2020_CBS_05650 - Omgevingsvergunning. Advies hogere overheid. Voorwaardelijk gunstig advies - OMV_2020026085. Metropoolstraat/ Vaartkaai ZN. District Merksem - Goedkeuring

Conform artikel 24 en 42 van het Omgevingsvergunningsdecreet heeft het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar de bevoegdheid advies uit te brengen voor de vergunningsaanvragen op haar grondgebied waarvoor de deputatie, de Vlaamse regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de bevoegde overheid is, tenzij:

1.      de aanvraag ingediend is door het betrokken college;

2.      de aanvraag louter betrekking heeft op mobiele of verplaatsbare ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

Het college heeft op 17 november 2017 (jaarnummer 2017_CBS_08858) beslist om de adviesbevoegdheid op te nemen.

Er werd bij de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag wordt behandeld volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.

De Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar verzoekt het college of de gemeentelijke omgevingsambtenaar om:

- een openbaar onderzoek te houden;

- advies uit te brengen.

Omschrijving stedenbouwkundige handelingen

Relevante voorgeschiedenis

-          23/08/2016: vergunning (20153347) voor het herbouwen van brug Van den Azijn;

-          03/02/2015: vergunning (20142746) voor het aanleggen van een dubbelrichtingsfietspad met bijhorende oversteekplaatsen langs de Metropoolstraat en Vaarkaai.

Vergunde toestand/huidige toestand

-          rechteroever van het Albertkanaal (Metropoolstraat/Vaartkaai) met rijweg, voet- en fietspad.

Gewenste toestand

-          op de Vaartkaai en de Metropoolstraat te Antwerpen-Merksem en Schoten:

• gescheiden rooistelsel;
• nieuwe oever en jaagpad;
• heraangelegde wegen;
• vellen bomen.

Inhoud van de aanvraag

-          vernieuwen van de rechteroever van het Albertkanaal:

• bouwen van een nieuwe oeverconstructie;
• aanleggen van nieuwe wegenis; 
• aanleggen van nieuwe riolering.

Adviezen

Externe adviezen

Interne adviezen

Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen

Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen

Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen). Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in een gebied voor gemeenschapsuitrusting en openbare nutsvoorziening. Onder gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen dient te worden begrepen voorzieningen die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang en die ten dienste van de gemeenschap worden gesteld. De idee van dienstverlening (verzorgende sector) aan de gemeenschap is derhalve rechtstreeks aanwezig. Artikel 4.4.8.van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat in gebieden die op de gewestplannen zijn aangewezen als gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, handelingen van algemeen belang en de daarmee verbonden activiteiten te allen tijde kunnen worden toegelaten, ongeacht het publiek of privaatrechtelijk statuut van de aanvrager of het al dan niet aanwezig zijn van enig winstoogmerk. Als gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen kunnen eveneens worden beschouwd een school, een voor het publiek toegankelijke toegangsweg tot een vergund gebouwencomplex in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en neveninrichtingen naast een autosnelweg. Alhoewel in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in principe geen gebouwen met een woonfunctie zijn toegelaten, heeft de Raad van State bovendien niettemin geoordeeld dat service-flats voor bejaarden kunnen worden vergund in dergelijk gebied. Ook een nomadenkamp werd door de Raad van State beschouwd als een gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorziening. (Artikel 17 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen.)

Het eigendom is gelegen in het gewestplan Antwerpen (Koninklijk Besluit van 3 oktober 1979 en latere wijzigingen).Het eigendom ligt, volgens dit van kracht zijnde gewestplan, in het gebied waterweg. Binnen het havengebied werden sommige infrastructuurwerken aangeduid op het gewestplan en andere niet. Het is vrijwel onmogelijk al deze voorzieningen binnen een dergelijk dynamisch gebied op voorhand te plannen. De aanduidingen als industriegebied voor het havengebied moet dan ook toelaten dat steeds alle waterbouwkundige, infrastructuur- en uitrustingswerken mogelijk zijn. Het was echter juridisch onmogelijk dat voor het havengebied een bijzonder planologisch voorschrift werd ingevoerd, qua bodembestemming.

(Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP's) kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/grup. Het gewestplan kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be/gewestplan.)De aanvraag ligt niet in een verkaveling.

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan.

Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen

-          Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van de bouwcode.

Sectorale regelgeving

-          Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.

-          Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via https://omgeving.vlaanderen.be, ga naar Decreten en uitvoeringsbesluiten > Decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
 

Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)

-          BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.

