Terug
Gepubliceerd op 18/05/2020

2020_CBS_04222 - Omgevingsvergunning - OMV_2020027189. Vooruitzichtstraat 7. District Borgerhout - Goedkeuring

college van burgemeester en schepenen
vr 15/05/2020 - 09:00 Hofstraat
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bart De Wever, burgemeester; Koen Kennis, schepen; Jinnih Beels, schepen; Annick De Ridder, schepen; Claude Marinower, schepen; Nabilla Ait Daoud, schepen; Fons Duchateau, schepen; Karim Bachar, schepen; Peter Wouters, schepen; Tom Meeuws, schepen; Sven Cauwelier, algemeen directeur

Afwezig

Serge Muyters, korpschef

Secretaris

Sven Cauwelier, algemeen directeur

Voorzitter

Bart De Wever, burgemeester
2020_CBS_04222 - Omgevingsvergunning - OMV_2020027189. Vooruitzichtstraat 7. District Borgerhout - Goedkeuring 2020_CBS_04222 - Omgevingsvergunning - OMV_2020027189. Vooruitzichtstraat 7. District Borgerhout - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:

 

1.      de gemeentelijke projecten;

2.      andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.

Aanleiding en context

Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

 

Projectnummer:

OMV_2020027189

Gegevens van de aanvrager:

de heer Sem Clé met als adres Vooruitzichtstraat 7 te 2140 Antwerpen en mevrouw Zoë Poppelaars met als adres Vooruitzichtstraat 7 te 2140 Antwerpen

Ligging van het project:

Vooruitzichtstraat 7 te 2140 Borgerhout (Antwerpen)

Kadastrale gegevens:

afdeling 25sectie A nr. 77D

Vergunningsplichten:

Stedenbouwkundige handelingen

Voorwerp van de aanvraag:

omvormen van een meergezinswoning met twee wooneenheden naar een eengezinswoning

 

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

 

Relevante voorgeschiedenis

-          13/02/1908: toelating (1399#4492) voor het bouwen van een huis.

 

Vergunde/vergund geachte toestand

-          functie wonen, twee wooneenheden;

-          bouwvolume:

  • pand in gesloten bebouwing met twee bouwlagen onder mansardedak;
  • kroonlijst- en nokhoogte van respectievelijk circa 8,90 en 12,40 m;
  • bouwdiepte hoofdvolume van circa 8,75 m;
  • uitbreiding op de gelijkvloerse en eerste verdieping tot ca. 13,00 m (rechterzijde perceel);
  • deel overdekte koer;

-          materiaal gevelafwerking niet gekend;

-          beperkte uitbreiding ter hoogte van de tussenverdieping (rechterzijde perceel);

-          het overdekte deel van de koer opgenomen bij de bebouwing.

 

Huidige toestand

-          meergezinswoning met twee wooneenheden;

-          zowel het mansardedak als de gevel werden soberder uitgevoerd dan opgetekend

-          gevelafwerking:

  • bepleisterde gevel, wit geschilderd;
  • arduinen plint;
  • geschilderd houten buitenschrijnwerk (antracietkleur).

 

Gewenste toestand

-          eengezinswoning met drie slaapkamers en een netto vloeroppervlakte van circa 145,00 m²;

-          bouwvolume:

  • pand in gesloten bebouwing met twee bouwlagen onder pseudo-mansardedak;
  • kroonlijst- en nokhoogte van respectievelijk circa 8,90 en 10,85 m;
  • de volledige gelijkvloerse verdieping wordt dicht gebouwd met uitzondering van een patio (linkerzijde perceel);
  • bouwdiepte hoger gelegen verdiepingen ongewijzigd;

-          gevelafwerking conform huidige toestand;

-          dakterras bovenop het hoofdvolume.

Inhoud van de aanvraag

-          verminderen van het aantal wooneenheden van twee naar één;

-          doorvoeren van wijzigingen aan het bouwvolume:

  • aanpassen van de dakvorm;
  • aanpassen van de achterbouw op de gelijkvloerse verdieping;
  • doorvoeren van wijzigingen aan de scheidingsmuren;

-          voorzien van een dakterras op het hoofdgebouw;

-          uitbreiden van de verticale circulatie in kader van de toegankelijkheid van het dakterras.

