Conform artikel 15 van het Omgevingsvergunningsdecreet is het college van burgemeester en schepenen voor zijn ambtsgebied in eerste administratieve aanleg bevoegd voor volgende aanvragen van:
1. de gemeentelijke projecten;
2. andere gevallen dan deze waarvoor de Vlaamse regering of de deputatie bevoegd is.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend bij het college van burgemeester en schepenen, die behandeld wordt volgens de gewone procedure van het Omgevingsvergunningendecreet.
Projectnummer: |
OMV_2019158287 |
Gegevens van de aanvrager: |
Koen Branders - Hannes van Meer met als adres Van der Keilenstraat 9 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Ligging van het project: |
Van der Keilenstraat 9 te 2140 Borgerhout (Antwerpen) |
Kadastrale gegevens: |
afdeling 8sectie H nrs. 853L2 en afdeling 25sectie A nrs. 908X |
Vergunningsplichten: |
Stedenbouwkundige handelingen. |
Voorwerp van de aanvraag: |
verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning |
Omschrijving stedenbouwkundige handelingen
Relevante voorgeschiedenis
- 11/9/1989: vergunning (179#9424) voor het plaatsen van een garagepoort in de woning;
- 6/11/1967: vergunning (180#2012) voor voorgevelveranderings- en verbouwingswerken;
- 12/12/1929: vergunning (1399#11825) voor vergrotingswerken;
- 22/11/1929: vergunning (1929#35203) voor gevel- en binnenveranderingen.
Vergunde/vergund geachte toestand
- eengezinswoning in gesloten bebouwing;
- inrichting:
- volume:
- gevel:
Huidige toestand
- functie: eengezinswoning in gesloten bebouwing;
- een deel van het perceel is beschermd als monument (ID 6999) als neoclassicistisch herenhuis met tuin;
- inrichting:
- volume: ongewijzigd;
- gevel:
Gewenste toestand
- functie: eengezinswoning;
- inrichting:
- volume:
- gevel:
Inhoud van de aanvraag
- verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning;
- slopen van de bestaande achterbouw;
- interne constructieve ingrepen;
- openmaken van de tuinmuur tussen twee percelen (voorste perceel en achterliggend braak perceel);
- het voorzien van open ruimte op het achterliggend perceel;
- wijzigen van het maaiveld (verlagen);
- wijzigen van de voorgevel.
Voorafgaand aan zijn beslissing neemt het college kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
Het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar luidt:
Adviezen
Externe adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
Advies |
Onroerend Erfgoed |
17 januari 2020 |
10 maart 2020 |
Gunstig |
Interne adviezen
Adviesinstantie |
Datum advies gevraagd |
Datum advies ontvangen |
stadsontwikkeling/ onroerend erfgoed/ monumentenzorg |
17 januari 2020 |
30 januari 2020 |
Toetsing regelgeving en beleidsrichtlijnen
Plannen van aanleg, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verkavelingen
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GRUP Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen, goedgekeurd op 19 juni 2009.
Het eigendom is gelegen binnen de omschrijving van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP 2060, goedgekeurd op 20 december 2012. Volgens dit plan ligt het eigendom in de volgende zone: artikel 1 zone voor wonen - (wo).
(Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘goedgekeurde BPA’s en RUP’s'.)
De aanvraag ligt niet in een verkaveling.
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan op volgend punt:
- artikel 1.2.1. Bouwdiepte:
ten opzichte van de achterste perceelsgrens (van het perceel aan de straat) werd geen 5m voorzien die vrij is van constructies. De bebouwing loopt tot tegen (of over) deze perceelsgrens;
Gewestelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Hemelwater: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (verder genoemd verordening hemelwater).
(De verordening hemelwater kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Hemelwater)
De verordening hemelwater is niet van toepassing op de aanvraag.
- Toegankelijkheid: het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (verder genoemd verordening toegankelijkheid).
(De verordening toegankelijkheid kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen > Toegankelijkheid publieke gebouwen)
De verordening toegankelijkheid is niet van toepassing op de aanvraag.
Algemene bouwverordeningen
- Voetgangersverkeer: het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1997 houdende de vaststelling van algemene bouwverordeningen inzake wegen voor voetgangersverkeer (verder genoemd verordening voetgangersverkeer), en de omzendbrief RO/98/2 van 23 maart 1998 betreffende de algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer.
(De verordening voetgangersverkeer kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > Verordeningen)
De verordening voetgangersverkeer is niet van toepassing op de aanvraag.
Gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen
- Bouwcode: de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening (verder genoemd bouwcode), definitief vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 april 2014 en goedgekeurd bij besluit van de deputatie van de provincie Antwerpen van 9 oktober 2014.
(De bouwcode kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De aanvraag wijkt af van de bepalingen van de bouwcode op volgende punten:
De vrije hoogte van de uitbreiding op het gelijkvloers en 1ste verdieping is deels circa 2,53m onder de balken. Tussen de balken is de hoogte 2,75m;
Het gedeelte van de scheidingsmuur heeft geen opstand van 30cm ten opzichte van het hoogste aangrenzende dakvlak;
Sectorale regelgeving
- MER-screening: de overheid die beslist over de ontvankelijkheid en volledigheid van de vergunningsaanvraag, beslist of er een project-MER moet worden opgesteld. De betrokken overheid doet dat op het ogenblik van de beslissing over de ontvankelijk- en volledigheid van de vergunningsaanvraag of, bij gebreke daaraan, binnen 90 dagen na de datum van ontvankelijk- en volledigheid.
Rekening houdend met de kenmerken van de aanvraag en zijn omgeving wordt geoordeeld dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.
- Watertoets: overeenkomstig artikel 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid dient een vergunningsaanvraag onderworpen te worden aan de zogenaamde watertoets.
Het voorliggende project heeft een beperkte oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt.
- Vlaamse Wooncode: het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
(De kwaliteitsnormen voor woningen, die in uitvoering van de Vlaamse Wooncode zijn opgemaakt, kan u raadplegen via www.wonenvlaanderen.be, zoek op ‘kwaliteitsbesluit’)
De aanvraag valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Wooncode.
- Rooilijndecreet: het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen
(Het Rooilijndecreet kan u raadplegen via www.ruimtelijkeordening.be, ga naar WETGEVING > OVERIGE REGELGEVING)
Het Rooilijndecreet is niet van toepassing op de aanvraag.
Beleidsrichtlijnen in het kader van goede ruimtelijke ordening (overeenkomstig artikel 4.3.1, §2, 2° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
- BGO Wonen: de beleidsmatig gewenste ontwikkeling woninggrootte, woningmix en beschermen van eengezinswoningen (verder genoemd BGO Wonen), goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 juni 2019.
(De BGO Wonen kan u raadplegen via www.antwerpen.be, zoek op ‘regelgeving bouwen in Antwerpen’)
De BGO Wonen is niet van toepassing op de aanvraag.
Omgevingstoets
Toetsing van de verenigbaarheid van het aangevraagde met de omgeving en de goede ruimtelijke ordening
Beoordeling afwijkingen van de voorschriften
De aanvraag is strijdig aan artikel 1.2.1. Bouwdiepte.
Ten opzichte van de achterste perceelsgrens (van het perceel aan de straat) werd geen 5m voorzien die vrij is van constructies. De bebouwing loopt tot tegen (of over) deze perceelsgrens.
Mits achterliggend perceel zal toegevoegd worden als tuin is voldoende afstand van de achterste perceelsgrens en voldoende open ruimte gewaarborgd waardoor een afwijking, conform artikel 4.4.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, kan toegestaan worden.
Schaal - ruimtegebruik - bouwdichtheid
Vanuit stedenbouwkundig oogpunt kan ingestemd worden met het volume en het programma zoals voorgesteld. Door het uitbreiden van het woonprogramma wordt de draagkracht van de site niet overschreden. De geplande werken zijn niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening van de plaats.
Cultuurhistorische aspecten
Het naastliggend perceel is beschermd als monument. Omwille hiervan werd advies gevraagd aan het agentschap onroerend erfgoed van de Vlaamse overheid en de stedelijke dienst monumentenzorg.
De motivering in het advies van het agentschap luidt als volgt: ‘Deze handelingen krijgen een gunstig advies omdat ze geen afbreuk doen aan de bescherming: het naastliggend perceel is beschermd als monument. De tuinmuur op de scheiding blijft in deze verbouwing behouden, waardoor er geen wijzigingen zijn binnen de bescherming.’
De afweging in het advies van monumentenzorg luidt als volgt: ‘Met zijn merkwaardig geknikte grondplan en perceelplan neemt het een bijzondere plaats in binnen het stedelijk weefsel op de historische grens van Antwerpen en Borgerhout.
Het verhogen van de deuropening op het gelijkvloers en het doortrekken van de garagepoort tot op dezelfde hoogte is een zeer positieve ingreep die de verstoorde verhoudingen in de voorgevel corrigeert.
