Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de vereenvoudigde procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: | OMV_2020059624 |
Gegevens van de aanvrager: | NV WINVEST Holding met als contactadres Oever 21 te 2000 Antwerpen |
Ligging van het project: | Lange Lobroekstraat 53-55 te 2060 Antwerpen |
Kadastrale gegevens: | afdeling 7 sectie G nr. 422R16 |
Vergunningsplichten: | Stedenbouwkundige handelingen |
Voorwerp van de aanvraag: | vermeerderen van het aantal woonentiteiten |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 04/08/2006: vergunning (86#8720398) voor het renoveren van een handelspand ; de vergunde aanpassingen aan het pand langs de Lange Slachterijstraat werden niet uitgevoerd.
Vergunde/vergund geachte toestand
- functie:
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
Huidige toestand
- functie en bouwvolume: idem aan vergunde toestand;
- gevelafwerking:
Gewenste toestand
- functie:
- 1 eengezinswoning met 1 slaapkamer met een netto vloeroppervlakte van circa 78m²;
- 2 tweeslaapkamerappartementen met een netto vloeroppervlakte van circa 111m²;
- 1 eenslaapkamerappartement in de zolderverdieping met een netto vloeroppervlakte van circa 69m²;
- bouwvolume:
- gevelafwerking:
- gelijkvloers met natuurkleurig houten gevelafwerking;
- verdiepingen met witte bepleistering;
- buitenschrijnwerk in zwartkleurig pvc;
Inhoud van de aanvraag
- het vermeerderen van het aantal wooneenheden van 1 naar 4;
- het doorvoeren van interne constructieve werken;
- het afbreken van een deel van de achterbouw;
- het wijzigen van de gevelafwerking.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen | Advies |
brandweer/ risicobeheer/ preventie | 2 juni 2020 | 24 juni 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Fluvius System Operator | 2 juni 2020 | 9 juni 2020 | Voorwaardelijk gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie | Datum advies gevraagd | Datum advies ontvangen |
Onafhankelijke Diensten/ dienst Strategische Coördinatie/ Loketwerking/ Stadsloketten/ Huisnummeringsteam | 2 juni 2020 | 15 juni 2020 |
stadsontwikkeling/ mobiliteit | 2 juni 2020 | 15 juni 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een woongebied. De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. (Artikel 5 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)
(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening toegankelijkheid)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de verordening toegankelijkheid op volgend punt:
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Verordeningen > verordening wegen voor voetgangersverkeer)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen wordt betrokken bij de beoordeling van de verenigbaarheid van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag omvat onder meer een functiewijziging. De achterbouw die uitgeeft op de Lange Slachterijstraat is in de laatst vergunde toestand deels onderdeel van de horecazaak en deels onderdeel van het appartement. Deze achterbouw wordt omgevormd tot eengezinswoning.
Daarnaast wordt de eerste verdieping van het pand aan de Lange Lobroekstraat, die volgens de laatst vergunde toestand deel uit maakte van de werking van de horecazaak op het gelijkvloers, omgevormd tot een appartement. De functiewijzigingen zijn verenigbaar met de woonomgeving waarin het pand zich situeert.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Doordat het project een functiewijziging inhoudt, dient 20% van het perceel ontpit te worden. Dat is niet het geval. De aanvraag omvat beperkte volumewijzigingen ten opzichte van het huidige volledig bebouwde perceel. De ontpitting die voorzien wordt, bedraagt slechts 4% van de totale perceelsoppervlakte van het project. Gezien de reeds erg dichtbebouwde omgeving is het realiseren van open ruimte cruciaal. Er kunnen geen aanvaardbare stedenbouwkundig argumenten worden voorgelegd om een afwijking op deze 20%-regel te motiveren. De aanvraag is dan ook strijdig met artikel 27 van de bouwcode en een goede ruimtelijke ordening en dient bijgevolg geweigerd te worden. Een aanvraag kan pas in aanmerking komen van vergunning indien voldoende open ruimte (min. 20%) gerealiseerd wordt.
