Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Er werd bij de deputatie een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De deputatie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2020002162 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | CVBA ANTWERP OUD PAPIER CENTRALE C.V.B.A. met als contactadres Smallandlaan 39 te 2660 Antwerpen |
Ligging van het project: | Smallandlaan 39 te 2660 Hoboken (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: | afdeling 37 sectie A nr. 388D |
Inrichtingsnummer: | 20191002-0061 (AOPC) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van de aanvraag: | exploiteren van een afvalverwerkend bedrijf (papier en karton) |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 14 december 2000 verleende de deputatie een vergunning aan cvba Antwerp Oud Papier Centrale (AOPC) voor het uitbaten van een afvalverwerkend bedrijf (kenmerk MLAV1/2000-331). De vergunning werd op 20 november 2003 nog uitgebreid (kenmerk MLAV1/2003-228). De einddatum van de vergunning is 14 december 2020.
Inhoud van de aanvraag
De aanvrager wenst een vergunning voor het verder uitbaten van een afvalverwerkend bedrijf.
Aangevraagde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
2.2.2.f)2° | opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton; | 4.265,00 ton |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 10,80 m³/uur |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 400,00 liter |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen; | 1 verdeelslang |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 7 voertuigen |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 5,00 kW |
17.3.2.1.1.1°b) | opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 2,11 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 150,00 liter |
33.3.1°a) | inrichtingen voor het behandelen van papier en karton voor het vervaardigen van waren uit papier of karton met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 tot en met 200 kW, als de inrichting volledig gelegen is in industriegebied; | 132,5 kW |
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: Plaatsen van een groenscherm van 5 m breed
Voorgesteld alternatief/aanvulling: aan de linkerzijde van het perceel (grenzend aan perceel 390 d) mag klimop aangebracht worden tegen de draadafsluiting ipv een groenscherm van 1,5 m breed (zie bijlage: afwijking verleend in huidige vergunning op p.10/12) |
2. | Bij te stellen voorwaarde: Plaatsing van een meetgoot > 2 m³/uur of > 20 m³/dag
Voorgesteld alternatief/aanvulling: Vrijstelling voor het plaatsen van een meetgoot |
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
Op de industriële site van circa 4.920 m² gelegen aan de Smallandlaan 39 te Hoboken vraagt de exploitant een vergunning voor onbepaalde duur voor een bestaand afvalverwerkend bedrijf. Het bedrijf houdt zich voornamelijk bezig met het opslaan, sorteren en verwerken van karton- en papierafval (maximale opslag van 4.210 ton). In mindere mate wordt ook plasticafval verwerkt (55 ton).
De exploitant wenst 4.000 ton gesorteerd en in balen geperst papier- en kartonafval op te slaan, waarvan 1.000 ton in openlucht. De hoeveelheid nog niet verwerkt papier- en kartonafval bedraagt maximaal 210 ton. De hoeveelheid gesorteerd en samengeperst plasticafval bedraagt 54 ton; deze opslag vindt eveneens in openlucht plaats. Er zal maximaal één ton ongesorteerd plastic aanwezig zijn op de site.
Het papier- en kartonafval is enerzijds afkomstig van de huisvuilophaling door de stedelijke reinigingsdienst en anderzijds afkomstig van bedrijven. Papier en karton afkomstig van de stedelijke huisvuilophaling wordt enkel overgeslagen en niet verwerkt. Na weging en registratie via de weegbrug, wordt dit papier en karton gelost onder het afdak dat verbonden is met de loods. Het papier- en kartonafval wordt vervolgens door een kraan los geladen in vrachtwagens en afgevoerd naar een andere erkende verwerker (VLAR). Wanneer de aanvoer door huisvuilwagens groot is, ontstaat ruimtegebrek in en om de loods, waardoor het papierafval ook tijdelijk buiten, in de noordoostelijke hoek van het terrein gestort wordt. Vandaaruit wordt het vervolgens door de bulldozer in de open container gestort om afgevoerd te worden. Uitgaande transporten worden voorzien van een dekzeil.