De stedelijke dienst monumentenzorg adviseert echter om T-ramen te behouden op de eerste verdieping. T-ramen zijn kenmerkend voor de plastisch uitgewerkte lijstgevels uit het einde van de negentiende eeuw. Ook het half geblindeerde raam op de eerste verdieping is niet wenselijk vanuit het standpunt van monumentenzorg.
Gelet op het feit dat de werken niet gesitueerd zijn in CHE-gebied, het pand niet is opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed én de werken aan het schrijnwerk niet onomkeerbaar zijn, zullen deze voorwaarden niet worden opgenomen in de vergunning.
Hinderaspecten – gezondheid – gebruiksgenot – veiligheid in het algemeen
De vrije hoogte van de uitbreiding op de gelijkvloerse en 1ste verdieping is deels circa 2,53m onder de balken. Tussen de balken is de hoogte 2,75m, maar het is onduidelijk of de balken zichtbaar blijven. Om de woonkwaliteit van deze ruimtes te bewaken wordt in voorwaarde opgelegd geen vals plafond toe te voegen.
Voor het overige voldoet de aanvraag aan de actuele eisen wat betreft hinderaspecten, gezondheid en gebruikersgenot. De geplande werken zijn mits naleven van de voorwaarden niet storend voor de omgeving en in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening.
Mobiliteitsimpact (onder andere toetsing parkeerbehoefte)
Om te vermijden dat de parkeerbehoefte (geheel of gedeeltelijk) wordt afgewenteld op het openbaar domein, is het de bedoeling om parkeren maximaal op eigen terrein te voorzien, het zogenaamde POET principe (Parkeren Op Eigen Terrein).
De parkeerparagraaf is niet van toepassing aangezien de aanvraag betrekking heeft op de verbouwing van een eengezinswoning waarbij de functie en het aantal woongelegenheden ten opzichte van het bestaande ongewijzigd blijven.
Advies aan het college
Advies over de stedenbouwkundige handelingen
Aan het college wordt voorgesteld om voor de stedenbouwkundige handelingen de omgevingsvergunning te verlenen onder voorwaarden.
Geadviseerde stedenbouwkundige voorwaarden
1. de dakbekleding dient te vallen onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen;
2. in de verblijfsruimtes op het gelijkvloers en eerste verdieping van de aanbouw geen vals plafond te voorzien;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid, het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu en hun uitvoeringsbesluiten zijn van toepassing.
Procedurestap |
Datum |
Indiening aanvraag |
19 december 2019 |
Volledig en ontvankelijk |
17 januari 2020 |
Start openbaar onderzoek |
27 januari 2020 |
Einde openbaar onderzoek |
25 februari 2020 |
Gemeenteraad voor wegenwerken |
geen |
Uiterste beslissingsdatum |
30 juni 2020 |
Verslag GOA |
7 april 2020 |
naam GOA |
Wim Van Roosendael |
De aanvraag werd onderworpen aan 1 openbaar onderzoek.
Ingediende bezwaarschriften en petitielijsten
Startdatum |
Einddatum |
Schriftelijke bezwaar-schriften |
Schriftelijke gebundelde bezwaar-schriften |
Petitie-lijsten |
Digitale bezwaar-schriften |
27 januari 2020 |
25 februari 2020 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Het college sluit zich integraal aan bij het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en maakt dit tot zijn eigen motivatie.
Het college beslist de aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren en aan de aanvrager de vergunning af te leveren, die afhankelijk is van de strikte naleving van volgende voorwaarden:
Algemene voorwaarden
de algemene voorwaarden die aan de vergunning zijn gehecht en er integraal deel van uitmaken.
Stedenbouwkundige voorwaarden
1. de dakbekleding dient te vallen onder brandreactie klasse BROOF (t1) of komt voor op de lijst opgenomen in het ministerieel besluit van 21 november 2012 tot vaststelling van de lijst van dakbedekkingen die kunnen worden geacht aan de eisen ten aanzien van het prestatiecriterium « brandgedrag aan de buitenzijde » te voldoen;
2. in de verblijfsruimtes op het gelijkvloers en eerste verdieping van de aanbouw geen vals plafond te voorzien;
3. na uitvoering van de werken te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten opgelegd door de Vlaamse Wooncode en het besluit van de Vlaamse regering van 12 juli 2013 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Het college beslist de plannen waarvan overzicht als bijlage bij dit besluit gevoegd, goed te keuren.