Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2020014400 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Daniel Develter met als adres Ekerseveldslagstraat 24 te 2180 Ekeren |
Ligging van het project: |
Ekerseveldslagstraat 24 te 2180 Ekeren (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 17sectie F nr. 828N |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
uitbreiden van het gelijkvloers van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- er werd geen relevante voorgeschiedenis teruggevonden.
Vergunde/vergund geachte toestand
- eengezinswoning;
- 2 bouwlagen met schuin dak;
- bouwdiepte van 9m;
- terugspringende garage tegen linkerzijde van het gebouw:
- materiaalgebruik: rode gevelsteen, antracietkleurige dakpannen, antracietkleurige gevelbeplating en wit, aluminium buitenschrijnwerk.
Huidige toestand
- overeenkomstig vergunde/vergund geachte toestand.
Gewenste toestand
- eengezinswoning;
- 2 bouwlagen met schuin dak;
- bouwdiepte van 9m;
- terugspringende garage tegen linkerzijde van het gebouw:
- uitbouw op het gelijkvloers:
Inhoud van de aanvraag
- uitbreiden van het gelijkvloers;
- ophogen van de scheidingsmuur;
- herinrichten van het gelijkvloers;
- vervangen van de voordeur en de garagepoort.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Er werden geen adviezen gevraagd.
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 31 Schoonbroekstraat en omgeving, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 14 februari 1968. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zones: private weg, zone van niet bouwen, zone voor bergplaatsen, zone voor bijgebouwen, zone voor hoofdgebouwen, zone voor open plaatsen en tuinen en openbare weg.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het bijzonder plan van aanleg BPA nr. 31 Schoonbroekstraat en omgeving - wijziging stedenbouwkundige voorschriften, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 1 oktober 1999.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) en bijzondere plannen van aanleg (BPA) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het bijzonder plan van op volgend punt:
- Artikel 2 – zone voor bijgebouwen: de hoogte van een bijgebouw kan maximaal 3 meter bedragen. De uitbreiding heeft een hoogte van 3,25 meter.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag wijkt af van artikel 2 “Zone voor bijgebouwen” van het geldende bijzonder plan van aanleg. De hoogte van een bijgebouw kan maximaal 3 meter bedragen terwijl de hoogte van de uitbreiding 3,25 meter is. Echter is het heden niet meer mogelijk om een kroonlijsthoogte van 3 meter te realiseren en tegelijk te voldoen aan een minimale plafondhoogte van 2,60 meter hoogte en aan de geldende EPB-regelgeving. Aangezien het BPA ouder is dan 15 jaar, is een afwijking op de stedenbouwkundige voorschriften toegestaan.
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van eengezinswoning blijft behouden en blijft verenigbaar met de omgeving die gekenmerkt wordt door de aanwezigheid van eengezinswoningen.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
De aanvraag is gelegen in een wijk die gekenmerkt wordt door een homogene bebouwing opgericht volgens de voorschriften van een bijzonder plan van aanleg. Het stedenbouwkundig patroon van de wijk bestaat uit gegroepeerde rijwoningen, af en toe onderbroken door gekoppelde garages. De woning uit de aanvraag betreft een kopwoning met een aanpalende garage die dieper ligt dan de achtergevel van het hoofdvolume. De woning wordt uitgebreid op het gelijkvloers tegen de garage en tot op eenzelfde diepte en dit over ongeveer de helft van de breedte van de woning.
Om voldoende interne hoogte te bekomen bedraagt de kroonlijsthoogte van de uitbreiding 3,25 meter. De kroonlijsthoogte van de garage wordt eveneens opgetrokken om het dak voldoende te kunnen isoleren. Er blijft echter een verschil tussen de kroonlijst van de uitbouw en de kroonlijst van de garage van ongeveer 35 centimeter, hoewel beide volumes aan elkaar palen. Dit levert een vertrapte gevel op. Daarom zal als voorwaarde worden opgelegd dat de kroonlijst van de garage even hoog zal moeten worden opgetrokken als de uitbreiding. De uitbreiding behoudt een afstand ten opzichte van de rechter aanpalende woning waardoor de volumewijziging geen negatieve impact veroorzaakt. Mist het respecteren van de voorgestelde voorwaarde is de aanvraag verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.
Visueel-vormelijke elementen
De uitbreiding en de ophoging van de garage wordt uitgevoerd in hetzelfde gevelmetselwerk als de bestaande bebouwing. De voordeur en de garagepoort worden vervangen maar er wordt geen expliciete vermelding gemaakt van het materiaal en de kleur in de aanvraag. Als voorwaarde wordt opgelegd dat de uitwerking moet gebeuren in een witte kleur om de harmonie met het overige schrijnwerk te behouden. Mits het respecteren van de voorgestelde voorwaarde is de aanvraag visueel inpasbaar in de omgeving.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
De bestaande garage wordt ingekort tot een diepte van 2,16 meter waardoor deze niet meer kan gebruikt worden voor het stallen van een auto. De nieuwe garage zal gebruikt worden als fietsenberging. De auto kan geparkeerd worden op de oprit waardoor het POET-principe gegarandeerd blijft.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de kroonlijst van de garage op te hogen tot op dezelfde hoogte als van de nieuwe uitbreiding, namelijk tot 3,25 meter;
2. het schrijnwerk van de garagepoort en de voordeur uit te werken in een witte kleur;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
7 februari 2020 |
Volledig en ontvankelijk |
14 februari 2020 |
Start openbaar onderzoek |
24 februari 2020 |
Einde openbaar onderzoek |
24 maart 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
28 juli 2020 |
Verslag GOA |
4 mei 2020 |
naam GOA |
Katrijn Apostel |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
24 februari 2020 |
24 maart 2020 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de kroonlijst van de garage op te hogen tot op dezelfde hoogte als van de nieuwe uitbreiding, namelijk tot 3,25 meter;
2. het schrijnwerk van de garagepoort en de voordeur uit te werken in een witte kleur;
3. na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.