Een tweede afvalstroom is afkomstig van papier-, karton- of plasticafvalcontainers opgesteld in bedrijven. Dit afval ondergaat wel een verwerking op de site in functie van een verbeterd hergebruik en valorisatie. De verwerking van het papier gebeurt in de loods. Het afval wordt door middel van een ‘verreiker’ of bulldozer getransporteerd van de opslag- naar de verwerkingsplaats. Indien nodig worden verschillende fracties papier en karton gesorteerd en ontdaan van vreemde afvalstoffen. Dit is een manueel proces langsheen een transportband. Het gesorteerde afval wordt eventueel na vernietiging (shredder) tot balen geperst. De balen samengeperst afval worden tijdelijk opgeslagen tot ze afgevoerd worden. Een kwart ervan wordt buiten opgeslagen langsheen de oostelijke perceelsgrens. Per dag kan tot 100 ton papier en karton verwerkt worden. Het totale vermogen van de verwerkingsmachines bedraagt 132,5 kW.
Het gevoerd proces is relatief eenvoudig. Het bedrijf is gelegen in een industriezone en behandelt afvalstoffen die in principe geen geurhinder of problemen met hygiëne veroorzaken. Het grootste risico naar omgeving betreft het ontstaan van zwerfafval op en rond de site. Door de stedelijke toezichthouders werden reeds vaststellingen gedaan met betrekking tot zwerfvuil afkomstig van de exploitatie. Het in bulk storten, opslaan en manipuleren door middel van kranen van papier- en kartonafval in openlucht zorgt voor een ongewenste verspreiding ervan op het eigen terrein en zo voor een risico op het ontstaan van zwerfafval op het openbaar domein of de omliggende percelen. Ook van onder het afdak, nochtans ook aan de zijkanten afgesloten, wordt papier verspreid door in- en uitrijdende voertuigen en wind. Ongelukkig bevindt zich vlak bij de opslagzone een poort van circa acht meter breed, die een ernstige onderbreking vormt in de barrière rond het bedrijfsterrein die het zwerfvuil tegen moet houden. Om de verspreiding tegen te gaan moet de poort zoveel mogelijk gesloten blijven en dient de hoogte ervan opgetrokken te worden zodat voldaan wordt aan de sectorale voorwaarden. Verder dient de exploitant rekening te houden met de weersomstandigheden vooraleer op- en overslag in openlucht toe te laten. Elke opslag van ongebonden papier en karton in openlucht moet maximaal vermeden worden en mag zeker na de werkuren niet meer plaatsvinden. Aan het einde van de werkdag wordt het terrein grondig opgekuist zodat geen papier en plastic achterblijft dat voor verontreiniging van het openbaar domein kan zorgen. Verontreiniging rond de site die onmiskenbaar afkomstig is van het bedrijf, dient na elke werkdag verwijderd te worden. Bij voorkeur worden deze maatregelen ingeschreven in het werkplan dat conform artikel 5.2.1.3 opgemaakt moet worden.
Afvalwater
Doordat de afvalstoffen ook in openlucht opgeslagen worden, ontstaat potentieel verontreinigd hemelwater ter hoogte van de opslagzones. De exploitant geeft aan dat het afvalwater niet verontreinigd zal zijn met gevaarlijke stoffen, maar mogelijk wel papierpulp kan bevatten. Dit pulp ontstaat wanneer nat papier vermalen wordt onder de wielen van vrachtwagens en bedrijfsvoertuigen. Bij een hevige regenbui zou het debiet tot 10,8 m³/uur bedragen. Het geloosde jaardebiet zal 578 m³ zijn. Het lozingspunt voor het bedrijfsafvalwater bevindt zich in de Smallandlaan.
De exploitant geeft aan zoveel mogelijk papierresten van de verharding te verwijderen met een heftruck voorzien van een rubberen schuif. Er moet vermeden worden dat papierpulp in de openbare riolering terecht komt omdat dit de vlotte afvoer van hemelwater negatief zal beïnvloeden en zo de kans op wateroverlast op het openbaar domein zal verhogen. De verwijdering van het pulp kan via een eenvoudige fysische scheiding gebeuren en vereist geen grote investeringen. Conform artikel 5.2.1.7.§5 moeten inrichtingen voor de opslag van afvalstoffen in open lucht, onder andere vermeld in rubriek 2.2.2, minimaal beschikken over een slibvang en een KWS-afscheider voor de behandeling van verontreinigd hemelwater. De overgangstermijn voor de installatie van deze waterbehandeling die gold voor inrichtingen met een opslagcapaciteit van minder dan 4.000 ton in open lucht, eindigde op 1 oktober 2020. Op het uitvoeringsplan noch in de addenda is sprake van deze infrastructuur. De exploitant dient zich zo snel mogelijk in regel te stellen met de sectorale voorwaarden.
