Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:
1. de aanvraag ingediend is door het betrokken college;
2. de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.
Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een verzoek tot bijstelling van bijzondere milieuvoorwaarden ingediend. Het verzoek wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
De gewestelijke omgevingsvergunningscommissie verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:
- een openbaar onderzoek te houden;
- advies uit te brengen.
Projectnummer: | OMV_2020096239 |
Gegevens van de aanvrager: | zie exploitant |
Gegevens van de exploitant: | NV AQUAFIN NV (0440691388) met als contactadres Dijkstraat 8 te 2630 Aartselaar |
Ligging van het project: | Mexicostraat zonder nummer (zn) te 2030 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 7 sectie G nrs. 0, 1338/5 W, 1338/20 A, 1338/5 V, 1338/27 B en 2419D |
Inrichtingsnummer: | 20181203-0042 (RI3A239 Royerssluis) |
Vergunningsplichten: | Exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten |
Voorwerp van het verzoek: | een bijstelling van de lozingsnormen |
Omschrijving ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Voorgeschiedenis
Op 16 juli 2019 verleende de minister een vergunning voor de bouw en exploitatie van een nieuw vijzelgemaal, afvoerkokers en een nieuw DWA-pompstation met persleiding ter hoogte van de Royerssluis (OMV_2018130426).
Inhoud van de aanvraag
De exploitant vraagt een bijstelling van de lozingsnormen voor lozing van bedrijfsafvalwater.
Aangevraagde bijstelling bijzondere milieuvoorwaarden in afwijking van algemene of sectorale voorwaarden
1. | Bij te stellen voorwaarde: De bijzondere lozingsnormen voor barium en kobalt worden aangevraagd in aanvulling op de algemene lozingsnormen voor de lozing van bedrijfsafvalwater in oppervlaktewater van titel II van Vlarem (artikel 4.2.3.1.3° titel II Vlarem). Deze dienen toegevoegd aan artikel 4 uit de vergunning Royerssluis van 16 juli 2019 (dossiernummer OMV/2018130426).
Voorgesteld alternatief/aanvulling: We vragen zekerheidshalve en gezien verwachte concentraties in brak water (studie RIVM) een lozingsnorm aan voor barium van 700 µg/l (10xIC) en voor kobalt van 6 µg/l (10xIC). Voor de volledigheid willen we graag ook nog een norm laten opnemen voor de klassieke parameters: N (15 mg/l), fosfor (2 mg/l), BZV (25 mg/l) en CZV (125 mg/l). |
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Oosterweelverbinding-Wijziging, goedgekeurd op 20 maart 2015.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Eilandje, goedgekeurd op 1 september 2011. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: zone voor water - art. 6.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Droogdokkeneiland, goedgekeurd op 28 november 2013. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: zone voor gemengde functies - art. 1 - groen & centrumfuncties en zone voor gemengde functies - art. 1 - groen & centrumfuncties.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor ambachtelijke bedrijven of gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen. Deze gebieden zijn mede bestemd voor kleine opslagplaatsen van goederen, gebruikte voertuigen en schroot, met uitzondering van afvalproducten van schadelijke aard. (Artikel 8 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in het gebied waterweg. Binnen het havengebied werden sommige infrastructuurwerken aangeduid op het gewestplan en andere niet. Het is vrijwel onmogelijk al deze voorzieningen binnen een dergelijk dynamisch gebied op voorhand te plannen. De aanduidingen als industriegebied voor het havengebied moet dan ook toelaten dat steeds alle waterbouwkundige, infrastructuur- en uitrustingswerken mogelijk zijn. Het was echter juridisch onmogelijk dat voor het havengebied een bijzonder planologisch voorschrift werd ingevoerd, qua bodembestemming.
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.) Het verzoek ligt niet in een verkaveling.
Omgevingstoets
Toetsing van aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichtingen en activiteiten op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu
In functie van de aanleg van de nieuwe infrastructuur ter hoogte van de Royerssluis, werd in 2019 aan Aquafin nv een vergunning verleend voor onder andere het oppompen van 579.368 m³ grondwater per jaar. Hieraan verbonden was ook een afvalwaterzuiveringsinstallatie (WZI) voor het behandelen van grondwater tot 88,75 m³/uur. Er bestaat immers een risico dat het grondwater lokaal verontreinigd is. Aan de lozing werden volgende bijzondere lozingsvoorwaarden verbonden:
parameter | lozingsnorm (µg/liter) |
chroom | 500 |
lood | 500 |
vinylchloride | 5 |
benzeen | 10 |
arseen | 50 |
minerale olie | 500 |
De exploitant vraagt in afwijking van de algemene lozingsnormen nu ook bijzondere lozingsvoorwaarden voor kobalt en barium.
