Op 20 januari kreeg de Borgerhoutse districtsraad een zeer boeiende uiteenzetting over het Waterplan van de Stad Antwerpen, hierin werd een samenvatting gegeven van de opties die voorhanden zijn om de komende decennia anders om te gaan met water in al zijn vormen, met zowel de voordelen als nadelen die hieraan verbonden kunnen zijn.
Op basis van de typologieën die werden opgesteld voor de buurten en de steekkaarten met mogelijke opties kan heel wat positief werk verricht worden om op een andere, gezondere manier met water om te gaan in de Stad Antwerpen. Ook in ons eigen district zijn er tal van mogelijkheden voorhanden, zeker als dit gekoppeld wordt aan ontharding, iets waar ons kleine en drukbebouwde district evenzeer nood aan heeft.
Het bestuursakkoord voor deze legislatuur bevat heel wat positieve en interessante aanzetten in die richting en dat kunnen we alleen maar toejuichen. Vandaar volgende vragen aan de schepenen Preneel en Van Duppen m.b.t. de concrete ambities van het bestuur:
- Ziet het bestuur op basis van de presentatie van 20 januari bijkomende opportuniteiten en elementen om het waterplan en ontharding te koppelen en in de praktijk om te zetten, naast degene die reeds in het bestuursakkoord werden opgenomen?
- Artikel 33 van het bestuursakkoord vermeldt de ambitie om meer water in het district te brengen. Zijn hier al concrete plannen voor (naast die van die speelfontein in het Boelaerpark)? Welke vorm zou dit kunnen aannemen?
- De presentatie van het waterplan bevatte voorbeelden van heraanleg van straten die toelaten om anders met water om te gaan (ontharding of andere systemen van wateropvang). Is dit soort ingrepen reeds voorzien in de straten en pleinen waarvoor heraanleg is gepland tijdens deze legislatuur? Zo ja, over welke gaat het dan?
- Zo nee, verwacht de schepen van begroting dat het aanpassen van bepaalde straten tijdens deze legislatuur een haalbare financiële kaart is op basis van de huidige meerjarenplanning? Er zijn immers wel wat werken gepland en deze zijn een perfecte opportuniteit om de daad bij het woord te voegen. Of zullen hiervoor extra financiële inspanningen nodig zijn?