 

Argumentatie

Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

 

Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:

 

Adviezen

 

Interne adviezen

 

Adviesinstantie

Datum advies gevraagd

Datum advies ontvangen

Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam

24 maart 2020

1 april 2020

stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg

24 maart 2020

20 april 2020

stadsontwikkeling/ vergunningen/ stedenbouwkundige vergunningen/ geacht vergund

24 maart 2020

7 april 2020

 

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

 

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

 

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de binnenstad van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Leien en de Kleine Ring.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:

- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;

- de eigen aard van het betrokken gebied;

- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.

 

(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)

De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

 

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

 

Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.

-          Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Algemene bouwverordeningen

-          Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend(e) punt(en):

  • artikel 24 Minimale lichtinval en minimale luchttoevoer:
    de ramen zijn niet opengaand getekend op de plannen. Per verblijfsruimte dient minstens één geveldeel opengaand te zijn;
  • artikel 43 Septische putten:
    de septische put wordt gesupprimeerd.
     

Sectorale regelgeving

-          MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

-          Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.

Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

 

Omgevingstoets

 

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

 

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat het omvormen van een tweewoonst naar een eengezinswoning. De woonfunctie blijft dus behouden. Het pand is in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Vooruitzichtstraat.

 

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De feitelijke toestand van de omgeving wijst uit dat de Vooruitzichtstraat gekenmerkt wordt door een of meergezinswoningen met drie a vier bouwlagen onder een plat en hellend dak. De hoofdbouwen zijn er aan de achterzijde bijna altijd uitgebreid met achterbouwen. In voorliggende aanvraag blijft de uitbouw op de eerste verdieping en tussenverdieping behouden. De gelijkvloerse achterbouw wordt gesloopt waarna een nieuwe gelijkvloerse achterbouw opgebouwd wordt rond een nieuwe patio. De nieuwe aanbouw is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. De patio wordt rondom voorzien van verdiepingshoge beglazing en wordt ingevuld met groen. Hierdoor is de voorgestelde bouwdiepte aanvaardbaar. Na de uitbreiding blijft er namelijk voldoende ruimte over op het gelijkvloers om een kwalitatieve groenzone te behouden. 

 

Het extra volume van de achterbouw bevindt zich tussen de scheidingsmuren van beide buren en heeft bijgevolg geen negatieve gevolgen voor de privacy en de bezonning van de naastgelegen percelen.

 

Het aanwezige mansardedak wordt in de voorliggende aanvraag deels afgebroken. Het hellende dak boven de zolderkamer wordt afgebroken en vervangen door een lager gelegen plat dak. Dit platte dak wordt verder doorgetrokken tot aan de achtergevel waardoor  de derde verdieping een bouwdiepte krijgt van circa 8,75m. Deze bouwdiepte komt overeen met de bouwdiepte van de onderliggende bouwlagen van het hoofdvolume en sluit daarnaast aan op de bouwdieptes van beide buren waardoor deze ingreep aanvaardbaar is

 

Visueel-vormelijke elementen

De voorgevel van voorliggende aanvraag  is beeldbepalend  en heeft een hoge architecturale en esthetische waarde. De voorgevel met inbegrip van het zwart geschilderde schrijnwerk blijft ongewijzigd. De gevel en kroonlijst zijn in een witte kleur geschilderd wat het beeldbepalend karakter versterkt. Da achtergevel blijft ongewijzigd en is afgewerkt met rode baksteen en cementering. De materialen van de gevels zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel.

 

Cultuurhistorische aspecten

De aanvraag heeft betrekking een pand zonder erfgoedstatuut. Gelet op de architecturale kwaliteit van de voorgevel, is het pand zeker inventariswaardig.

De werken aan de achterbouw en het interieur zijn aanvaardbaar vanuit oogpunt monumentenzorg. De achterbouw werd in het verleden reeds aangepast, de wintertuin verdween. De klassieke typologie van de burgerwoning blijft afleesbaar. Het voorhuis dat de grootste erfgoedwaarde bevat, wordt gevrijwaard. De voorgevel met inbegrip van het schrijnwerk blijven ongewijzigd. De gevel en kroonlijst werden recent in een uniforme, witte kleur geschilderd wat het beeldbepalend karakter versterkt.

 

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De gelijkvloerse gevel rondom de patio wordt voorzien van verdiepingshoge ramen naar de aangrenzende groenzone. Hierdoor wordt het contact tussen de verblijfsruimte en de buitenruimte versterkt, wat de woonkwaliteit ten goede komt.

