien en de aanpalende straten te verminderen. De ondergrondse parking kan beschouwd worden als een vervanging van het bestaande parkeeraanbod. Dit aanbod betreft het parkeeraanbod in de omliggende straten maar voornamelijk bovengronds op de leien. De parkeerplaatsen “dwars” op de rijweg verdwijnen en er worden “langse” parkeerplaatsen aangelegd. Het exacte aantal parkeerplaatsen dat bovengronds verdwijnt, wordt niet expliciet opgegeven in het dossier. Er wordt enkel gezegd dat de som van de parkeerplaatsen die bovengronds verdwijnen en de nieuwe ondergrondse parkeerplaatsen in de parking, een totaal van 1,5% meer parkeerplaatsen geeft.De toename van het aantal parkeerplaatsen is slechts zeer licht en zal dus niet voor bijkomend verkeer zorgen. Er wordt dan ook aangenomen dat de parkeerstroom naar de leien door de ondergrondse parking niet zal wijzigen temeer daar aan deze parking geen nieuwe activiteiten gekoppeld zijn.

Aangezien de omgevingsvergunningsaanvraag betrekking heeft op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 over de nadere regels van de project-m.e.r.-screening (rubriek 10 b – stadsontwikkelingsprojecten met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen),  werd het aanvraagdossier tijdens het ontvankelijk- en volledigheidsonderzoek getoetst  aan de criteria van bijlage II van het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid. Hierbij werd geoordeeld dat het project niet MER-plichtig is.

 

De vergunningsaanvraag heeft geen betrekking op ingedeelde inrichtingen of activiteiten in of aan een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht in de zin van het decreet van 12 juli 2013 betreffende het onroerend erfgoed.

Uit de toepassing van de beoordelingsschema’s van de watertoets blijkt dat de gevraagde activiteiten niet van aard zijn dat ze een invloed hebben op het watersysteem. Een bijkomend wateradvies is niet vereist en de vergunningsaanvraag voldoet aan de doelstellingen opgenomen in artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

Advies aan het college

 

Advies over de ingedeelde inrichtingen of activiteiten

Mits voldaan wordt aan de voorgestelde vergunningsvoorwaarden, is deze aanvraag in overeenstemming met de VLAREM wetgeving. Vanuit milieutechnisch oogpunt wordt voorwaardelijk positief advies gegeven de vergunning te verlenen. 

Geadviseerde rubrieken

 

Rubriek

Omschrijving

Geadviseerd voor

12.1.2.2°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 200 kW tot en met 10.000 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

400,00 kW

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

2x 1.250,00 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

10.000,00 VAh

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

20,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

5,00 ton

31.1.1°b)

stationaire motoren en gasturbines met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 500 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied.

400,00 kW

 

Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden

1.

uiterlijk zes maanden na collegedatum wordt het indienststellingsattest of keuringsattest van de dieseltank bezorgd aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen met vermelding van het OMV-nummer  (milieuvergunningen@antwerpen.be).

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

2 december 2019

Volledig- en ontvankelijk

17 december 2019

Start openbaar onderzoek

29 december 2019

Einde openbaar onderzoek

27 januari 2020

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

31 maart 2020

Verslag GOA

12 maart 2020

naam GOA

Bieke Geypens 

 

Onderzoek

De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Startdatum

Einddatum

Schriftelijke bezwaar-schriften

Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften

Petitie-lijsten

Digitale bezwaar-schriften

29 december 2019

27 januari 2020

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Bijzondere milieuvoorwaarden

1.

uiterlijk zes maanden na collegedatum wordt het indienststellingsattest of keuringsattest van de dieseltank bezorgd aan de dienst Omgeving van de stad Antwerpen met vermelding van het OMV-nummer (milieuvergunningen@antwerpen.be).

Brandweervoorwaarden

de voorwaarden uit het brandpreventieverslag met kenmerk BW/MD/2020/X.00004.A6.0052.

Artikel 3

De vergunning omvat thans volgende rubrieken:

 

Rubriek

Omschrijving

Gecoördineerd

12.1.2.2°b)

inrichtingen die gelijkspanning opwekken, met een geïnstalleerd totaal elektrisch vermogen van meer dan 200 kW tot en met 10.000 kW als de inrichting volledig of gedeeltelijk in een ander gebied dan een industriegebied ligt;

400,00 kW

12.2.2°

transformatoren (gebruik van) met een individueel nominaal vermogen van meer dan 1.000 kVA;

1.250,00 kVA

12.3.1°

accumulatoren (gebruik van): vast opgestelde batterijen waarvan het product van het vermogen, uitgedrukt in Ah, met de klemspanning, uitgedrukt in V, meer bedraagt dan 10.000;

10.000,00 VAh

16.3.2°a)

koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW;

20,00 kW

17.3.2.1.1.1°b)

opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt;

5,00 ton

31.1.1°b)

stationaire motoren en gasturbines met een totaal nominaal thermisch ingangsvermogen van 300 kW tot en met 500 kW, als de inrichting volledig of gedeeltelijk is gelegen in een ander gebied dan industriegebied.

400,00 kW

 

Artikel 4

Het college beslist dat de omgevingsvergunning ingaat op 20 maart 2020 voor onbepaalde duur.

Artikel 5

Dit besluit heeft in principe geen financiƫle gevolgen.