Geluid
Alle bewerkingen van het afval, met uitzondering van bepaalde laad- en losactiviteiten vinden inpandig plaats. Verwacht wordt dat de verspreiding van het geproduceerde geluid voldoende wordt beperkt door de gebouwstructuur zodat geen hinder veroorzaakt wordt. Er zijn geen klachten gekend voor geluidsoverlast afkomstig van het verwerken van het afval.
Conform artikel 5.2.1.2§3 is een aan- en afvoer van afvalstoffen enkel toegestaan tussen 07.00 uur ’s morgens en 19.00 uur ’s avonds. De exploitant geeft in bijkomende informatie aan dat de afvoer van de afvalstoffen start om zes uur ’s morgens. Een afwijking op artikel 5.2.1.2.§3 werd niet opgenomen door de exploitant in deze aanvraag. Indien dit zou worden opgenomen in het besluit, is dit enkel toegestaan voor zover deze activiteiten niet rustverstorend zijn, in het bijzonder voor de nabijgelegen woonwijk op circa 100 meter van de overslagzone. Uit het openbaar onderzoek kwam immers naar voor dat vorkheftrucks en/of bulldozers voor geluidsoverlast zorgen, met name bij het achteruitrijden (pieptonen). Het is niet zeker dat de hinder afkomstig is van AOPC, maar het toont aan dat het voor alle bedrijven nabij de woonwijk, en dus ook voor AOPC, een aandachtspunt is.
Mobiliteit
Per dag komen circa 20 transporten toe en komen er 20 laadperswagens van de stedelijke dienst Stadsreiniging lossen. Daarnaast komen dagelijks acht vrachtwagens met oplegger afvalstoffen ophalen. Dagelijks worden zo iets minder dan 100 vervoersbewegingen gegenereerd door de exploitatie. De site beschikt over voldoende ruimte op de site om wachtende vrachtwagens en circulatie op eigen terrein te laten plaatsvinden. Het bedrijventerrein wordt ontsloten via de Boombekelaan. Het betreft een verderzetting van een bestaande exploitatie zodat geen significante toename van vervoersbewegingen verwacht wordt. Zolang wachtende vrachtwagens en ‘intern’ transport op het eigen bedrijfsterrein verloopt, wordt op het gebied van mobiliteit geen overmatige overlast verwacht.
Andere
Op de site is ruimte voor het stallen van drie vorkheftrucks of bulldozers (in de loods) en drie vrachtwagens (buiten). De brandstofbevoorrading van de eigen voertuigen gebeurt vanuit een bovengrondse enkelwandige houder van 2.500 liter, die geplaatst is in een opvangbak. De tank is uitgerust met een overvulbeveiliging. Er is geen lekdetectie geïnstalleerd, maar lekkage kan visueel vastgesteld worden in de opvangbak. De houder, uitgerust met één brandstofverdeelslang, is overkapt zodat geen hemelwater in de inkuiping terecht kan komen. De bevoorrading van de bedrijfsvoertuigen vindt plaats boven een (lage) metalen bak, die bij morsen de gelekte vloeistof moet opvangen. Eventueel gemorste brandstof wordt verwijderd met absorptiemiddelen.
Kleine hoeveelheden vetten, oliën en reinigingsmiddelen in kleine verpakkingen worden opgeslagen op een lekbak in de loods. Het gezamenlijk volume bedraagt slechts 150 liter. Tenslotte staat in de loods een compressor van 5 kW opgesteld.
Bijstellingen
Artikel 4.2.5.1.1§1 legt voor het lozen van het bedrijfsafvalwater met een hoeveelheid van meer dan 2 m³/uur het installeren van een meetgoot op. Aangezien het debiet slechts zal voorkomen bij hevige regenval en het niet om continu of batchgewijs geproduceerd bedrijfsafvalwater gaat, wordt gunstig advies gegeven hiervoor de gevraagde afwijking toe te staan.