 

Zowel het dak van de nieuwe gelijkvloerse aanbouw als het dak ter hoogte van het dakterras wordt voorzien als groendak.  Dit heeft zowel vanuit duurzaamheid als vanuit beeldkwaliteit een aantal belangrijke voordelen. de daken zorgen voor een kleinere hoeveelheid afgevoerd regenwater en beperken gelijktijdig het piekdebiet bij stortbuien. Ook verminderen de daken het “urban heat island” effect en werken ze als extra dakisolatie. Door het groene karakter zijn de daken aangenamer om op te kijken en verhogen ze de biodiversiteit.

 

De positionering van de leefruimte aan de voorgevel op het gelijkvloers, zorgt ervoor dat de woning een levendige plint heeft die de straat aangenaam maakt om in te wonen en te wandelen.

 

De achtergevel wordt op de derde verdieping voorzien van een groot, perceelsbreed raam naar stedelijk binnen-gebied. Op deze hoogte krijgt de bewoner het gevoel dat de woning niet meer helemaal ingebouwd is door hogere appartementen, zoals dit op het gelijkvloers het geval is.

Dergelijk raam versterkt het contact tussen de verblijfsruimte en de buitenruimte, wat de woonkwaliteit ten goede komt. Daarnaast is de inkijk naar naastliggende percelen beperkt door de constellatie van de omgevende gebouwen.

 

In de voorliggende aanvraag wordt de scheimuur over een beperkte lengte opgehoogd op het gelijkvloers ter hoogte van de achter en linker buur. Deze ophoging  bedraagt 1,30m over een lengte van 2m en brengt geen ontoelaatbaar nadeel met betrekking tot bezonning voor het naburige perceel wordt met zich mee.

 

Volgens artikel 24 van de bouwcode dient elke verblijfsruimte minimaal één te openen gevel- of dakdeel te hebben zodat de ruimte op natuurlijke wijze geventileerd kan worden. Deze opening moet volledig afsluitbaar zijn door middel van een draaiend of schuivend venster, deur of luik en dient direct uit te monden in de open lucht. De ramen zijn niet opengaand ingetekend op de gevelaanzichten. Het opengaan van minstens één gevel- of dakdeel wordt daarom opgenomen als voorwaarde voor vergunning.

 

In de voorliggende aanvraag wordt bovenop het hoofdvolume een nieuw dakterras voorzien. Het voorzien van dit dakterras heeft geen onaanvaardbaar negatief effect op de beeldwaarde van de gevel in de straat. Door de aanwezigheid van verschillende bouwvolumes met blinde muren in het binnen-gebied kan geoordeeld worden dat dit dakterras geen onaanvaardbare storende zichten doet ontstaan naar de aangrenzende eigendommen. Het dakterras is niet onaanvaardbaar storend voor de privacy en is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.

 

Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.

 

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing gezien de aanvraag betrekking heeft op het verbouwen van een meergezinswoning naar een eengezinswoning met een kleine uitbreiding en interne verbouwingen. Het aantal woongelegenheden vermindert dus.

 

Advies aan het college

 

Advies over de stedenbouwkundige handelingen

Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.

 

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      elke verblijfsruimte dient minimaal één te openen gevel- of dakdeel te hebben;

2.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

3.      het supprimeren van de septische put.

 

Juridische grond

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

Fasering

Procedurestap

Datum

Indiening aanvraag

2 maart 2020

Volledig en ontvankelijk

24 maart 2020

Start openbaar onderzoek

geen

Einde openbaar onderzoek

geen

Gemeenteraad voor wegenwerken

geen

Uiterste beslissingsdatum

22 juni 2020

Verslag GOA

6 mei 2020

naam GOA

Wim Van Roosendael

 

Onderzoek

De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.

 

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

 

Schriftelijke bezwaarschriften

Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften

Petitielijsten

Digitale bezwaarschriften

0

0

0

0

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.

Artikel 2

Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:

 

Algemene voorwaarden

de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.

 

Stedenbouwkundige voorwaarden

1.      elke verblijfsruimte dient minimaal één te openen gevel- of dakdeel te hebben;

2.      na uitvoering van de werken moet voldaan zijn aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.

Uitsluitingen

3.      het supprimeren van de septische put.

 

Artikel 3

Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.

Artikel 4

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.