2020_IP_00346 - Interpellatie van raadslid Filip Dewinter: De aangekondigde bouw van de voetgangers- en fietsersbrug over de Schelde

Maandag 7 december jl werd beslist om alsnog een voetgangers- en fietsersbrug over de Schelde te bouwen. Zowel wat de timing, de financiering als de haalbaarheid betreft blijven er grote onduidelijkheden bestaan.

Kan de Schepen meedelen:

• Wie de financiering van deze brug voor zijn rekening neemt? In welke begroting of meerjarenplanning werden de bedragen voor de bouw van deze brug ingeschreven? Maakt de financiering van deze brug op enige wijze deel uit van de voorziene budgetten voor het Oosterweelproject?
• Wat is de timing (financiering, aanbesteding, aanvang bouw, opening brug…) voor de bouw van de brug? Wanneer moet het project klaar zijn?
• Oorspronkelijk waren verschillende alternatieven voor de fietsers- en voetgangersbrug voorzien? Oa. een tunnel en sneldienstveer behoorden tot de mogelijkheden. Het sneldienstveer zou slechts een vierde van de kostprijs van de brug kosten; zou het scheepsverkeer niet hinderen en zou ook zo goed als onmiddellijk kunnen in gebruik worden genomen. Waarom werd deze mogelijkheid niet verder onderzocht? Wat is de kostprijs van de genoemde alternatieven? Waarom werd beslist om de brug-variante te behouden en de andere alternatieven niet?
• Door oa. de Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust (AMDK) werden in een nota allerlei bezwaren geuit voor wat betreft de bouw van de brug. AMDK gaat uit van vier tot vijf brugopeningen per dag van 40 minuten. Sommige brugopeningen zouden langer dan één uur kunnen duren. U spreekt in de pers van 2,5 openingen per dag van gemiddeld 31 minuten. Hoe nuttig en relevant wordt zo’n brug indien – volgens MDK - de brug gemiddeld drie uur per dag onbruikbaar zou zijn?

Het ophogen van de brug met drie meter zou volgens de Beroepsvereniging van Loodsen geen garantie zijn voor minder openingen. Hoe reageert de Schepen op deze opmerkingen?

Naar verluidt zou door de dienst Vlaamse Waterwegen de voorbije maanden een studie zijn uitgevoerd betreffende het aantal bewegingen van schepen allerhande op de plaats waar de brug gebouwd moet worden. Wat is de conclusie van deze studie?

• Om het aantal openingen van de brug te beperken dienen noodaanlegplaatsen stroomopwaarts op de Schelde voor zeevaartschepen met een grotere diepgang dan vijf meter noodzakelijk zijn. Worden deze noodaanlegplaatsen voorzien? Zo ja waar en hoeveel? Werd de kostprijs van deze noodaanlegplaatsen voorzien in de geraamde kostprijs van 200.000 euro?
• De brug zal op zijn hoogste punt ongeveer 17 meter boven het wateroppervlakte hangen. Hoe veilig is deze brug voor voetgangers en fietsers bij storm- of slecht weer tijdens een gemiddelde winternacht?

Bestaat er een scenario om de brug bij slecht weer af te sluiten?

• Er werden heel wat middelen geïnvesteerd in de bouw van een cruiseterminal met een kade van 265 meter. Naar verluidt zouden door de bouw van de brug de diepgang van de cruiseschepen die kunnen aanmeren aan de cruiseterminal beperkt worden tot 210 meter terwijl momenteel ook de allergrootste cruiseschepen met een lengte tot 250/260 meter kunnen aanmeren. Wat is de reactie van de Schepen terzake?
• Door de dienst Vlaamse Waterwegen werd een studie/nota met aanbevelingen overgemaakt aan de Vlaamse minister van mobiliteit. Naar verluidt werd afgesproken om op basis van de aanbevelingen en opmerkingen van de dienst Vlaamse Waterwegen maar ook op basis van soortgelijke fundamentele opmerkingen van het Waterbouwkundig Laboratorium en dienst Maritieme Dienstverlening en Kust een nieuwe algemene studie te laten maken over de technische haalbaarheid van deze voetgangers- en fietsersbrug. Ondanks gemaakte afspraken is toch snel beslist om de brug te bouwen zonder verder overleg met de betrokken diensten. Waarom?