Uit de analyse van het controlestaal van 23 juni 2020 door de Vlaamse Milieu-inspectie bleek dat de concentraties voor barium (120 µg/l) en kobalt (1,3 µg/l) hoger waren dan de respectievelijke indelingscriteria van 70 µg/liter en 0,6 µg/liter. Voor beide parameters werd nog geen norm opgenomen in de vergunning, aangezien deze niet standaard gemeten worden in het kader van bodemonderzoeken. Aquafin wil daarnaast een norm laten opnemen voor de parameters stikstof, fosfor en Chemische Zuurstof Verbruik (CZV). In onderstaande tabel worden de beschikbare analyseresultaten samengevat voor de parameters waarvoor bijkomende afwijkende lozingsnormen worden gevraagd:
| 23 jun | 23 jun (staal B) | 9 jul | 16 jul | 31 jul | 13 aug | gevraagd |
CZV | - | 60,2 mg/l | 50,4 mg/l | 50,6 mg/l | 14,3 mg/l | 46 mg/l | 125 mg/l |
stikstoftot | 7,79 mg/l | 7,4 mg/l | 6,5 mg/l | 5,2 mg/l | 4,5 mg/l | 1,8 mg/l | 15 mg/l |
fosfor | 340 µg/l | 480 µg/l | 43 µg/l | 150 µg/l | 44 µg/l | 27 µg/l | 2.000 µg/l |
barium | 120 µg/l | 10 µg/l | 200 µg/l | 240 µg/l | 230 µg/l | 280 µg/l | 700 µg/l (10x IC) |
kobalt | 1,3 µg/l | 1,8 µg/l | < 2 µg/l | < 2 µg/l | < 2 µg/l | < 2µg/l | 6 µg/l (10x IC) |
De resultaten zijn afkomstig uit stalen genomen in fases 5 en 7 van het project. De gevraagde bijstelling wordt gevraagd voor het water dat nog zal geloosd worden in fases 5 tot en met 8:
- fase 5: aanleg ondergrondse koker, lozing van 42 m³/uur in Suezdok gedurende 150 dagen;
- fase 6: aanleg verbindingsput Siberiastraat, lozing van 21 m³/uur in Amerikadok gedurende 180 dagen;
- fase 7: aanleg koker, lozing in Suezdok van 39 m³/uur gedurende 180 dagen;
- fase 8: aanleg vijzelgemaal Royerssluis, lozing in Suezdok van 68 m³/uur gedurende 400 dagen.
De lozingsvoorwaarden voor stikstof, fosfor en CZV zijn op zich aanvaardbaar al dient hierbij opgemerkt dat er in eerste instantie geen aanleiding is een dergelijke hoge norm toe te staan. De aangetroffen concentraties fosfor vertonen geen stijgende trend en in geen van de zes onderzochte stalen wordt het indelingscriterium van 1.000 µg/liter benaderd. De exploitant geeft verder geen motivatie voor de gevraagde verhoogde lozingsvoorwaarden. Ook voor het chemisch zuurstofverbruik wordt maximaal 60,2 mg/liter gemeten in de waterstalen, terwijl 125 mg/liter gevraagd wordt. Voor barium en kobalt wordt een lozingsvoorwaarde gevraagd van tienmaal het indelingscriterium. Dit principe wordt door de vergunningverlenende overheid vaak als maximale grenswaarde gezien bij het toekennen van een lozingsvoorwaarde. Er kan niet zonder meer aanspraak op gemaakt worden als er weinig aanleiding is dergelijke hoge lozingsnorm op te leggen. Het advies van de Vlaamse Milieumaatschappij zal bepalend zijn voor het vastleggen van de lozingsnormen. De stad Antwerpen kijkt uit naar een toekomstige bredere invulling van de oude dokken en wenst daarom bijkomende verontreiniging hierin maximaal te vermijden. Daarom zijn we voorstander om in eerste instantie geen te hoge lozingsvoorwaarden op te leggen, maar de exploitant te vragen harder in te zetten op het beperken van de verontreiniging in het geloosde water, bijvoorbeeld door het voorzien van een bijkomende of aangepaste waterzuiveringsinstallatie.
Advies van het college
Op basis van de informatie opgenomen in het dossier, wordt voorwaardelijk gunstig advies gegeven.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant onderzoekt welke bijkomende zuiveringsstappen of aanpassing aan de bestaande zuiveringsinstallaties kunnen uitgevoerd worden om de lozing van verontreinigende stoffen maximaal te beperken. |
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Ontvangst adviesvraag | 16 september 2020 |
Start openbaar onderzoek | 25 september 2020 |
Einde openbaar onderzoek | 24 oktober 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste adviesdatum | 5 november 2020 |
Het verzoek werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum | Einddatum | Schriftelijke bezwaar-schriften | Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften | Petitie-lijsten | Digitale bezwaar-schriften |
25 september 2020 | 24 oktober 2020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Informatievergadering
Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.
Het college beslist een gunstig advies, zoals geformuleerd in de argumentatie, te geven op het verzoek, onder volgende voorwaarden.
Geadviseerde bijzondere milieuvoorwaarden
1. | De exploitant onderzoekt welke bijkomende zuiveringsstappen of aanpassing aan de bestaande zuiveringsinstallaties kunnen uitgevoerd worden om de lozing van verontreinigende stoffen maximaal te beperken. |
Het college geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
SW/Vergunningen | het advies college te bezorgen aan de instantie die advies gevraagd heeft |