2020_CBS_01641 - Participatiedecreet - Afsprakennota 2020-2025 vrijetijdsparticipatie mensen in armoede. Visie - Goedkeuring

Participatiedecreet van 18 januari 2008 met betrekking tot flankerende maatregelen voor het participeren van  mensen in armoede aan het vrijetijdsaanbod.

De light-versie van de afsprakennota met de Vlaamse overheid is een voortzetting van de bestaande werking, aangevuld met participatieve trajecten om te groeien naar een vernieuwde, geïntegreerde werking.  Deze participatieve trajecten moeten de nodige input leveren voor de definitieve versie.  In het kader hiervan werkte de stad een visie uit waar in het doel van vrijetijdsparticipatie mensen in armoede, de doelgroep, een aantal principes en de rol van de overheid gedefinieerd worden en wordt opgelijst wanneer de stad tevreden zal zijn.  

De visie is als volgt:

Doel:

Mensen in armoede kansen bieden zodat ze groeien in hun zelfstandige maatschappelijke participatie. Culturele en maatschappelijke ontplooiing is essentieel voor iedereen. Deelnemen aan vrije tijd geeft kansen tot ontmoeten, draagt bij tot het ontwikkelen van individuele vaardigheden en het uitbouwen van duurzame netwerken.

Doelgroep/mensen in armoede:

Alle mensen die onvoldoende middelen hebben voor het voorzien in hun primaire behoeften en die zijn ingeschreven op het grondgebied van de stad Antwerpen.

Primaire criteria:

• mensen met recht op verhoogde tegemoetkoming in de ziekteverzekering;
• mensen in actieve begeleiding bij een sociaal centrum van de stad;
• mensen in een traject van schuldhulpverlening;

Maar ook:

• mensen die worden toegeleid door sociale partners en armoedeorganisaties maar die niet aan de primaire criteria voldoen.

Waarom via vrijetijdsparticipatie?

Vrije tijd is een aangename, laagdrempelige manier om mensen te bereiken, geeft kansen tot ontmoeten, draagt bij tot het ontwikkelen van individuele vaardigheden en tot het uitbouwen van duurzame netwerken zodat deelnemers op een positieve manier kunnen deelnemen aan de maatschappij en daaraan bijdragen.

Principes:

1. Culturele en maatschappelijke ontplooiing is essentieel voor iedereen.  Deelnemen is een keuze maar vraagt een engagement van beide partijen.
2. Samenwerking en afstemming tussen beleidsdomeinen en teams zijn een evidentie.
3. De dienstverlening is in functie van de noden van de doelgroep ongeacht het statuut van de mensen in armoede.
4. De mate van maatschappelijke participatie is afgestemd op de mogelijkheden van de mensen in armoede. Hierbij zijn we ambitieus, we prikkelen mensen in armoede en dagen ze uit.
5. Het aanbod en de aanpak zijn toegankelijk, gedifferentieerd en aangepast aan de mogelijkheden en de wensen van de mensen in armoede.

Rol van de overheid:

• Opportuniteiten zoeken en bieden in functie van duurzame participatie;
• opsporen en wegwerken van drempels (vanuit perspectief klant + organisatie) en dit zowel vanuit de rol van vrijetijdsaanbieder als vanuit de rol als regisseur;
• voorzien van middelen voor het detecteren van drempels en het informeren, toeleiden en begeleiden van mensen in armoede;
• opnemen van sturende en coördinerende rol in het organisatienetwerk.

Wanneer zijn we tevreden?

• Mensen in armoede hebben de aangeboden kansen benut en stappen gezet in hun maatschappelijke participatie;
• mensen in armoede ervaren geen drempels in hun vrijetijdsparticipatie: De drempels zijn weggewerkt aan de zijde van de organisatie/het aanbod en voldoen aan de zeven b's rond toegankelijkheid van het klantenmodel zoals goedgekeurd door het managementteam van 6 februari 2019. De deelnemers zijn voldoende versterkt om de drempels te nemen.
• het organisatienetwerk heeft een éénduidige visie, doelstelling en werking waar de rollen duidelijk zijn voor iedereen, met het oog op een gelijkaardige dienstverlening naar de klant;
• de focus ligt op het begeleiden naar zelfstandige participatie, de acties worden 'bewust' ingezet om de zelfredzaamheid te verhogen;
• de middelen worden ingezet in functie van het doel, ongeacht het statuut van de klant;
• duidelijke indicatoren, zowel proces- als resultaatsindicatoren, met bijzondere aandacht voor de gewenste output, zijn uitgewerkt.

De Vlaamse overheid moedigt gemeenten aan om op lokaal vlak een dynamisch beleid uit te bouwen voor de kansengroep personen in armoede.

Op 18 januari 2008 keurde het Vlaams Parlement het decreet houdende flankerende en stimulerende maatregelen ter bevordering van de participatie in cultuur, jeugdwerk en sport goed.  Het participatiedecreet beoogt de ondersteuning, verrijking en versterking van de participatie in cultuur-, jeugd- en sportbeleid.
Het decreet voorziet in hoofdstuk IV, afdeling III in een regeling voor de subsidiëring van lokale netwerken voor de bevordering van vrijetijdsparticipatie van personen in armoede.

In 2008 richtte de stad Antwerpen hiertoe een lokaal netwerk op. Om de subsidies te ontvangen moet het lokaal netwerk per legislatuur een aanvraag voor subsidie indienen bij de Vlaamse overheid.  Er werden ondertussen drie dossiers ingediend en goedgekeurd.

In samenspraak met de Vlaamse overheid werd geopteerd om het dossier 2020 - 2025 in te dienen in twee fasen.
De 'light-versie', door het college goedgekeurd op 30 augustus 2019 (jaarnummer 06999), werd ingediend bij de Vlaamse overheid in het najaar van 2019. Het dossier werd ondertussen goedgekeurd door de Vlaamse overheid en de middelen werden toegezegd. 
De definitieve versie zal voorgelegd worden aan de Vlaamse overheid in mei 2021.