Het kenmerkende hoofdvolume aan de Lange Lobroekstraat bestaat uit een bouwdiepte van circa 9 meter met 3 bouwlagen en een zadeldak. Achter dit hoofdvolume zijn er veelal achterbouwen over de helft van de perceelsbreedte, bestaande uit 2 bouwlagen. Het volume van de aanvraag wijkt met zijn 3 bouwlagen hoge achterbouw over de volledige perceelsbreedte hiervan af.
De bestaande zolderruimte onder het zadeldak wordt omgevormd tot een wooneenheid. De private buitenruimte bij de wooneenheid wordt ingericht buiten dit kenmerkend bouwvolume, namelijk op het dak van de achterbouw. Om toegang te verlenen tot dit dakterras wordt ook een ruime dakkapel voorzien, eveneens een volume-uitbreiding. Gezien de achterbouw reeds afwijkt van de kenmerkende hoogte kan dit dakterras, bovenop deze achterbouw, niet aanvaard worden. Private buitenruimtes dienen binnen het kenmerkende en aanvaardbare bouwvolume te worden ingericht.
Hetzelfde geldt voor de terrassen van de appartementen op de 1ste en 2de verdieping. Aan de rechterzijde wordt de achterbouw op de 1ste en 2de verdieping vervangen door terrassen. Deze buitenruimtes vallen eveneens buiten het kenmerkende bouwvolume.
De aanvraag is bijgevolg niet verenigbaar met artikel 10 van de bouwcode en een goede ruimtelijke ordening en dient dan ook geweigerd te worden.
De Lange Slachterijstraat wordt gekenmerkt door 3 bouwlagen met plat dak. De eengezinswoning die langs deze zijde wordt voorzien bestaat uit 3 bouwlagen met een dakvolume op het plat dak. Dit dakvolume is storend in de omgeving. De plannen voorzien in dit volume louter berging die via een afzonderlijke trap bereikt wordt. Deze trap ontneemt een groot deel van de potentieel bruikbare vloeroppervlakte van de 2de verdieping. Geoordeeld wordt dat dit dakvolume strijdig is met artikel 6 en 10 van de bouwcode en omwille van de functiewijziging afgebroken dient te worden.
Het gebouw waar de eengezinswoning in wordt ondergebracht, wordt zo veel als mogelijk behouden, inclusief de gevel en de verticale circulatie. Door het behoud van de ruime circulatie vlak bij de gevel gaat veel bruikbare vloeroppervlakte verloren en is het niet mogelijk om levendige functies langs de straatgevel te voorzien. De verhouding van de oppervlakte aan circulatiezone ten opzichte van de oppervlakte aan verblijfsruimten is disproportioneel. Het voorzien van een eengezinswoning wordt sterk aangemoedigd, echter wordt aanbevolen om deze onder te brengen in een nieuwbouwvolume, zodat een vrijere planschikking mogelijk is, op maat van de eengezinswoning.
Visueel-vormelijke elementen
De gelijkvloerse horecapui aan de Lange Lobroekstraat bestaat uit een afwerking in verticale naturel houten beplanking. Deze afwerking is niet kenmerkend in een stedelijke omgeving. De aanvraag past de openingen in de gelijkvloerse horecapui aan om een afzonderlijke toegang tot de bovenliggende appartementen mogelijk te maken. De rechteropening wordt verkleind en opnieuw afgewerkt met verticale naturel houten beplanking. Gezien er aanpassingen gebeuren aan de gelijkvloerse horecapui is dit een opportuniteit om dit geveldeel meer af te stemmen op de vormgeving en materialisatie van de rest van de gevel en van de aanpalende panden.
De bovenliggende verdiepingen worden wit geschilderd, waarbij de bestaande detailleringen in de gevel behouden blijven. Deze ingreep is positief voor het gevelbeeld en de beeldkwaliteit van de straat. In functie van het dakappartement worden er dakvlakramen voorzien die echter niet afgestemd zijn op de onderliggende gevelritmering.
Volgens artikel 6 van de bouwcode dienen alle onderdelen van een gebouw afgestemd te zijn met elkaar. Omwille van de aangehaalde opmerkingen wordt geconcludeerd dat dit in voorliggende aanvraag niet het geval is. Om de gevel in aanmerking te laten komen voor vergunning dient het gelijkvloerse gedeelte ervan herbekeken te worden en de dakvlakvenster afgestemd te worden op de onderliggende gevelgeleding. Een plint in duurzaam, robuust materiaal aangevuld met wit pleisterwerk zou een homogener geheel vormen met de rest van de gevel. Door ook de inkomdeur naar de bovenliggende appartementen te voorzien van een glazen paneel zou bijgedragen worden aan een levendige plint en zou de woonfunctie vanaf de straat beter afleesbaar zijn.
