Er worden twee soorten pakketten voorzien: voor kinderen van 0 tot en met 6 jaar en van 7 tot en met 12 jaar. Met het subsidiebedrag wordt speelgoed aangekocht om in de vrijetijdspakketten op te nemen.
De aanwendingsvoorwaarden die worden gesteld aan deze subsidie zijn:
Onder de doelgroep wordt begrepen kwetsbare kinderen en jongeren, die gekend zijn door de partners van de Huizen van het Kind:
De 17 Huizen van het Kind krijgen naargelang de grootte van hun Huis (aanbod, aantal bezoekers enzovoort) en de Kansarmoede-index van Kind en Gezin op wijkniveau, een aantal pakketten. In totaal worden er 3.250 pakketten verdeeld.
Voor de logistieke organisatie van het verdelen van de pakketten wordt samengewerkt met twee partners van de Huizen van het Kind: Gezinsbond vzw en Gekkoo vzw. De organisaties waarmee wordt samengewerkt in de wijk vanuit de Huizen van het Kind zijn die organisaties die deze kwetsbare kinderen en gezinnen begeleiden en bereiken. Die organisaties worden op maat van de wijk gekozen. Met de Stedelijke Kinderopvang is overkoepelend een samenwerking opgezet. Elke samenwerkende organisatie krijgt naargelang de nood een aantal vrijetijdspakketten. Het doel van deze actie is:
Een vrijetijdspakket zal ofwel op afspraak worden uitgedeeld in de Huizen van het Kind ofwel zal deze door de organisatie zelf aan het gezin worden gegeven.
De controle gebeurt door de stedelijke coördinatoren van de Huizen van het Kind. Er wordt centraal een lijst bijgehouden met samenwerkende organisaties per wijk of Huis van het Kind, het aantal pakketten die werden gegeven per organisatie en het totaal aantal kinderen dat een pakket heeft gekregen.
Het Huis van het Kind dient ten laatste op 15 november 2020 een eindverslag in bij het agentschap Opgroeien dat belast is met de controle. Dit eindverslag bevat minstens een kostenstaat met betrekking tot de aankoop van vrijetijdsmateriaal, alsook een rapportage van het bereiken van kinderen in een maatschappelijk kwetsbare positie en van de samenwerking met de relevante partners in functie van de verdeling van het vrijetijdsmateriaal.
Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een projectsubsidie aan de Huizen van het Kind ter compensatie van de aankoop van vrijetijdsmateriaal voor kinderen in een maatschappelijk kwetsbare positie.
Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen en gemeenteraadsbesluit van 18 december 2006 (jaarnummer 2730) dat het stedelijk reglement op de toelagen vastlegt.
Vanuit de Vlaamse Regering werd het actieplan ‘Generatie Veerkracht’ (zie bijlage) gelanceerd voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren in tijden van corona. Dit actieplan bestaat uit 6 concrete hefbomen om kwetsbare kinderen en jongeren in deze tijden van corona beter te ondersteunen en perspectief te geven en voorziet hiervoor per hefboom extra middelen.
De eerste hefboom is het lokaal aanbieden van pakketten via de Huizen van het Kind aan kwetsbare kinderen en jongeren. Elk vrijetijdspakket bevat:
De Vlaamse Regering heeft hiervoor een subsidie van 65.000 EUR subsidie aan de stad toegekend en uitbetaald. De stad fungeert als doorgeefluik naar de Huizen van het Kind. Het zijn de Huizen van het Kind die moeten instaan voor de verdeling van deze pakketten aan kwetsbare kinderen.
De aankoop van het speelgoed in de vrijetijdspakketten gebeurt op raamovereenkomst voor educatief speelgoed bij de firma Hageland Educatief. Er wordt 64.961,58 euro (incl.btw) vastgelegd.
Het college keurt de toelage, onder de vorm van speelgoed voor de samenstelling van vrijetijdspakketten, aan Huizen van het Kind in functie van de verdeling van vrijetijdspaketten aan kinderen in een kwetsbare positie, goed.