Omgevingstoets

Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

Voorliggende aanvraag omvat geen functiewijziging. De bestaande functie van openbaar domein met kaaimuur en wegenis blijft behouden.

Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid

De aanvraag betreft de aanpassing van de kaaimuur en de aanleg van nieuwe wegenis en riolering op de rechteroever van het Albertkanaal tussen de brug van den Azijn en de Kruiningenstraat (Schoten).

De schaal en het ruimtegebruik van het openbaar domein worden hierbij niet noemenswaardig gewijzigd of overschreden.

De stedelijke dienst ontwerp & uitvoering adviseert de aanvraag voorwaardelijk gunstig als volgt:

Het plan sluit niet correct aan op de bestaande toestand. Momenteel ligt er een dubbelrichtingsfietspad in de Straalstraat zijde brug. In het nieuwe plan van onderhavige omgevingsvergunning wordt het bestaande fietspad aan landzijde op Vaartkaai richting Hoogmolenbrug gesupprimeerd. De fietsverbinding loopt via het jaagpad. De oversteek dwars over Straalstraat en dwars over de Vaartkaai zijn er in functie van het bereiken van het gesupprimeerde fietspad aan landzijde. Beide oversteken zijn dus overbodig en het plan moet in die zin aangepast worden. Bovendien dient de groenstrook door te lopen en de boordsteen verhoogd te worden in de bocht Vaartkaai-Straalstraat. Dit om te vermijden dat dit foutief als oversteekplek gebruikt zal worden.

Omdat er geen verlichting op het plan staat, is het moeilijk te beoordelen of deze op een goede locatie staat. Deze zou eveneens in afstemming met de stad Antwerpen op de plannen gezet moeten worden.

Op onderhavige plannen staat een groenstrook ingetekend zonder bomen. Bij/na uitvoering van de werken moet het mogelijk zijn om bomen aan te planten om de 15m, daar waar de groenstrook tenminste 1.8m breed is. Vanuit de stad Antwerpen wordt gevraagd om de bomen in te tekenen in samenspraak met de stad.

De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen, tel. 03 338 84 07,

herstellingopenbareruimte@stad.antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en heraanleg openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op:

https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken

Deze voorwaarde wordt overgenomen in het advies.

Visueel-vormelijke elementen

De materialen van de nieuwe infrastructuur zijn in overeenstemming met de stedelijke context van het perceel en gericht op hun specifieke doelgroep (gemotoriseerd verkeer en zwakke weggebruikers).

Cultuurhistorische aspecten

De stedelijke dienst stadsontwikkeling – archeologie adviseert de aanvraag gunstig als volgt:

Het projectgebied bevindt zich buiten een archeologisch vastgestelde zone. Het betreft een projectgebied met een oppervlakte boven 3000 m² (31 200 m²) en een ingreep boven de 1000 m² (ca. 31 200 m²). Volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.4.1 is hiervoor een archeologienota verplicht.

De archeologienota werd ingediend door BAAC, waarvan door het agentschap Onroerend Erfgoed akte genomen op 13/06/2019. Er is een correct verband tussen aangevraagde ingrepen en deze vermeld in de archeologienota. Het bijhorende programma van maatregelen beveelt geen vervolgonderzoek (https://loket.onroerenderfgoed.be/archeologie/notas/archeologienotas/11335). Eventuele vondsten dienen gemeld te worden onder de vondstmeldingsplicht (Onroerenderfgoeddecreet van 2 juli 2013, artikel 5.1.4).

Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen

De stedelijke dienst stadsontwikkeling – milieuvergunning adviseert de aanvraag gunstig als volgt:

Dit project is slechts een onderdeel van de modernisering van het Albertkanaal tussen de Noorderlaanbrug en de sluis van Wijnegem. Voor het totale project werd een project-MER opgesteld.

Dit deel van het project is niet gelegen in biologisch waardevol gebied, habitat- of vogelrichtlijngebied maar bevindt zich grotendeels in industriezone.

In een eerste fase zal er een nieuwe oeververdediging en jaagpad gebouwd worden. De nieuwe oever zal bestaan uit een verankerde wand en afgewerkt worden met een betonnen kesp en zal uitgerust worden met bolders, ladders, handgrepen en dekzerken. Deze oeververdediging moet aangepast worden om in de toekomst kanaalverdiepingswerken te realiseren. De bestaande oever en het jaagpad zullen uitgebroken worden.

In een tweede fase zal nieuwe wegenis aangelegd worden voor het gemotoriseerd verkeer, een voetpad tussen de rijweg en de bedrijven en een volledig nieuwe riolering.