Artikel 5.2.1.5§5 vraagt langsheen de randen van de inrichting een groenscherm van ten minste vijf meter breedte aan te leggen, bestaande uit streekeigen laag- en hoogstammige dichtgroeiende gewassen. In de lopende vergunning werd reeds een afwijking toegestaan waarbij aan de linkerzijde van het perceel (grenzend aan aanpalend perceel 390 d) tegen de draadafsluiting klimop aangebracht kon worden in plaats van de 1,5 meter beplanting in streekeigen groen. Langsheen de Boombekelaan en de Smallandlaan werd tegen de perceelsgrens een beukenhaag geplant, die ook in de winter zijn blad houdt. De haag wordt onderbroken door de poorten en toegangen tot de site. De haag is ongeveer 40 cm breed en 170 cm hoog en biedt op die plek voldoende visuele afscheiding.
De scheiding met de buurpercelen aan de noordelijke en oostelijke zijde wordt gevormd door een draadafsluiting van 200 cm hoog. Tegen de draadafsluiting wordt klimop voorzien. De exploitant vraagt in elk geval het groenscherm aan de grens met perceel 390 d (noordzijde) te behouden zoals het is. Tussen de draadafsluiting en de keerwanden aan de oostzijde zou een zone van 300 cm voorzien worden als groenscherm. Aangezien de keerwanden en de opslag van de papierbalen vanop de openbare weg en vanop het aangrenzende perceel zeer zichtbaar zijn, dient deze groenzone optimaal ingevuld te worden met bij voorkeur beplanting die voldoende hoog is om de keerwand en de opslag aan het zicht te onttrekken.
Het uitvoeringsplan geeft voor de zone op de hoek van de Smallandlaan en de Boombekelaan een groenscherm van 500 cm weer. Uit beelden beschikbaar via Google Maps blijkt dat ook hier enkel een beukenhaag aangeplant is en dat de zone waar het groenscherm ingetekend staat, gebruikt wordt als parkeer- en stalplaats voor voertuigen.
Conclusie
Mits naleving van de algemene, sectorale en voorgestelde bijzondere voorwaarden kan de exploitatie plaatsvinden met een aanvaardbaar risico voor mens en milieu. Er wordt voorwaardelijk gunstig advies gegeven.
Advies van het college
Het college adviseert gunstig de vergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde rubrieken
Rubriek | Omschrijving | Geadviseerd voor |
2.2.2.f)2° | opslag en mechanische behandeling van niet-gevaarlijke afvalstoffen van meer dan 100 ton; | 4.265,00 ton |
3.4.2° | het lozen van meer dan 2 m³/uur tot maximaal 100 m³/uur bedrijfsafvalwater; | 10,80 m³/uur |
6.4.1° | opslagplaatsen voor brandbare vloeistoffen met een totale opslagcapaciteit van 200 liter tot en met 50.000 liter uitgezonderd de gezamenlijke opslag van minder dan 5 ton gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige brandstoffen bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 400,00 liter |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen, namelijk installaties voor het vullen van brandstoftanks van motorvoertuigen met vloeibare koolwaterstoffen, bestemd voor de voeding van de erop geïnstalleerde motor(en) met maximaal twee verdeelslangen; | 1 verdeelslang |
15.1.1° | al dan niet overdekte ruimte voor het stallen van 3 tot en met 25 motorvoertuigen of aanhangwagens, die geen personenwagens, bromfietsen, motorfietsen of spoorvoertuigen zijn; | 7 voertuigen |
16.3.2°a) | koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW; | 5,00 kW |
17.3.2.1.1.1°b) | opslag van gasolie, diesel, lichte stookolie en gelijkaardige vloeistoffen met een vlampunt hoger dan of gelijk aan 55°C met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 100 kg tot en met 20 ton als de inrichting niet hoort bij de woonfunctie van een onroerend goed dat hoofdzakelijk als woongelegenheid wordt gebruikt; | 2,11 ton |
17.4. | opslagplaatsen voor gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen, met uitzondering van deze vermeld onder rubriek 48, in verpakkingen met een inhoudsvermogen van maximaal 30 liter of 30 kg, voor zover de maximale opslag begrepen is tussen 50 kg of 50 liter en 5.000 kg of 5.000 liter; | 150,00 liter |
33.3.1°a) | inrichtingen voor het behandelen van papier en karton voor het vervaardigen van waren uit papier of karton met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 tot en met 200 kW, als de inrichting volledig gelegen is in industriegebied; | 132,50 kW |