Ondanks de functiewijziging van reca naar wonen wordt de gevelindeling langs de Lange Slachterijstraat niet aangepast. De gevel bestaat op het gelijkvloers uit een poort en voordeur. De bovenliggende verdiepingen zijn voorzien van telkens een klein raampje. Hierdoor wordt er op geen enkele manier contact gezocht met de straat. De gevel kan dan ook niet gunstig beoordeeld worden. Met het oog op sociale controle, de algemene beeldkwaliteit en de levendigheid van de straat is het cruciaal dat deze eengezinswoning ook levendige functies langs de straat bevat. De eengezinswoning kan daardoor niet in aanmerking komen van vergunning. De aanvraag dient geweigerd te worden.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
Doordat de eerste verdieping langs de Lange Lobroekstraat wordt omgevormd naar wonen, zal onder meer de keuken van de horecazaak op het gelijkvloers moeten ingericht worden. Het is niet op de plannen af te lezen op welke manier de afvoer van de gassen zal gebeuren zodat eventuele hinderaspecten niet kunnen beoordeeld worden. De aanvraag dient daarom geweigerd te worden.
De bestaande trap in de horecazaak wordt afgesplitst om de toegang te verlenen tot de bovenliggende appartementen. Er wordt een keldertrap gecreëerd onder de bestaande trap die toegang geeft tot de fietsenstalplaatsen. In de horecaruimte wordt het bestaande luik naar de kelder behouden. Terwijl de kelder in de bestaande situatie enkel het doel had om toezicht te houden op de leidingen, wordt deze in de nieuwe situatie ingericht als afvalberging voor de horecazaak. De brandweer maakt in haar verslag de opmerking dat de toegang tot de kelder als volwaardig toegang moet worden uitgewerkt en niet met een luik. Dit advies wordt bijgetreden. Deze trap is ook noodzakelijk in functie van een permanente bereikbaarheid van de afvalberging, dus ook tijdens de openingsuren van de horecazaak. Deze noodzakelijke wijzigingen aan het plan hebben tot gevolg dat de voorliggende planschikking van de gelijkvloerse recafunctie niet in aanmerking kan komen voor vergunning. De aanvraag dient dan ook geweigerd te worden.
Het bouwblok dat wordt gevormd door de Lange Lobroekstraat, Lange Slachterijstraat en Korte Slachterijstraat is door de historische aanwezigheid van vleesverwerkende activiteiten een zeer dens bebouwd bouwblok. Deze bedrijvigheid is verdwenen en wordt stelstelmatig omgevormd naar andere functies. Bij een omvorming naar wonen is het voorzien van meer licht en lucht in dit dense bouwblok, in de vorm van ontpitting, een absolute voorwaarde. De ontpitting van 8m² als tuinzone bij de woning aan de Lange Slachterijstraat is bezwaarlijk kwalitatief te noemen. Het betekent een donkere koker tussen muren van circa 12 meter hoog waar nauwelijks (zon)licht zal kunnen toetreden. Op de eerste verdieping langs de Lange Lobroekstraat wordt ongeveer ¼ van de bestaande vergunde oppervlakte ontpit in functie van een ruime private buitenruimte. De buitenruimte van het appartement op de tweede verdieping wordt vervolgens als een zwevend terras boven de buitenruimte van het appartement op de verdieping opgehangen. Dit veroorzaakt geluids- en privacyhinder voor beide terrassen.
De aanvraag veroorzaakt hinder en voldoet niet aan het gebruiksgenot en is bijgevolg niet verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening. Omwille van een te beperkte ontpitting en het gebrek aan kwalitatieve buitenruimten voor de woningen, dient de aanvraag geweigerd te worden.