Voor de uitvoering van de werken zijn er mogelijks indelingsplichtige activiteiten aanwezig (opslag gevaarlijke producten, bemalingen, tijdelijke opslag uitgegraven grond, stallen van voertuigen,…). Om de hinder en effecten naar bodem, water, biodiversiteit, omgeving en mens te beperken dient er rekening te worden gehouden met de milderende maatregelen die opgenomen zijn in het project-MER.

Vanuit milieutechnisch oogpunt is er geen bezwaar de vergunning te verlenen mits er rekening wordt gehouden met deze maatregelen.

Deze voorwaarde wordt overgenomen in het advies.

De stedelijke dienst stadsbeheer – groen en begraafplaatsen merkt op dat indien er hoogstammige bomen geveld worden deze moeten gecompenseerd worden met inheemse soorten.

Dit wordt opgenomen in de voorwaarden.

De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de lokale politie Antwerpen, preventiedienst. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling:

“De inspanningen en reeds genomen initiatieven omtrent het verhogen van het veiligheidsniveau moeten worden behouden en daar waar nodig geoptimaliseerd. 

We moeten streven naar een veilig omgeving waar het ‘fijn’ toeven is, het aandachtspunt is om beveiligingsmaatregelen te introduceren zonder dat ze het subjectief onveiligheidsgevoel aanwakkeren.

Aanbevelingen inzake “Veiligheidsbeleving”

1. Blijvende inspanning omtrent proper- en netheid van de site is een prioriteit.  Zwerfvuil/sluikstort dient asap te worden verwijderd.
2. VISIBILITEIT & OVERZICHT : de gebruikers dienen steeds een goed overzicht te hebben, om onverwachte calamiteiten tijdig in te schatten.  Deze visibiliteit dient zodanig te zijn dat alle weggebruikers elkaar voldoende kunnen observeren. (fietsers zien de bewegingen op straat/automobilisten zien activiteit op fietspad). Voor een potentiële dader is een open omgeving met weinig verbergingsmogelijkheden een risico.
3. GROENVOORZIENING & AANPLANTINGEN dienen te worden laag gehouden en geen mogelijkheid te bieden om zich te verbergen. (- 50cm) De aanplantingen hebben bij voorkeur een ondoordringbaar  karakter.
4.  GESCHEIDEN VERKEERSSTROMEN, daar waar mogelijk dient het fietspad in een ‘eigen bedding’ te liggen; Door aan beide zijden een moeilijk doordringbare strook aan te leggen, vb ondoordringbare aanplantingen afgewisseld met hekwerk….enz.  wordt de ‘aanvalstijd’ van de potentiële crimineel verlengd.  In de hoop dat ook het slachtoffer zijn reactietijd kan verlengen. De obstakels mogen uiteraard de visibiliteit niet beïnvloeden. Betreden en verlaten van het pad kan enkel op bepaalde plaatsen. (thv straten, rustpunten…enz.)
5. BRUGPIJLERS/bruggen : vormen een extra risico.  Enerzijds verhogen ze het subjectief onveiligheidsgevoel van de gebruiker, anderzijds verhogen zij de potentiële kansen van een overvaller om zijn slag succesvol uit te voeren. We stellen dan ook om het fietspad in een meer beveiligde bedding te laten lopen. Oa : voorkomen dat een potentiële dader zich achter de brugpeilers kan verschuilen, dmv een afsluiting, glaswand, creatief hekwerk…..enz.  Het spreekt vanzelf dat de veiligheidsmaatregelen het subjectief veiligheidsgevoel niet mag stimuleren.  Een creatieve aanpak is hier noodzakelijk.
6. Blijvend onderhoud van de aangebrachte “street art”.
7. Sensibiliseer gebruikers om problemen, misbruiken, calamiteiten op het traject direct te melden.  V.b.  affichering ‘blauwe lijn, (tegelijkertijd de overige noodnummers) 

Aanbevelingen inzake Sociale controle en Verlichting

    8. Permanente opvolging en evaluatie van het geplaatste stadsmeubilair.   De plaatsing van zitbanken en vuilnisbakken op het traject is een zinvolle maatregel.  Gezien de eerder afgelegen locatie, bestaat de kans         dat dit meubilair overlast in de hand werkt. (rondhanggedrag, drugoverlast, sluikstort…..enz.)   Opvolging dringt zich op.

