Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2020035647 |
Gegevens van de aanvrager: |
de heer Mohamed Sellami met als contactadres Boterlaarbaan 210 te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Herentalsebaan 334A te 2100 Deurne (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 32sectie B nr. 475Z16 |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: |
regulariseren van wijzigingen aan de voorgevel en interne verbouwingswerken |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 16/02/2018: vergunning (20172852) voor het verbouwen en uitbreiden van een handelspand.
Vergunde toestand
- functie: eengezinswoning met complementair handelsgelijkvloers;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- inrichting: de bereikbaarheid van de open ruimte op het gelijkvloers dient gegarandeerd vanuit de woongelegenheid.
Huidige toestand
- functie: eengezinswoning met complementair handelsgelijkvloers;
- bouwvolume: conform vergund;
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- functie: eengezinswoning met complementair handelsgelijkvloers;
- bouwvolume: toevoeging van dakterras op plat dak gelijkvloerse achterbouw;
- gevelafwerking:
Inhoud van de aanvraag
- regulariseren van wijzigingen aan de voorgevel;
- interne constructieve werken.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Agentschap Wegen en Verkeer |
31 maart 2020 |
16 april 2020 |
Gunstig |
brandweer/ risicobeheer/ preventie |
31 maart 2020 |
14 april 2020 |
Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
ondernemen en stadsmarketing/ business en innovatie |
30 maart 2020 |
8 april 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied in de stedelijke agglomeratie van Antwerpen, dit is het gedeelte van de stad gelegen tussen de Kleine Ring en respectievelijk de reservatiestrook voor de aanleg van lijninfrastructuur (de A102) tussen Merksem en Wommelgem, de R11 tussen Wommelgem en Mortsel, de oostelijke grens van Mortsel en Hove en de reservatiestrook voor pijpleidingen tussen Hove/Kontich en Hemiksem.
De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
In dit gebied wordt de maximale bouwhoogte afgestemd op de volgende criteria:
- de in de onmiddellijke omgeving aanwezige bouwhoogten;
- de eigen aard van het betrokken gebied;
- de breedte van het voor het gebouw gelegen openbaar domein.
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgend punt:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen.
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft het regulariseren van verbouwingswerken aan een eengezinswoning met een handelsgelijkvloers. De aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande woonfunctie met complementair handelsgelijkvloers blijft behouden en is daarmee in harmonie met de kenmerkende woonfuncties in de Herentalsebaan. De dienst Ondernemen en stadsmarketing (Business en Innovatie) geeft een gunstig advies voor de voorgestelde werken aangezien de aanvraag weinig tot geen wijzigingen heeft met betrekking tot de gelijkvloerse handelsruimte.
Schaal – ruimtegebruik – bouwdichtheid
De aangebrachte wijzigingen beperken zich binnen het bestaande en vergunde volume en beogen geen aanpassing van het aantal woongelegenheden waardoor zowel schaal als ruimtegebruik gerespecteerd blijven.
Visueel-vormelijke elementen
Via voorliggende aanvraag wenst men de aangebrachte gevelwijzigingen aan voor- en achtergevel te regulariseren. De vergunde voorgevel, afgewerkt met lichtgrijze crepi en buitenschrijnwerk in witte pvc, werd gewijzigd naar een afwerking in antracietkleurige baksteen en zwart aluminium buitenschrijnwerk. De achtergevel van de gelijkvloerse achterbouw werd eveneens uitgevoerd in een antracietkleurige baksteen. Het grote raam in de voorgevel op de tweede verdieping werd vervangen door twee afzonderlijke ramen die hetzelfde ritme volgen als de vensteropeningen op de eerste verdieping. Onder de raamopeningen op de eerste en tweede verdieping werden gevelbrede dorpels voorzien die de horizontale geleding van de voorgevel accentueren zoals werd opgelegd als voorwaarde in de vorige vergunning. De aangebrachte wijzigingen zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel.
Daarnaast werd ook het vergunde raamgeheel met etalageraam en toegangsdeur in de gelijkvloerse voorgevel, gewijzigd. De toegang tot het handelsgelijkvloers en de bovenliggende woonruimtes van de eengezinswoning werden van elkaar gescheiden doormiddel van twee afzonderlijke toegangen, zoals uitgesloten uit de voorgaande vergunning. Deze gevelwijzigingen hebben echter tot gevolg dat de eengezinswoning en de complementaire handelsfunctie autonoom van elkaar kunnen functioneren en als aparte entiteiten kunnen worden beschouwd. Het opsplitsen van de eengezinswoning wordt ongunstig beoordeeld zoals beschreven in de paragraaf ‘woninggrootte’. Bijgevolg worden de gevraagde voorgevelwijzigingen op de gelijkvloerse verdieping uitgesloten uit de vergunning.