Bijkomend wordt opgemerkt dat de aanvraag in strijd is met artikel 18 van de verordening toegankelijkheid.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Het algemene principe is dat een bouwaanvraag in vele gevallen een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, dient het parkeren maximaal op eigen terrein te worden voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeernormen uit de bouwcode artikel 30 (tabel) goedgekeurd door het college op 25 oktober 2014 en herzien op 1 maart 2018 vormen de facto de algemene beleidslijn voor bouwen, verbouwen, vermeerderen van wooneenheden en functiewijzigingen. Wie niet op eigen terrein voorziet in de werkelijke parkeerbehoefte, dient hiervoor een compensatie te betalen.
Voorliggende aanvraag genereert een werkelijke parkeerbehoefte van 3 parkeerplaatsen.
De parkeerbehoefte wordt bepaald op de uitbreiding en functiewijziging. In de laatst vergunde toestand is er een restaurant met 1 bovenliggende wooneenheid. Dit pand wordt verbouwd tot een (kleiner) restaurant, met 3 bovenliggende appartementen en een eengezinswoning.
Het aantal wooneenheden wijzigt dus van 1 naar 4. Bij projecten tot 5 wooneenheden is de parkeernorm 1. De parkeerbehoefte van de 3 bijkomende wooneenheden bedraagt 3.
|
De plannen voorzien in 0 nuttige autostal- en autoparkeerplaatsen.
Er worden geen parkeerplaatsen op eigen terrein voorzien.
|
Het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt 0 Het plan voorziet niet in het aantal te realiseren plaatsen. In een aantal gevallen genereert een aanvraag een werkelijke parkeerbehoefte maar kunnen de plaatsen om stedenbouwkundige redenen niet gerealiseerd worden. Dit is het geval in voorliggende aanvraag. Op het gelijkvloers is een recafunctie aanwezig die ongewijzigd blijft. Een garagepoort voorzien zou een te grote impact hebben op deze bestaande functie.
|
Het aantal ontbrekende autostal- en autoparkeerplaatsen bedraagt dan 3. Dit is het verschil tussen het aantal autostal- en/of autoparkeerplaatsen volgens de werkelijke parkeerbehoefte en het aantal te realiseren autostal- en autoparkeerplaatsen. |
Het aantal ontbrekende autostal- en/of autoparkeerplaatsen wordt belast op basis van het belastingreglement op de omgevingsvergunning van 17 december 2019. Indien deze aanvraag zou vergund worden zou dit dus van toepassing zijn op 3 plaatsen. |
Fietsenstalplaatsen
Voor de 3 bijkomende wooneenheden moeten voldoende fietsenstallingen voorzien worden.
- 2 appartementen met 2 slaapkamers : 2 x 3 = 6
Voor de appartementen wordt een fietsenstalling ingericht in de kelder voor 8 fietsen. Deze fietsenstalling is bereikbaar via een trap met fietsgoot.
Om de trap te bereiken moet in de smalle gang op het gelijkvloers een bocht van 180° genomen worden met de fiets. Er is te weinig ruimte om dan vlot de trap te kunnen gebruiken met de fiets. De toegang naar de fietsenberging moet vlot en veilig georganiseerd worden.
- Voor de eengezinswoning met 1 slaapkamer worden 2 fietsenstallingen voorzien op het gelijkvloers van de woning.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te weigeren, omwille van onverenigbaarheden met stedenbouwkundige voorschriften en een goede ruimtelijke ordening.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap | Datum |
Indiening aanvraag | 8 mei 2020 |
Volledig en ontvankelijk | 2 juni 2020 |
Start openbaar onderzoek | geen |
Einde openbaar onderzoek | geen |
Gemeenteraad voor wegenwerken | geen |
Uiterste beslissingsdatum | 1 augustus 2020 |
Verslag GOA | 14 juli 2020 |
naam GOA | Katrijn Apostel |
De aanpalende eigenaars waarvan de scheidingsmuren met het project zouden worden opgericht, uitgebreid of afgebroken, werden om hun standpunt gevraagd.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Schriftelijke bezwaarschriften | Schriftelijke gebundelde bezwaarschriften | Petitielijsten | Digitale bezwaarschriften |
0 | 0 | 0 | 0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren.
De plannen waarvan het overzicht als bijlage bij dit besluit is gevoegd, maken integraal deel uit van dit besluit.