    9. Het onderhoud van deze locaties is van primordiaal belang.

   10.Verlichting & lichtplan : het volledige traject dient voldoende en gelijkmatig te zijn verlicht, de reeds bijgeplaatste verlichting lijkt voldoende.  Toch dient ook het lichtplan onderwerp van regelmatige evaluatie te                zijn. 

Aanbevelingen inzake cameratoezicht

11.   Camerabewaking zal het sluitstuk blijven om deze site veilig te houden, voorzie dan ook dat camera’s flexibel en op elk stuk van het traject kunnen worden ingezet.  Het gebruik van mobiele camera’s is hier ten            zeerste aan te raden. Het benadrukken van de aanwezigheid van camera’s dmv extra afficheren kan een aanbeveling zijn.

Dit advies is opgesteld nav een ‘first vision’   Wij zijn steeds bereid om desgewenst dit advies verder uit te werken.

De aandachtspunten van dit advies zijn:

• De creatie van een veilige en aangename site.
• Grote visibiliteit voor alle gebruikers, zeker fietsers en voetgangers moeten optimale observatiemogelijkheden hebben.
• Optimaliseren van de veiligheidsbeleving door een beveiligd fietspad waar er voldoende reactietijd ontstaat om een potentiële calamiteit te voorkomen.
• Mobiele en flexibele camerabewaking lijkt opportuun te zijn.”

De voorwaarden geformuleerd in dit advies zullen als voorwaarden bij de stedenbouwkundige vergunning worden opgelegd.

De aanvraag is voor advies opgestuurd naar de dienst maatschappelijke veiligheid. De dienst adviseert voorwaardelijk gunstig met volgende beoordeling:

“Omdat de fietsverbinding tussen het Albertkanaal en een industriezone ligt, moet er extra aandacht gaan naar ingrepen die de sociale veiligheid verbeteren:

• Er moet voldoende verlichting op het jaagpad worden geplaatst in samenspraak met de stad Antwerpen, analoog aan de reeds vernieuwde delen van het jaagpad 
• De groene buffer tussen het jaagpad en de rijweg mag het zicht op het jaagpad niet belemmeren.”

De voorwaarden geformuleerd in dit advies zullen als voorwaarden bij de stedenbouwkundige vergunning worden opgelegd.

Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)

Het algemene principe is dat elke bouwaanvraag een parkeerbehoefte genereert. Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).

De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de inhoud van de aanvraag geen impact heeft op de parkeerbehoefte.

Advies van het college

Gunstig advies te verlenen voor de aanvraag tot omgevingsvergunning onder voorwaarden.

Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden

1.      de bijgevoegde brandvoorzorgsmaatregelen zijn op het moment van 1e ingebruikname/exploitatie strikt na te leven;

2.      alle voorwaarden gesteld in de sectorale adviezen dienen strikt te worden opgevolgd;

3.      De bouwheer zal voor de werken contact opnemen met Stadsontwikkeling – Dienst Beheer & Onderhoud, Postadres aangetekende zending: Grote Markt 1, 2000 Antwerpen,
tel. 03 338 84 07, herstellingopenbareruimte@stad.antwerpen.be, betreffende opmaak plaatsbeschrijving en heraanleg openbaar domein na afloop van de bouwwerken. Meer informatie vindt u op: https://www.antwerpen.be/nl/info/52d5052439d8a6ec798b4a7e/schade-aan-openbaar-domein-of-aanpassing-na-werken

4.      er dient rekening te worden gehouden met de milderende maatregelen die opgenomen zijn in het project-MER;

5.      indien er hoogstammige bomen geveld worden, moeten deze gecompenseerd worden met inheemse soorten;

6.     de creatie van een veilige en aangename site;

7.     grote visibiliteit voor alle gebruikers, zeker fietsers en voetgangers moeten optimale observatiemogelijkheden hebben;

8.     optimaliseren van de veiligheidsbeleving door een beveiligd fietspad waar er voldoende reactietijd ontstaat om een potentiële calamiteit te voorkomen;

9.      mobiele en flexibele camerabewaking lijkt opportuun te zijn;

10    er moet voldoende verlichting op het jaagpad worden geplaatst in samenspraak met de stad Antwerpen, analoog aan de reeds vernieuwde delen van het jaagpad;

11.    de groene buffer tussen het jaagpad en de rijweg mag het zicht op het jaagpad niet belemmeren.

Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.

De aanvraag werd onderworpen aan 2 openbare onderzoeken.

Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten

Informatievergadering

Een informatievergadering was niet vereist en werd niet gehouden.