Woninggrootte
De stad telt heel wat eengezinswoningen, herenhuizen en tal van grondgebonden woningen. Echter worden deze woningen steeds vaker opgedeeld in kleinere woonentiteiten. Ook zijn er steeds minder vergunningen voor de bouw van eengezinswoningen. Om gezinnen in de stad te kunnen blijven aantrekken en behouden is het nodig om de eengezinswoningen te beschermen.
Voorliggende aanvraag tracht de voorgevelwijzigingen, waarbij de toegang tot de handelsruimte op de gelijkvloerse verdieping en de toegang tot de bovengelegen woonruimtes van de eengezinswoning gescheiden worden, te regulariseren nadat deze waren uitgesloten uit de voorgaande vergunning. Deze gevelwijzigingen hebben echter een effect op de interne opdeling van het pand. De oppervlakte van de vergunde woning die wordt opgedeeld in dit project bedraagt circa 231,3m² vloeroppervlakte. De oppervlakte van de nieuwe woonentiteit op de eerste en tweede verdieping (met kelder) heeft een oppervlakte van 156,6m² netto vloeroppervlakte. Er kan niet akkoord worden gegaan met het afsplitsen van de gelijkvloerse handelsruimte van de woning. Beide functies dienen bereikbaar te zijn vanaf het openbaar domein door middel van één toegangsdeur.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
In voorliggende aanvraag wordt op het dak van de gelijkvloerse achterbouw ter hoogte van de linker perceelsgrens een dakterras voorzien dat toegankelijk is vanuit de keuken op de eerste verdieping. Het terras wordt ingesloten door de hoger opgaande achterbouw ter hoogte van de rechter perceelsgrens en de twee bouwlagen hoge achterbouw van de linker aanpalende. De borstwering van het terras springt 0,60m terug ten opzichte van de achtergevel van de linker buur.
Bijgevolg worden er vanop het terras geen storende zichten gecreëerd naar de aangrenzende eigendommen. Het terras is niet storend voor de privacy en is in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Ondanks het feit dat het platte dak van de gelijkvloerse achterbouw gedeeltelijk wordt ingericht als dakterras, dient er nog steeds te worden voldaan aan artikel 38 van de bouwcode dat stelt dat nieuwe platte daken dienen aangelegd te worden als groendak. Dit werd ook opgelegd als voorwaarde in de voorgaande vergunning. Vanuit duurzaamheid heeft een groendak een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van een gewoon dak. Ze zorgen voor een kleinere hoeveelheid afgevoerd regenwater en beperken gelijktijdig het piekdebiet bij stortbuien. Ook verminderen ze het “urban heat island” effect en werken ze als (extra) dakisolatie tegen oververhitting. Ze capteren fijn stof, en zorgen voor meer biodiversiteit in de stad. Omwille van dit positief effect is het verplicht om alle nieuwe platte daken ten minste als extensief groendak aan te leggen.
Als voorwaarde voor vergunning wordt opgelegd dat het platte dak, met uitzondering van de oppervlaktes ingenomen door het dakterras en de lichtkoepel, dient te worden aangelegd als groendak zoals in rood aangeduid op de plannen.
Mits het naleven van de gestelde voorwaarden voldoet de woning aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruiksgenot.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het plat dak van de gelijkvloerse achterbouw dient, met uitzondering van de oppervlakte ingericht als dakterras of voorzien van dakkoepel, te worden aangelegd als groendak, conform artikel 38 van de bouwcode;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
De gelijkvloerse voorgevelwijzigingen worden uitgesloten uit de vergunning.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
16 maart 2020 |
Volledig en ontvankelijk |
30 maart 2020 |
Start openbaar onderzoek |
geen |
Einde openbaar onderzoek |
geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
28 juni 2020 |
Verslag GOA |
11 mei 2020 |
naam GOA |
Katrine Leemans |
Er zijn geen aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, die om hun standpunt gevraagd moesten worden.
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;
2. het plat dak van de gelijkvloerse achterbouw dient, met uitzondering van de oppervlakte ingericht als dakterras of voorzien van dakkoepel, te worden aangelegd als groendak, conform artikel 38 van de bouwcode;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Uitsluitingen
De gelijkvloerse voorgevelwijzigingen worden uitgesloten uit de vergunning.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.