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | de poort nabij de opslagzone in openlucht dient steeds opnieuw gesloten worden na gebruik; |
2. | de exploitant houdt rekening met de weersomstandigheden vooraleer op- en overslag in openlucht toe te laten. Bij windsnelheden van meer dan 30 km/uur (5 Beaufort – vrij krachtige wind) is de opslag en het bewerken van afvalstoffen in openlucht niet toegestaan; |
3. | elke opslag van ongebonden papier en karton in openlucht moet maximaal vermeden worden en mag zeker na de werkuren niet meer plaatsvinden; |
4. | aan het einde van de werkdag wordt het terrein grondig opgekuist zodat geen papier en plastic achterblijft dat voor verontreiniging van het openbaar domein kan zorgen; |
5. | verontreiniging rond de site die onmiskenbaar afkomstig is van het bedrijf dient na elke werkdag verwijderd te worden; |
6. | bovenstaande voorwaarden worden verwerkt in het werkplan, dat conform artikel 5.2.1.3 opgemaakt moet worden; |
7. | een afwijking op artikel 5.2.1.2.§3 wordt enkel gunstig geadviseerd als deze activiteiten niet rustverstorend zijn; |
8. | de groenzone van 300 cm achter de keerwanden dient optimaal ingevuld te worden met bij voorkeur beplanting die voldoende hoog is om de keerwand en de opslag aan het zicht te onttrekken; |
9. | de exploitant dient zich zo snel mogelijk in regel te stellen met de sectorale voorwaarde met betrekking tot de behandeling van potentieel verontreinigd hemelwater.
|
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 9 september 2020 |
Start openbaar onderzoek | 19 september 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 18 oktober 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 29 oktober 2020 |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
19 september 2020 | 18 oktober 2020 | 1 | 0 | 0 | 0 |
Bespreking van de bezwaren
1. De inwoners van een huis in de nabijgelegen woonwijk horen vanaf vier à vijf uur 's morgens pieptonen van achteruitrijdende vorkheftrucks en bulldozers. Bijkomende geluidsreducerende maatregelen zijn nodig.
Het bedrijf start zijn activiteiten pas om zes uur 's morgens. Er wordt 's nacht niet gewerkt. Het is dus onzeker dat het geluid afkomstig is van AOPC. Omdat zes uur 's morgens wettelijk ook te vroeg is om laad- en losactiviteiten uit te voeren van afvalstoffen, wordt voorgesteld hierover een bijzondere voorwaarde te formuleren.
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op de aanvraag, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | de poort nabij de opslagzone in openlucht dient steeds opnieuw gesloten worden na gebruik; |
2. | de exploitant houdt rekening met de weersomstandigheden vooraleer op- en overslag in openlucht toe te laten. Bij windsnelheden van meer dan 30 km/uur (5 Beaufort – vrij krachtige wind) is de opslag en het bewerken van afvalstoffen in openlucht niet toegestaan; |
3. | elke opslag van ongebonden papier en karton in openlucht moet maximaal vermeden worden en mag zeker na de werkuren niet meer plaatsvinden; |
4. | aan het einde van de werkdag wordt het terrein grondig opgekuist zodat geen papier en plastic achterblijft dat voor verontreiniging van het openbaar domein kan zorgen; |
5. | verontreiniging rond de site die onmiskenbaar afkomstig is van het bedrijf dient na elke werkdag verwijderd te worden; |
6. | bovenstaande voorwaarden worden verwerkt in het werkplan, dat conform artikel 5.2.1.3 opgemaakt moet worden; |
7. | een afwijking op artikel 5.2.1.2.§3 wordt enkel gunstig geadviseerd als deze activiteiten niet rustverstorend zijn; |
8. | de groenzone van 300 cm achter de keerwanden dient optimaal ingevuld te worden met bij voorkeur beplanting die voldoende hoog is om de keerwand en de opslag aan het zicht te onttrekken; |
9. | de exploitant dient zich zo snel mogelijk in regel te stellen met de sectorale voorwaarde met betrekking tot de behandeling van potentieel verontreinigd hemelwater.
|
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
SW/V | Het advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft. |